Top 10 niet-aanvoerders
KATERN
Foto: NIOD
aanvoerder Stoffelen niet voor ons in
petto. Of u moet de humor inzien van een
zin als 'toen mij het eervolle verzoek werd
gedaan, een bijdrage te leveren voor het
Ajax-gedenkboek, heb ik mij eens lang en
nadrukkelijk door de haren gestreken'.
De aanvoerder stond in 1950 op de
planken van Krasnapolsky in de
Warmoesstraat. In de jubileumrevue 'Ajax
Foto: Collectie Ajax
in 't goud' speelde Stoffelen de schutter
Cupido.
Vulpotlood
Jan Potharst volgde vlak hierna Stoffelen
op als aanvoerder. Hij was net als Stoffelen
een speler die was doorgebroken in
oorlogstijd, ook voor een ambitieuze
voetballer niet de meest florissante periode.
De enige prijs die Ajax in de oorlog won, was de
NVB-beker. Na de op 27 juni 1943 met 3-2 van
DFC gewonnen finale ontving aanvoerder
doelman Gerrit Keizer (met jasje over zijn
voetbalkleding) de trofee uit handen van
bondsvoorzitter Karei Lotsy.
onmisbaar voor de 'teambuilding' zou
worden beschouwd. Stoffelen was als
voetballer geen uitblinker, maar hij was wel
een dominante speler, die zijn
ploeggenoten genadeloos kon
terechtwijzen. Maar na de wedstrijd was hij
de goedmoedigheid zelve, en wist hij met
zijn grappen en grollen iedereen voor zich
te winnen. Ook in het buitenland zat de
stemming er regelmatig goed in, lezen we
in het jubileumboek uit 1950:
'Opperkomieken als Wim Volkers, Joop
Stoffelen en Fons Pelser ontpopten zich als
de grootleveranciers van de schaterlach.' In
datzelfde boek moest Stoffelen als
aanvoerder ook enige woorden schrijven.
Dergelijke stukjes in jubileumboeken
waren tot in de jaren zeventig een zéér
serieuze aangelegenheid (oudere
jubileumboeken bevatten meestal talloze
voorwoorden en andere teksten van
'hoogwaardigheidsbekleders'). We hebben
er wat humorexperts op losgelaten, maar
een grap, of zelfs maar een kwinkslag, had
Joop Stoffelen krijgt de in 1949 gewonnen AROL-
beker uitgereikt door AFC-voorzitter Hauber.
Er kan maar één aanvoerder per elftal zijn, dus de keuze is
beperkt, maar toch zijn er enkele roemruchte Ajacieden die in
hun (lange) loopbaan zelden of nooit aanvoerder van hun Ajax
waren. De tien meest in het oog springende niet-aanvoerders
waren, in willekeurige volgorde:
Piet van Reenen: topscorer aller tijden
Sjaak Swart: meeste wedstrijden
Rinus Michels: later toptrainer
Dennis Bergkamp: topscorer Nederlands elftal
Johan Neeskens: dé aanjager van het grote Ajax
Wim Suurbier: 509 wedstrijden lang een grote mond
Piet Schrijvers: letterlijk en figuurlijk niet te passeren
Ronald de Boer: twee maal Voetballer van het Jaar in Nederland
Ruud Geels: vier seizoenen achter elkaar topscorer
Wim Jonk: sublieme spelverdeler beginjaren negentig
AJAX MAGAZINE NOVEMBER 2001