De puur linksbenige
Bert de Meijer in actie
voor Ajax 2 in de
Meer.
Ajax 2 in 1983, met
onder anderen Bert de
Meijer (knielend,
tweede van rechts) en
doelman Fred Grim.
oppakken en verhuizen. Het was hard. Je
moest spullen bij elkaar rapen, na de
training de ballen pakken. Het was
aftasten hoe je je diende te gedragen. Later
ging het wel wat beter en kreeg ik wat meer
contact, hoewel die afstand voor mijn
gevoel altijd is gebleven. Met Gerald
Vanenburg ging ik wel leuk om, we
flipperden samen in het spelershome. Dan
dolden we wat om die kast heen. Frank
Rijkaard fluisterde me wel eens wat tips toe
in de trant van dat ik mijn rust moest
bewaren, me niet gek moest laten maken.'
Meisjes
'Meisjes kwamen na de training naar me
toe met de vraag of ik iets in hun boekje
wilde schrijven, over mijn hobby's, op
welke school ik zat, over mijn zussen,
broers en ouders. Maar ik was zestien,
zeventien jaar oud, en zat nog op school. Ik
vroeg me af wie ik nou eigenlijk wel
helemaal was dat ik in zo'n boekje zou
schrijven. Kinderen kwamen vol trots naar
me toe, maar ik was zelf nog een kind.
'Ik voelde helemaal niet dat ik iets
bijzonder deed door bij Ajax te voetballen.
Maar als ik op school in de gang liep,
hoorde je andere kinderen fluisteren over
het feit dat ik bij Ajax speelde. Ik kreeg een
bepaalde status, waar ik weinig van
begreep. Misschien heel naïef van mij.
'Het verschil tussen mij en de rest van de
selectie was groot. Ik kwam met de tram
naar de training, terwijl de anderen in
grote Citroëns reden. En dan liep ik daar
met mijn tasje... Om dat te kunnen
verwerken is best moeilijk. Op de training
ging alles veel sneller. Er kwam heel veel op
me af. Ik had het gevoel dat ik tekortkwam,
vooral op conditioneel vlak. Als ik twee keer
op een dag getraind had, was ik
's avonds helemaal afgepeigerd. Ik raakte
het plezier in voetbal kwijt. En ik had niet
het inzicht dat ik nou eenmaal door deze
fase heen moest. Dat het dan later, als mijn
lichaam sterker was geworden, wel beter
zou gaan.
'Tot nu toe had ik bij Ajax altijd bij de
beteren gehoord. Dat had me te
gemakkelijk gemaakt. Ik koos er soms voor
om om half vijf met het tweede te trainen in
plaats van om half drie met het eerste, want
daar moest ik zwaar aan de bak. Het kwam
niet in me op om te denken dat ik die zware
trainingen bij het eerste nodig had om beter
te worden. Zover dacht ik niet. Ik wilde
lekker tegen een bal aantrappen, meer niet.'
En Aad de Mos, trainer van Ajax 1, had
weinig oog voor onzekere talenten als De
Meijer. 'Het ging hem erom om met het
eerste te presteren. Hij schonk zijn aandacht
vooral aan de vaste eerste-elftalspelers. Ik
heb eigenlijk weinig met hem te maken
gehad, alleen rond mijn debuut. Maar het
feit dat hij me liet debuteren, geeft toch wel
aan dat hij het in me zag zitten, hoewel hij
dat nooit tegen me gezegd heeft.'
Keihard
In 1985 kreeg De Meijer te maken met een
trainer van een ander kaliber, Johan Cruijff.
'Je durfde geen grote mond te hebben tegen
AJAX MAGAZINE NOVEMBER 2001