over seizoenstart Tevreden Acht wedstrijden speelde de A1 tot begin oktober. Die periode is net lang genoeg om de eerste fase te kunnen evalueren. Als trainer Danny Blind terugblikt, overheerst een tevreden gevoel over de afgelopen twee maanden. De progressie is goed en de resultaten zijn redelijk. Al zijn die voor de coach van ondergeschikt belang. Met /even gewonneii partiien, waarvan drie u it en vier thuis op de Toekomst, en Bee^nijkspel mag gesprok en worden van een goede sei^Ktart voor de Al. Toch plaatst Danny Blind kanttekeningen: 'We I hebben tegen Sparta l-l gespeeld. Dat was teleurstellend, want w^Hdden tegen die ploeg gj^Bunten mogen verspelen. In de I eerste h^ft hebben we atS^Pbetbal laten zien, maar in de tweede helft konden we dat niet doortrekken.' Bij de andere zes wedstrijden gingen de drie punten dus naar de Ajacieden. 'We speelden tot nu toe ook tegen clubs waarvan we moésten winnen. We zijn echter nog niet echt getest. De duels tegen JE WV door Monique Janse foto's Louis van de Vuurst Feyenoord, Vitesse, PSV en Twente zitten in het tweede deel van de eerste helft van de competitie. Desondanks ben ik tevreden. Er zit een goede balans tussen wat ik wil en waar we dus op trainen en wat ik terugzie op het veld. Het gaat met vallen en opstaan, maar de grote lijnen keren terug. Het gaat niet om die ene goede prestatie tegen bijvoorbeeld PSV. Jerold Promes in de wedstrijd tegen FC Utrecht. Slechts één ding is belangrijk en dat is de trainingsstof tot uiting laten komen in de wedstrijden.' Individuele progressie Door de goede resultaten staat de Al tweede, achter Feyenoord. Maar het resultaat is voor trainer Blind niet heilig, dat is duidelijk. 'Als sporter stel je jezelf natuurlijk een doel en winnen hoort erbij, maar bij het Al-elftal kijk je niet alleen naar de klassering. Vorig jaar zijn zes spelers doorgestroomd naar het tweede die wat leeftijd betreft nog in de Al hadden mogen spelen. Als we Heitinga bijvoorbeeld in de Al laten spelen, doen we het niet goed. Niet het teambelang staat voorop, maar het individuele belang.' Met die stelling in gedachte kan goed worden uitgelegd waarover Blind tevreden is. 'Als ik zeg dat ik tevreden ben, dan kan dat maar op één front zijn: de progressie die de spelers maken als individu en daarna als team. De jonge spelers doen het goed. Dat kan ik ook pas nu, na twee maanden, zeggen. Daarvoor was het te vroeg geweest om tot een conclusie te komen. In korte tijd hebben de spelers een meer professionele houding gekregen. Dat hoort ook zo, want de Al is de laatste fase voor het profvoetbal. In deze periode wordt bepaald of ze in de eredivisie, eerste divisie, Jong Ajax of Ajax 1 kunnen gaan spelen. Daar moeten de spelers zich naar gedragen. Dan gaat het om de bereidheid dingen op te pakken en de bereidheid om NOVEMBER 2001 AJAX MAGAzSlE

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 2001 | | pagina 74