Beeldbewerking: Niels van Iperen
van de 22-jarige Lobont kan worden
uitgelegd als een contract voor de
toekomst. Nieuwe doelman of niet, Fred
Grim geniet ervan eerste keeper te zijn.
Fred Grim: 'Natuurlijk. Je hebt veel meer
voldoening. Voorheen trainde ik en moest
ik daar mijn tevredenheid uit halen omdat
ik er zondag niet bij was. Nu is dat wel zo
en merk je dat je niet voor niets al die jaren
hebt verlangd naar dat rugnummer.
Eigenlijk begrijp ik nu niet meer dat ik het
al die tijd heb kunnen volhouden als
tweede keeper.'
Heb je het niet vooral volgehouden doordat
je deze werkelijkheid voor ogen had?
Fred Grim: 'Ik heb altijd in mijn
achterhoofd gehouden dat er nog eens zo'n
moment zou komen. Maar toch kwam het
nog onverwacht. Edwin had namelijk altijd
geroepen dat hij zijn contract ging
uitdienen. Daar was ik ook van uitgegaan.
Nu kwam het er eerder van dan ik had
gedacht.'
Is jouw leven nu erg veranderd?
Fred Grim: 'Nee; althans, ik hoop van niet.
Ik denk niet dat mensen het aan mij
merken dat ik niet meer de tweede keeper
van Ajax ben maar de eerste. Wat je wel
merkt is dat mensen opeens tegen jou
opkijken en je op een soort voetstuk
plaatsen. Voor mij hoeft dat niet. Sommige
mensen vallen daarbij behoorlijk door de
mand. Een jaar geleden liepen ze me nog
straal voorbij en nu slaan ze je op je
schouder. Niet dat het altijd negatief
bedoeld is, maar zo zit het nu eenmaal in
elkaar in het voetbal. Het gaat altijd, en zal
altijd gaan om de mensen om je heen. Zij
weten wat ik in de voorgaande jaren heb
doorgemaakt. Hoe ik heb geïnvesteerd en
er uiteindelijk toch ben gekomen. Mensen
die om mij geven genieten daar van mee.
Zou je iemand met vergelijkbare kwaliteiten
en ambities aanraden dezelfde keuze te
maken die jij hebt gemaakt?
Fred Grim: 'Ik koos er niet voor tweede
keeper te worden. Ik hoopte me in de basis
te spelen. Dat lukte niet, doordat Edwin
voor mij stond. En zo bleef het. Het niveau
had ik toen ook. Ik was goed genoeg om
ook in dat elftal te functioneren. Dat zei
Van Gaal ook altijd. Alleen was Edwin
voor mij net zo moeilijk te passeren als
voor de tegenstander. Hij was en is
natuurlijk geweldig; een klasse apart. Ik
'IKHE&EENHEIE MOOIE, MAAR
VGGRALEEN HELE RARE CARRIÈRE
AcmaPEW
Een jongensboek? Ik weet het niet. Ik ben
al lang geen jongen meer. En je moet het
allemaal ook niet gaan romantiseren. Ik
ben gewoon blij dat het er toch nog van is
gekomen, want dit is natuurlijk wel wat ik
altijd wilde. Ik heb een hele mooie, maar
vooral een hele rare carrière achter de rug.
Bij Cambuur had ik het enorm naar mijn
zin. Als tweede keeper van Ajax maakte ik
al het onmogelijke mee. En dan kom je in
'98 opeens als vierde man bij Oranje. Dat is
ook weer zoiets. Je bedenkt het niet. Dat
was hoofdstuk 11. Allemaal mooie
hoofdstukken in dat jongensboek.'
AJAX MAGAZINE APRIL 2000
17