'Ik probeer zoveel mogelijk in
me op te nemen. Goed voor
later, als ik een of andere baan
als voetbalmanager heb'
bij de club horen. In alle geledingen. Ik ben
een echte clubjongen. Het is niet zo dat ik
's morgens mijn kaart in de prikklok stop
en zodra we weer weg mogen weer vertrek.
Voor mij is het bijna net zo belangrijk om
met de koffiejuffrouw en met Sjakie Wolfs
te praten, als met de trainer. Ajax is een
grote club. Voordat je iedereen een beetje
kent, ben je wel even verder. Het zegt
vooral iets over mij. Het is niet zo dat je je
hier in sociaal opzicht moet waarmaken en
dat je je plek in het geheel moet zien te
bevechten. Voordat Ajax mij vroeg hadden
er een paar voor de eer bedankt vanwege
die zogenaamde harde Amsterdamse
mentaliteit. Ik was benieuwd wat daar dan
mee werd bedoeld. Maar eerlijk gezegd is
me er niets van gebleken. Het zijn allemaal
aardige gasten. Er wordt gedold, maar niet
meer dan bij Twente of welke andere club
dan ook.'
zat ik mijn hoofd te breken op het Ajax-
systeem, dat ik als een nummer 4 moest
spelen, en hoe dat dan precies moest
gebeuren. Maar dan heb je het dus niet
meer over ontspannen voetballen. Het gaat
geforceerd en daardoor niet goed. Het
duurt even voordat je door hebt dat je
gewoon volgens je eigen gevoel moet
spelen. Je eigen spelletje, daarom ben je
ook door Ajax aangetrokken. Toen ik in
december terugkwam na mijn blessure,
besloot ik dat het op mijn manier moest. Ik
probeerde me door zo min mogelijk
theoretische en tactische kwesties uit
mijn eigen spel te laten halen. En dat
lukte. Pas toen was het juiste
gevoel er weer. Het was mijn
eigen schuld dat het in het begin
niet liep. Ik wilde me
waarschijnlijk te graag
waarmaken in het Ajax-
systeem. Maar het was niet
dat ik op de training niet
mee kon komen. Van
tevoren had ik me
afgevraagd of al die verhalen
over de rondo bij Ajax zouden
kloppen. Daar kijkt iedereen
tegenop. Volgens de overlevering lig je
uit de groep als je in de rondo niet kan
meekomen. Volgens mij valt dat sowieso
wel mee, maar ik heb er zelf in ieder geval
niets van gemerkt. Ik speel het graag en sta
niet meer dan anderen in het midden.'
Teamspeler
Voor intimiteit is de ArenA niet onworpen.
Het is te groot en te kil. En toch is het heel
belangrijk dat nieuwe spelers zich thuis
gaan voelen. Bij de een gaat dat
gemakkelijker dan bij de ander.
Van Halst: 'Bij mij heeft dat wel een half
jaar geduurd. Dat had niets te maken met
de moeizame start die ik in sportief opzicht
doormaakte. Het gaat om de mensen die
Van Halst: 'Nee, normaal gesproken niet.
Meestal weet je zelf wel hoe je ervoor staat.
Kijk, als je zes wedstrijden achter elkaar de
pannen van het dak hebt gespeeld en ze
zetten je er dan naast, dan zou ik wel iets
uitgelegd willen krijgen. Anders niet.'
Je start bij Ajax had beter
gekund.
Van Halst: 'In het
begin was ik veel
te veel aan het
nadenken in
het veld.
Dan
Heb je door je late transfer nou jaren
verspeeld of juist niet?
Van Halst: 'Ik was er wel eerder klaar voor
geweest, dat wel. Maar het moet maar net
allemaal samenkomen. Twee jaar na mijn
blessure, toen ik 27 was, had ik het idee dat
ik eraan toe was. Maar toen was het
Bosman-arrest er nog niet en had ik net
bijgetekend. Er moet maar net bij een
andere club een trainer zijn die jou wil
hebben voor die positie, waarbij een
bestuur er ook nog eens het geld voor over
heeft om jou te halen. Helemaal voor zo'n
type speler als ik ben. Als je een spits bent
die er dertig inschiet, gaat het
gemakkelijker. Maar ik ben een teamspeler,
meer niet.'
En dan neem je die stap eindelijk en krijg je
meedogenloze kritieken omdat je tekort zou
komen.
Van Halst: 'Mijn vrouw zegt wel eens tegen
me: je bent zo kil geworden, zo koud...'
AJAX MAGAZINE APRIL 2000