'Zware kritiek blijft een pijnlijke
ervaring. Voetballers hebben er
ook erg veel last vanr zij worden
vaak puur op de man
neergesabeld'
verschijnsel geconfronteerd: sommige
recensenten waren buitengewoon fanatiek,
gemeen en op de man in hun
veroordelingen. Een andere groep vond het
juist schitterend en meeslepend. Een
scherpe tweedeling. Dat is wat mijn proza
betreft zo gebleven. In het begin ben ik
daar vreselijk van geschrokken. Je voelt je
machteloos, want je kunt je niet verweren. -
Terugschrijven in de krant is niet de
bedoeling. Ik denk in het algemeen zo:
zodra mijn boek af is, heb ik er plezier aan
beleefd. Iedereen is dan verder vrij om te
vinden wat hij of zij ervan vindt. Als
mensen dan in de positie zijn om hun
mening in de krant te schrijven, dan moet
dat maar. Ik heb bij het verschijnen van
mijn tweede roman wel tegen mijn
uitgever De Arbeiderspers gezegd dat ze de
slechte recensies maar niet meer moesten
opsturen. Daar had ik geen zin meer in.
Stuur alleen maar door wat goed is. Dat
bevalt mij prima. Hoewel, soms staat er in
mijn eigen kranten ook weieens iets dat ik
liever niet had gelezen. Zware kritiek blijft
een pijnlijke ervaring. Voetballers hebben
er ook erg veel last van, zij worden vaak
puur op de man neergesabeld. Dat vind ik
naar.
'Veel recensenten ken ik persoonlijk. Ik
kom ze tegen op feestjes of soms word ik in
een of ander forum door ze geïnterviewd,
dan hebben ze een bijbaantje. Toen ik de
eerste slechte recensies had gehad dacht ik
bij mezelf: ik kijk volledig langs zo iemand
heen, zeg hem geen gedag. Maar een
collega-schrijver vertelde me dat hij juist
een totaal andere aanpak heeft. Hij doet
altijd buitengewoon vriendelijk tegen alle
recensenten, ook tegen degenen die slecht
over hem hebben geoordeeld. Ik heb die
aanpak inmiddels van hem overgenomen.'
schoolpsycholoog werkzaam geweest op
een conservatorium. Ik gaf psychologie aan
musici. Muziekstudie is zeker aan
psychologische factoren onderhevig. In de
werelden van muziek en theater is veel
ervaring met faalangst. De meeste musici
weten hoe ze zich moeten voorbereiden als
ze op een bepaald tijdstip iets heel
moeilijks moeten doen. Voetballers weten
dat helemaal niet, zie bijvoorbeeld die
strafschoppen. Ik kan me daar ontzettend
aan ergeren. Op het gebied van faalangst is
er in de voetbalwereld buitengewoon
weinig tolerantie, nog minder dan in de
muziek. Ik heb vroeger in mijn lessen veel
aandacht aan faalangst besteed. In de
lesgroepen zelf werd het nauwelijks
toegegeven, maar na de lessen kwamen veel
leerlingen bij mij langs om hun faalangst
individueel te laten behandelen. Ik heb veel
over dit onderwerp geschreven en er ook
lezingen over gehouden. Ik vind het dan
ook vreselijk jammer dat er op
psychologisch gebied niets in het voetbal
wordt gedaan. Alleen al op leertechnisch
gebied is er volgens mij veel werk te
verrichten. Voetballers kunnen op het
omgaan met spanning worden getraind,
zodat ze zelfverzekerder worden. Daarvoor
hoef je helemaal niet de diepte in.'
Ze won prijzen voor haar werk en haar
boeken zijn inmiddels in verschillende
talen vertaald. Voor een beroepsauteur iets
om met recht trots op te zijn. Voor
Enquist, die tot heden in feite voor haar
plezier schreef, moet dit extra bijzonder
zijn. Een kick? Bescheiden: 'Eerlijk gezegd
dringt het niet zo tot me door. Ik zou het
wel moeten zijn, want het is natuurlijk
ongelooflijk. Ik heb zelfs zoiets als "Oh jee,
het moet weer" als ik met vertalers over
een oud boek moet gaan meedenken. Dat
is niet altijd even plezierig, omdat ik op
zo'n moment helemaal niet meer met de
inhoud van het boek bezig ben. Ik ben erg
blij dat mijn werk vertaald is in het
Zweeds. Nu heeft mijn Zweedse familie
ook kunnen lezen waarmee ik bezig ben.
Maar verder is het vooral veel werk. Ik heb
voor de Duitse vertalingen in mijn eentje
veertien dagen door Duitsland getrokken.
Dat vond ik heel zwaar.'
De recensenten
'Daartegen moet je je als schrijver
wapenen, dat is zeker zo. Overigens had ik
zelf in het begin niets te klagen, mijn eerste
poëziebundels zijn in het algemeen met
gejuich ontvangen. Maar toen ik met proza
begon, werd ik met een merkwaardig
172
AJAXMAGAZINE JANUARI 2001