jaar assistent-coach bij Willem II en daarna
tekende ik een tweejarig contract bij Top
Oss. Na een jaar moest ik weg omdat de
sponsors wel geld in de club wilden steken,
maar dan moest er wel een andere trainer
komen. Ik heb daarna wat cursussen
gegeven bij de KNVB en ben zes weken
naar Afrika geweest. Daarna een half jaar
RBC en toen kwam Knobel weer in mijn
leven. Bij Ajax was hij er, bij MW heb ik
hem meegemaakt en toen stond hij bij
RBC weer voor mijn neus. Ik wist dat de
wegen zich snel zouden scheiden.
Vervolgens deed ik cursussen voor de
KNVB in Maleisië en Zuid-Korea.
In Maleisië realiseerde ik me dat ik meer in
warme landen wilde werken. Wat me er zo
in aanspreekt? Het klimaat, het sociale van
de mensen, je werkt gemakkelijker, er is
minder druk, mensen bemoeien zich
minder met je. In 1998 tekende ik een
contract bij het nationale team van
Libanon, als coach van het Olympisch
team en de jeugd.' Bram Braam was samen
met Jan Pruijn naar Beiroet afgereisd.
'Maar na een paar maanden hield Jan het
voor gezien. Er waren wat probleempjes,
en hij stelde zich nogal hard naar de
mensen op. Je moet de Arabische cultuur
een beetje kennen om anders met
Bram Braam (knielend, tweede van rechts) met
het nationale team van Libanon van spelers onder
16 jaar
moeilijkheden om te kunnen gaan. Het
was zoeken naar een veld om te kunnen
trainen. Er werd op zand en steengrond
getraind, dat waren geen ideale
omstandigheden. Je maakte dus weinig
uren, trainde twee, drie keer in de week.
Nu trainen we iedere dag. Om acht uur
's morgens trainen we, vanwege de
temperatuur. Om half elf ben je klaar en
dan heb je rest van de dag vrij. Dan ga je
naar het strand. Ik kan ook 's avonds
trainen, maar dan denk ik dat de spelers
rechtstreeks van het strand komen.'
Joe Cocker
Natuurlijk hebben wij als westerse mensen
een luxueus leven in Libanon. We hebben
een goed appartement, al is dat van de
Nederlandse ambassadeur nog een stuk
beter. Maar het gaat om de kwaliteit van je
leven. Zo vind ik het belangrijk dat je de
mensen die een minder belangrijke functie
hebben ook respecteert. Zo ga ik geregeld
koffie drinken bij mijn materiaalman van
het Libanese team. Dan zitten we in een
eenvoudig huisje, in een druk, smal
straatje. Nou, dan is het of ik weer in de
Jordaan zit. Lekker praten, tijd hebben
voor elkaar.
Het politieke klimaat wordt steeds
stabieler. Arabische mensen zijn vrij
tolerant. Nu de strijd met Israël voorbij is,
merk je dat ze ook vrienden van elkaar
kunnen worden. Dat komt in Nederland
1-4-1973: Ajax - FC Utrecht 3-1 (2-0)
Scoreverloop: 27. Hulshoff 1-0; 33. Rep
2-0; 50. Bonsink 2-1; 60. Neeskens 3-1
Scheidsrechter: Theo Boosten
Toeschouwers: 20.000
Ajax: Stuy; Suurbier, Hulshoff,
Schilcher, Krol; Haan (35. Braam),
Neeskens, Arnold Mühren; Swart
(65. Kleton), Rep, Keizer
FC Utrecht: Henriksen; Adriaanse,
Pronk, Van Huissteden, Van
Oudenallen; Olsen, Cabo, Coté;
Hulshorst, Van Veen, Bonsink
Bron: Evert Vermeer
niet voor. Ja, ik heb er veel vrienden.
Vanuit het voetbal, maar ook middels het
relaxte leven. Wat ik zoal doe? Ik heb drie
keer in de week Arabische les, ga drie keer
per week naar de sportclub en ga graag
naar het strand. En er is veel cultuur, veel
tentoonstellingen en popfestivals.
Binnenkort gaan we naar Joe Cocker.' Dat
klinkt anders dan leven in Oss. Braam:
'Maar als je weet hoeveel uren ik in Top
Oss gestoken heb... Ik werkte ontzettend
hard, maakte zestig, zeventig uren per
week. Maar als je zoveel voor een club
doet, en ze schuiven je zó gemakkelijk
opzij, dan denk je: jongens, dit is het toch
ook niet. Wat dat betreft heb ik genoeg van
Nederland en heb ik nu een prachtig
alternatief. In het begin is de keuze om te
vertrekken moeilijk, maar ik heb er totaal
geen spijt van. Ik geniet nu meer van het
leven. Er is meer dan alleen maar werken,
werken, werken. Toch sta ik nog wel open
voor Nederlandse clubs, maar dan moet ik
wel heel duidelijk weten wat de
mogelijkheden zijn en de daarbij passende
doelstellingen. Het doet me in ieder geval
goed dat ik nog goede contacten heb met
mensen uit mijn Ajax-tijd, zoals Gerrie
Mühren en Johan Neeskens. Louis van
Gaal is ook een goede vriend van me. Ja,
natuurlijk zou ik wel bij Ajax willen
werken, maar dan moet er zich wel een
mogelijkheid voordoen. Ik ben niet
iemand die iedereen gaat bellen, zoals
zoveel trainers doen. Een netwerk is zeer
belangrijk. Maar ik heb altijd alles op me af
laten komen.'
156
AJAX MAGAZINE OKTOBER 2000