KATERN
een ideale wisselspeler: loyaal en vaak
succesvol. Tegen onder andere Napoli en
Feyenoord redde Suurendonk zijn trainer
en club.
Ook in Ajax' eerste gewonnen Europa-
Cupfinale had Michels een gouden wissel,
hoewel Sjaak Swart daar nog steeds anders
over denkt. In de rust van het duel tegen
Panathinaikos op 2 juni 1971 besloot
Michels Swart om tactische redenen en
Nico Rijnders om medische redenen
(hartklachten) te vervangen. De vervanger
voor Swart, de 23-jarige Arie Haan, maakte
vlak voor tijd op aangeven van Johan
Cruijff via een Grieks been Ajax' tweede
treffer. Ruim een jaar later zette invaller
John Rep (voor Swart...) Ajax met twee
treffers in de wereldbekerwedstrijd tegen
Independiente op een veilige 3-0
voorsprong.
Patrick Kluivert deed het op 24 mei 1995
in een andere Europa-Cup-1-eindstrijd
nog wezenlijker: in het veld gekomen voor
Jari Litmanen maakte hij (net als Arie
Haan destijds met rugnummer 15 spelend)
vlak voor tijd de winnende treffer tegen
AC Milan.
De een zijn dood is de ander zijn brood, is
in dit soort situaties geen versleten cliché.
Sjaak Swart, de oer-Ajacied, voelde zich
zwaar beroerd na zijn wissel in Londen. 'Ik
speelde toch niet zo slecht. Nu heb je aan
de cupvreugde part nóch deel. Ik voel me
net of ik er niet bij hoor.' Dat werd
diezelfde avond nogmaals bevestigd. Swart
werd aanvankelijk de toegang tot het
officieële banket in het Wembley-stadion
geweigerd. Hij had geen kaart...
Heinz Schilcher was een andere vaste
reserve van Ajax uit die tijd. De
Oostenrijker, aangetrokken van Sturm
Graz, kende in 1971 veel
aanpassingsproblemen bij Ajax. De
verdediger speelde als libero of
voorstopper te vaak onzeker, hoewel hij
wel het vertrouwen van zijn ploeggenoten
had. Het hoogtepunt van deze Ajax-reserve
was de Europa-Cupwedstrijd tegen Bayern
München op 7 maart 1973. Tijdens de
warming-up bleek dat Barry Hulshoff niet
zou kunnen spelen. Dus moest Schilcher,
nog voor de wedstrijd begonnen was,
invallen. Hij werd belast met de bewaking
van topschutter Gerd Müller. Schilcher
had de niet fitte Müller in zijn zak. Na rust
werd Schilchers zelfvertrouwen zó groot,
dat hij af en toe Müller los liet en mee naar
voren trok. Zoals in de 53ste minuut.
Schilcher kwam op, zag niemand vrij staan
en besloot zelf maar op doel te schieten.
Zijn niet eens overdreven harde knal werd
door Bayern-keeper Maier losgelaten,
waarna Arie Haan 1-0 kon scoren. Ajax
liep vervolgens uit naar 4-0. In de return
was Schilcher ook van de partij, maar
daarna werd er weinig meer van hem
vernomen in Ajax 1.
Spelers uit het gouden Ajax die wel vanaf
de reservebank doorbraken, waren Heinz
Stuy, Arie Haan en Johnny Rep.
Doelverdediger Stuy won in zijn eerste jaar
in de basis zelfs meteen de Europa Cup 1.
Ironisch genoeg beëindige Stuy zijn
carrière bij Ajax zoals die begon: op de
In het begin van de jaren zeventig 'stonden'
invallers bij Ajax er meteen, zoals hier Heinz
Schilcher (rechts) tegen Bayern München. Gerd
Müller (midden) kreeg geen schijn van kans.
Het komt niet vaak voor dat een wisselspeler liever niet ingezet wil worden. Op 6 juni
1971 was dat wel het geval. Op de slotdag van de competitie speelden Go Ahead en
Ajax tegen elkaar. Door een weddenschap met Rinus Michels stond Heinz Stuy bij Ajax
in de spits. Dat was geen succes: bij een onhandige manoeuvre blesseerde de 'ex'-
doelman zijn teamgenoot Wim Suurbier. Deze moest vervangen worden. Michels keek
naast hem op de bank. Daar zat, door blessures, slechts één speler: Velibor Vasovic. De
Joegoslaaf zou Ajax na dat seizoen verlaten. Vier dagen voor Go Ahead-Ajax had de
aanvoerder van Ajax in Londen de Europa Cup 1 in ontvangst genomen. Dat leek de
verdediger een meer dan uitstekend afscheid van Ajax. Vandaar zijn verzoek aan
Michels om hem in Ajax' laatste wedstrijd niet op te stellen. De coach gaf daaraan
gehoor. Door de blessure van Suurbier moest er echter iemand invallen. Dus nam
Vasovic afscheid van Ajax als invaller, en ook nog eens met een 4-1 nederlaag...
Foto: Frans Flemelrijk
AJAX MAGAZINE OKTOBER 2000