Hij voetbalde zoals hij spreekt. Zijn zinnen
zijn ogenschijnlijk ongewapend.
Eenvoudige woorden op een rij, simpele
zinnen met hier en daar een punt en af en
toe een komma. Maar de woorden en de
zinnen dragen meer dan alleen een
boodschap. Ze voeren een lading met zich
mee die wordt bepaald door de intonatie.
Een vragende toon, een oordeel-eisende
klank, een mening-verschaffende stroom.
Wanneer je er niet alert op bent, hoor je
het niet, merk je niet dat die schijnbaar
eenvoudige zinnen veel meer met zich
meedragen dan de droge boodschap.
En zo was het met hem ook als voetballer.
Ogenschijnlijk liep hij in het elftal alsof het
de gewoonste zaak van de wereld was. De
jonge jongensogen vanaf de staantribunes
konden de ondertonen, de stromingen en
de klanken in het spel van de middenvelder
nog niet zo goed onderscheiden. Maar ze
konden ze wel voelen, als via een
onzichtbaar en onbekend zintuig. Te
benoemen was het niet. Nog niet. De
passes - lang of kort - die aankwamen en
de intercepties die gepleegd werden waren
zo punctueel dat het vanzelfsprekend was.
Onzichtbaarheid maakte zich meester
maakte van het werk. Toen de jonge
jongensogen gingen bevatten wat ze zagen,
later, bleek dat iedere pass de waarde van
dreiging, en iedere interceptie de waarde
van probleemoplossing bezat. Het spelen
van de bal was gegalvaniseerd, moeiteloos
werd de bal naar een ruimte of een voet
getrapt. De intercepties waren rein, zonder
geweld, zonder het doen opwaaien van
stof. Alles geschiedde op de vruchtbare
grond van intelligentie en inzicht en de
moeiteloze techniek, zo fijn als spinrag en
zo sterk als kabeltouw. Daar zat hem de
klank, de toon en de stroom die wij
AJAXZIUEN
door David Endt
illustratie Thijs Damsma
langzaam maar zeker ontdekten.
Tot het plotseling over was. Afgelopen.
Opeens zat de nuchtere Zaankanter thuis
met voor zich een niet te dichten zwart gat
met emoties. Geen voetbal meer.
Toeschouwend hoe zijn elftal definitief de
wereld veroverde.
Het gebeurde middenin de loutering van
zijn kunde, middenin ons groeiende
inzicht in zijn meesterschap. Terwijl de
eerste Henk Groot al aan het gezichtsveld
was onttrokken. Die kenden wij slechts van
horen zeggen. Henk Groot de topscorer,
goaltjesdief, aartsschutter, scherpschutter,
schutterskoning. Ontsproten aan de
Zaandijkse klei, ontbolsterd bij Ajax,
geduwd naar Feyenoord, terugverlangd
door Michels. Overal goals. Altijd op de
goede plek via ingeboren intelligentie en
aangegroeid inzicht. Een pure aanvaller.
Seizoen 1960-1961: 46 officiële
wedstrijden... 64 doelpunten!
Ongeëvenaard. Hoe? Slim positiekiezend,
anticiperend, razendsnel met zijn score
voet met zijn technisch volmaakte trap. En
formidabel met het hoofd. Niet alleen met
de hersens maar ook met de hersenpan.
Machtig mooi kon Henk Groot koppen.
Luchtkunst. Uitgevoerd in Ajax-rood-en-
wit. Dat was in de tijd dat de jongensogen
op de staantribune voornamelijk een
middenvelder zagen, niet anders. Het
waren heerlijke momenten wanneer Henk
door een onzichtbaar koord omhoog
getrokken werd. De even onzichtbare
Koning Voetbal die aan dat koord trok,
hield op het hoogste punt even stil alvorens
hem, na de kopstoot - krachtig, bewust,
ogen 'in de bal', draaiend met de torso -
weer te laten landen. En dan weer de bal
met een kort gemeen boogje over de
vingertoppen van de keeper knikkend, bal
van onderen geraakt, ruisend tegen het net.
Ja, die koppende Henk Groot was
onveranderd. Minder frequent wellicht, hij
was immers middenvelder, maar zo mooi-
avontuurlijk rank-elegant, zo meesterlijk.
Er zijn er talloze geweest. Maar voor de
jonge-jongensogen was de kopstoot in het
Bernabeu-stadion op 11 oktober 1967 de
allermooiste. Ook vanwege de tempel. Ook
vanwege het onberispelijk geschoren
gazon. Ajax' rood en wit flonkert in
Bernabeu. Voorzet van rechts. Een
onzichtbaar koord tilt Henk Groot
omhoog. Even houdt het stil. Cadans. De
Madrileense lucht ondersteunt het
hangmoment. Draaiende torso, spannende
nekspieren. Ogen 'in de bal'. Verstilling.
Het gras ademt uit. Al het andere houdt de
adem in. Versnelling. Zwiepend hoofd van
rechts naar links, impact en doelpunt!
Herinnering, als een meesterwerk uit het
Louvre. Een Zaanse meester.
Opeens was het afgelopen. Werd onze
ontdekking van Henk Groot grof een halt
toegeroepen. 1969. Een interland in
Katowice. De knie geraakt, gekraakt.
Het werk van Thijs Damsma is te
bezichtigen bij Galerie Peter Bax,
Singel 82, 8601 AM Sneek
AJAX MAGAZINE MEI 2000