Nieuwjaarsspeech van
MichaeD van Praag
Op 13 januari vond op de Toekomst de nieuwjaarsreceptie van Ajax plaats. Nadat
eerst de technische staf en Lucky Ajax tegen elkaar gevoetbald hadden, hielden
voorzitter Michael van Praag en directeur Arie van Eijden ieder een
nieuwjaarsspeech, waarin belangwekkende onderwerpen werden aangesneden.
U bent het niet gewend dat wij bij Ajax lange nieuwjaarsspeeches
houden, maar daar maken we dit jaar een uitzondering op.
In eerste instantie wil ik even stilstaan bij het overlijden van een
aantal leden van onze club. Cor Timman, die 72 jaar lid was; Bep
Leentvaar, 57 jaar lid; Johannes Louwer, 19 jaar lid, en Jany van
der Veen, die onlangs overleden is en 53 jaar lid was. Ik zou u
willen vragen een moment stilte in acht te nemen ter
nagedachtenis van hen.
Er zit een zakenman in een vliegtuig van New York naar
Amsterdam. Voor ze opstijgen komt er een oud joods vrouwtje
naast hem zitten. 'Goedemiddag,' zegt ze, en hij antwoordt:
'Goedemiddag.' Als ze zijn opgestegen
vraagt het vrouwtje: 'Mag ik u wat
vragen? Is u misschien joods?' 'Nee,'
zegt de man, 'ik ben niet joods.' Tien
minuten later zegt ze: 'We zitten nog
acht uur met elkaar in het vliegtuig, dus
als u joods bent, kunt u mij dat rustig
vertellen.' Weer zegt de man: 'Nee
mevrouw, ik ben niet joods.' Een half
uur later zegt het vrouwtje: 'Ik geloof er
niets van, als u het mij vraagt, is u
gewoon joods.' De men zegt, nu met
stemverheffing: 'Nee mevrouw, ik ben
helemaal niet joods.' Weer een half uur
later begint het vrouwtje weer:
'Mijnheer, nou moet u toch eens goed
luisteren...' 'Oké mevrouw,' roept de
man geïrriteerd, 'ik bén joods!'
'Eigenaardig,' antwoordt het vrouwtje,
'want u ziet er helemaal niet joods uit...'
slecht uitziet, die persoon het op het laatst zelf gaat geloven en dus
nog echt ziek wordt ook. Ik wil het hier aan het begin van het
nieuwe jaar eens met u over hebben omdat ik langzamerhand
zeker denk te weten dat enkele individuen - fans en journalisten -
daar met betrekking tot onze club gewoon op uit zijn. Ik bespeur
hier en daar een bijna satanisch genoegen om Ajax, en enkele
personen binnen de club, kapot te krijgen. Het is de taak van Arie
van Eijden en mij daar tegen in het geweer te komen en dat hebben
we onlangs binnenskamers met een aantal representanten van de
media en medewerkers aan interviews ook wel gedaan, maar dat
doe ik nu eveneens hier in het openbaar.
Toen ik kennis maakte met Ronald Koeman en Ruud Krol zei ik
tegen hen dat ik me zou kunnen
voorstellen dat ze bij het lezen van de
kranten van de laatste maanden wel het
idee moesten hebben dat ze hier in een
slangenkuil terecht zouden zijn
gekomen en dat er hier wel sprake
moest zijn van een organisatorische en
sociale puinhoop.
Ronald antwoordde me vriendelijk
glimlachend dat het zo erg niet was,
maar een beetje toch ook wel. Tegelijk
dacht ik dat het toch eigenlijk te gek
voor woorden was dat de voorzitter van
Ajax zijn club tegenover mensen die er
net begonnen te werken al moest
verdedigen, enkel en alleen omdat de
manier waarop de buitenwereld over
Ajax denkt, wordt gevoed en bepaald
door zo'n twintig personen,
journalisten wel te verstaan, van wie een
aantal een niet aflatende stroom
negativisme over onze club uit blijft
strooien. En negativisme is iets anders
dan een kritische houding.
foto's Louis van de Vuurst
Dit is een komische versie van het
gegeven, dat wanneer je tegen iemand
maar lang genoeg blijft zeggen dat hij er
AJAX MAGAZINE FEBRUARI 2002
19