Op reis
Op reis, steeds maar weer op reis. Varend op de sterren met steeds
weer een nieuw einddoel voor even. Je ziet hun gezichten overal
waar je gaat. Voor de paleizen van koning voetbal. Je ziet hun
eenvoudige groet. Gewone mooie gezichten van mannen maar ook
van vrouwen die deel uitmaken van het te kaperen varend circus
dat Ajax heet. Gewone mooie gezichten in alle kleuren die alle
leeftijden in zich meedragen. Je ziet ze steeds weer en wanneer je
kijkend oog het wil, herken je de individuen. Zij reizen mee. Op de
vroege zondagmorgen verzamelen zij zich bij de thuishaven.
Montere mannen en vrouwen, sterk van hart en geest en vol van
goede wil. Vandaag gaan ze winnen, vandaag sturen zij weer aan
op drie punten. Hun taak baadt niet in een gloed van
schijnwerpers maar ze acteren als een onmisbaar achtergrondkoor
in het gebied waar het zindert van emotie en passie. Echte
Ajacieden zijn het, die uniform gekleed hevig kleur bekennen maar
binnen hun hartstocht ook een zware taak hebben. Zij begeleiden
de supportersgroepen naar bestemmingen ver weg, of dichtbij
maar toch 'uit'. Ze staan er in Kerkrade in de winterse kou in hun
dikke jassen met daarover een hesje dat hun shirt is. Ze staan
paraat in Enschede op warme zomerse dagen waarop het
aanhangen geprovoceerd wordt en licht ontvlambaar is. Ze staan
als bakens van de rood-witte enclave in een smalle Heerenveense
nis. Met begrip en beleid trachten ze de gemoederen in toom te
houden van de mensen met wie zij een liefde gemeen hebben. Te
vaak, te vaak staan zij met hun rug naar het toneel van voetbal
terwijl juist zij zoveel hart hebben voor hun club. Te vaak, te vaak
missen zij de essentie van hun favorieten in de korte broek. Te
vaak, te vaak horen zij een doelpunt vallen in plaats van het te zien;
want zij moeten opletten, sturen en begeleiden. De koers
vasthouden, het roer recht houden. Te vaak met hun rug gekeerd
naar het speelveld, voelend hoe het spel zich ontvouwt, tonen zij
zich Ajacied. Daar dreigt een opstootje: kalmeren die handel. Daar
ontstaat een binnenbrandje: blussen. Daar ontaardt vreugde:
sussen. Daar gloeit frustratie: doven. Met beleid en begrip.
Arriveert de spelersbus aan de oprijlaan van het paleis op vreemde
bodem, dan staan zij daar paraat. Een cordon van vertrouwde
gezichten, de handen ineengeslagen en met trotse oplettende ogen
de voetballers naar de bescherming van een kleedkamer
begeleidend. Na afloop zien we hun gezichten weer, stralend van
triomfantelijk geluk, grimmig van teleurstelling. Maar ze staan er,
ze versagen niet want ze doen het voor hun club.
Het zijn de roeiers van het smalle, ranke,
snel varende schip met Ajacieden dat keer
op keer van wal steekt op zoek naar
avontuur en glorie. Argonauten zijn het, die
mannen en vrouwen met hun gewoon
mooie gezichten die kleurrijk alle leeftijden
in zich meedragen. Onbekende maar
COLUMN
door David Endt
Foto: Louis van de Vuurst
onmisbare lieden die het schip op koers houden, met hun riemen
de golven slaan. Bij terugkeer maken zij de balans op.
Overwinningsgoud of averij? Wappert de Ajax-vlag fier en strak
aan de mast of is er een gat in de boeg geslagen? Heerlijk was het
om met stevige wind in de zeilen langs Doetinchem of Alkmaar te
glijden. Trots trekken zij hun jacks strak en kijken even naar het
logo op de borst. Bitter was het om in Eindhoven of Utrecht tegen
de stroom in te moeten roeien. Vreselijk te weten dat hun eer
gewond is geraakt omdat hun overredingskracht en beleid
onvoldoende bleken tegen brute kracht.
Maar een volgende keer: daar staan ze weer, 's morgens vroeg,
klaar om van wal te steken. Zij steken hun hand op naar de
voetballers die hun luxe bus instappen. Hun motivatie ligt in het
Ajacied zijn, het zich daadwerkelijk nuttig maken voor hun club.
Onbaatzuchtig, opofferend, met allure en overtuiging. Zij steken
hun hand op. Wordt hun groet, die tevens aanmoediging en
verwantschap uitspreekt, beantwoord?
Wie zijn die roeiers? Wie zijn die mannen en vrouwen met in hun
kleurrijke gezichten alle leeftijden getekend?
Het zijn de stewards van Ajax.
Onmisbare helpers met een soms benijdenswaardige maar vaak, te
vaak, ook de ondankbare opdracht om met de rug naar het veld
gekeerd het voetbal te laten voor wat het is.
Op reis, op reis, steeds opnieuw op reis.
Dapp're Meerse helden uit de Arena. Voor
hun Ajax, hun club, hun liefde. Met als
wapens kameraadschap, inzicht, beleid en
overredingskracht. Steek je hand op naar
die vrienden, beantwoord de groet!
AJAX MAGAZINE FEBRUARI 2002
119