MAX 2
sommige jongens die bijna twee jaar ouder
waren.'
Walker zag het levenslicht in Americana,
een stad in de staat Sao Paulo. In die staat
alleen al wonen ruim 33 miljoen mensen
en zijn een kleine 130 (semi-)professionele
voetbalteams actief. De Braziliaanse
maatschappij is doordrenkt met voetbal.
Op straat, op het strand, op de pleintjes;
overal is de sport bijna een primaire
levensbehoefte. De herinnering aan zijn
jeugd koppelt Walker direct aan futebol:
'Mijn jeugd was leuk. Alleen maar
voetballen, altijd maar voetballen. Vanaf
mijn vierde jaar al met vriendjes, bij mij in
de buurt op de straten.' Was voetbal voor
Walker, net als voor veel van zijn
leeftijdsgenootjes, een prettige
onderbreking uit het armoedige bestaan in
sloppenwijken? 'Nee. Wij waren thuis niet
arm, maar ook niet echt rijk. Ik kom uit
een normaal gezin. Met een tien jaar jonger
broertje en een iets oudere zus. Mijn
ouders werkten allebei als politieagent.
Mijn broer, zus en ik moesten ons rustig
houden, want onze ouders konden ons op
straat zien als we kattenkwaad uithaalden.
Omdat ze de hele dag werkten, ben ik door
mijn oma opgevoed. Zij woonde bij ons in
huis.'
Futsal
Walker, inmiddels ongeveer anderhalf jaar
in Nederland, probeert alle antwoorden
keurig in het Nederlands te geven. Priscilla
Janssens - zij doet spelersbegeleiding bij
Ajax - zit bij het gesprek en kan, waar
nodig, vertalen. Maar het interview is voor
AJAX MAGAZINE FEBRUARI 2001
Walker tevens een soort Nederlandse les.
Zorgvuldig kiest hij zijn woorden, af en toe
kijkt hij met vragende ogen naar Priscilla.
Maar meestal redt hij zich. De naam van
zijn eerste twee officiële voetbalclubs
schrijft hij netjes op. Walker: 'Mijn eerste
echte voetbalclub was een kleine
vereniging, bij ons in de wijk. Ik was acht
jaar oud toen ik voor het eerst bij Sao
Manuel ging spelen. Mijn vader was daar
ook actief als voetballer, maar bij de oude
mannen, de veteranen. De club had één
71
door Erol Erdogan
foto's Louis van de Vuurst