Foto: Peter van Bueren
Eugenia, engel der
engelen, in Ajax-shirt.
zou niet overmatig zijn, dat wist je van
tevoren. Liefhebbers van documentaires
houden lang niet allemaal van voetbal en
voelbalfans gaan liever naar een stadion,
zeker als het niet om een eigen club gaat.
En nog zekerder in Argentine, waar de
wederzijdse vijandigheid elke ontmoeting
tot een superrisicowedstrijd maakt. Elk
weekeinde vallen er doden. Ik zag op de
televisie een wedstrijd om de Zuid-
Amerikaanse beker tussen Santiago uit
Chili en het Argentijnse St. Lorenzo. Een
minuut voor tijd werd een speler van
St. Lorenzo om volstrekt onbegrijpelijke
reden van het veld gestuurd en konden de
Chilenen alsnog gelijk maken via de
toegekende strafschop, waarna de
Peruaanse scheidsrechter meteen afsloot.
De aanvoerder van St. Lorenzo wandelde
met een beleefd vraagteken op zijn gezicht
naar de scheidsrechter en onmiddellijk
stormde de Chileense ME, die 's middags
al een groep Argentijnse supporters in
elkaar geknuppeld had, het veld op, sloot
de Argentijnse spelers in en joeg ze met
geheven knuppel de kleedkamer in. Schijnt
allemaal heel gewoon te zijn.
Het stadion van Boca Juniors ziet er ook
echt uit als een arena. Een hoog hek rond
het veld maakt de speelvlakte tot een grote
kooi waarin de spelers hun passie op elkaar
uitleven, met bruisend bloed dat geen
nandrolon nodig heeft. Halverwege de
eretribune is een aparte, geel omlijnde
skybox. Daar zit Maradona met zijn
vrienden, als hij tenminste thuis is en bij
kennis.
In Lugones was het rustig. De eerste
voorstelling vond uitgerekend plaats toen
Argentinië tegen Bolivia speelde (3-3), dus
uit de aanwezigen waren hoogstens drie
elftallen met één gezamenlijke reservebank
samen te stellen. Onder hen opmerkelijk
veel krombenige oude mannen die
waarschijnlijk Alfredo Di Stefano nog als
pupil hadden meegemaakt. Bij de twee
andere voorstellingen was meer
belangstelling.
Ik leidde de film en Roel van Dalen in,
Roel zei dat met het maken van 'Ajax' een
jongensdroom was uitgekomen en toen ik
nog even de betekenis van de ondertitel
'daar hoorden zij engelen zingen' had
uitgelegd, verhieven we onze stem en
zongen het voor. 'De herdertjes lagen bij
nachte... Ajax! Ajax!' galmde het in de
bioscoop. Twee oprechte Ajax-fans (Roel
als 'erelid' met twee tribunekaarten voor
het leven, ik supporter sinds 1961 die zijn
dochters op het goede Ajax-spoor zette -
niet genoeg voor een tribunekaart voor het
leven - en nu nog onregelmatige Arena
bezoeker wanneer een van mijn dochters
een kaartje over heeft), midden in Buenos
Aires, als niet officiële vertegenwoordigers
van de F-Side.
De film werd buitengewoon goed
ontvangen en kreeg veel aandacht in de
Argentijnse pers. Het drama van een club
die in zijn desastreuze jubileumjaar
worstelt met de overgang naar een bedrijf,
werd herkend als iets dat zich overal ter
wereld afspeelt. Hoewel het in Argentinië
krioelt van mensen uit andere Zuid-
Amerikaanse landen, kwamen er veel
vragen over de multiculturele
samenstelling van Ajax. 'Al die zwarten,
geeft dat geen aanleiding tot
rassendiscriminatie?' vroeg iemand.
De strengheid van de jeugdtrainers en
vooral het 'ronselen' van jonge talenten in
Afrika waren, net als in Nederland, ook in
Buenos Aires de punten waarover het
meest gediscussieerd werd. Roel van Dalen
toonde zich een waar erelid door de
gemoederen te sussen, maar toen hij na de
derde voorstelling te laat kwam en ik het
even over moest nemen, kon ik niet anders
dan me voegen bij het kritische publiek,
dat in de Ajax-talentenjagers in Ghana
toch weinig overeenkomst met engelen
zag.
De meest verrassende vraag luidde: 'Wat
betekent Ajax?' 'Dat is de naam van een
god uit de Griekse mythologie' wist Roel
van Dalen, net als iedereen in Nederland
en de rest van de wereld, zou je denken.
Maar in Zuid-Amerika word je niet
opgevoed met Grieks en Latijn, behalve als
je voorouders uit Duitsland komen, en
daarvan zijn er behoorlijk wat.
Over engelen gesproken. Buitenlandse
gasten op het festival kregen een 'engel'
toegewezen, een student of studente die
overal voor zorgde, kaartjes regelde, als
gids fungeerde en andere problemen
oploste. Roel was zo gelukkig een
Nederlands sprekende engel aangewezen te
krijgen, en ook nog Gabriela geheten. Maar
zijn geluk werd overtroffen door zure
jaloezie over mijn engel, toevallig wel het
mooiste meisje van Buenos Aires, zo niet
heel Argentinië. Eugenia, en ze kon nog
prachtig zingen ook. Natuurlijk was ze
bereid zich in het Ajax-shirt te hullen dat
ik voor haar kocht in een winkel waar je
voetbalshirts uit heel de wereld kon
krijgen. Behalve een van Boca Juniors, dat
ik voor mezelf wilde hebben. 'Boca?' vroeg
de man van de winkel. Vol walging
spuugde hij spontaan zijn eigen toonbank
vol. Hij was van River Plate, merkte ik te
laat.
Dan alleen maar een Ajax-shirt voor
Eugenia, engel der engelen. Daar slaapt zij
nu elke nacht in. Ik heb haar verteld van
Dani, Chivu en de andere godenzonen. Die
hoeft geen taxi's meer te tellen. Kijk haar
nu eens liggen, zacht golft haar zoete
lichaam in haar eigen Ajax-shirt. Slaap
zacht, lieve Eugenia, engeltje bij nachte.
172
AJAX MAGAZINE JUNI 2001