speelde. Ik vroeg aan Aad de Mos: "Aad,
welke lijn moeten we aanhouden, wat is
het beleid?" Hij verwees mij toen naar
Johan Cruijff: "Vraag maar aan hem hoe
Ajax in elkaar zit.". In een
vriendschappelijke wedstrijd in Noordwijk
raakte Cruijff geblesseerd en hij moest
recupereren, herstellen. Ik heb tien dagen
individueel met Cruijff moeten trainen. Hij
vertelde mij met liefde alles over Ajax. Dat
was het eerste intensieve contact en het
leek wel een waterval die over mij heen
kwam. Zoals Cruijff het allemaal zag.
Vanaf dat moment is die relatie ontstaan,
zeg maar spontaan op het Ajax-veld. Voor
mij was hij in mijn beginperiode bij Ajax
een groot houvast en ondersteuning. Ik
combineerde zijn verhaal met mijn visie en
knowhow.'
Kampioen
'De Al was mijn koningselftal. Het tweede
team was ondergeschikt, meer een soort
tussenelftal. Zo beschouwden wij dat ook.
De wedstrijden van het tweede moesten
gewonnen worden, dat hoorde bij Ajax.
Maar de Al, dat was het vlaggenschip, ging
voor het kampioenschap. In die tijd
hadden UW, Haarlem en Elinkwijk sterke
jeugdteams. Wij hadden veel tegenstand in
ons district. Landelijk werd het
kampioenschap in Zeist gespeeld, tegen
uiteraard Feyenoord en PSV. Vanaf 1982
ben ik vijf jaar met de Al achter elkaar
ongeslagen kampioen van Nederland
geworden. Vijf jaar lang niet verloren, zelfs
niet in de play off-wedstrijden.
In 1985 speelden we met de Al de
kruisfinale tegen Haarlem, om ons te
plaatsen voor het landelijk kampioenschap.
Het eerste elftal stond op een behoorlijke
positie in de competitie, maar begon wat
punten te verliezen. Er was wat onenigheid
tussen trainer Aad de Mos en de selectie,
's Maandags hadden we de eerste wedstrijd
bij Haarlem gespeeld en vanaf het
Haarlem-terrein werd ik gebeld. Of ik
direct naar de bestuurskamer in de Meer
wilde komen. Het bestuur stelde dat ik het
eerste elftal moest overnemen. Ik wilde
wel, maar onder twee condities. Allereerst
wilde ik Aad de Mos bellen om te weten of
zijn zaak met Ajax geregeld was, zodat ik
vrij kon instappen. Hij wenste mij veel
succes, ondanks zijn situatie. Het tweede
was dat ik volledige vrijheid wilde bij het
samenstellen van het elftal.
We hadden op dat moment nog een
behoorlijk zwaar programma met vijf
wedstrijden en een paar punten
voorsprong. Twente thuis, Feyenoord
thuis, Roda uit, Volendam thuis en PSV
uit. Een behoorlijk rijtje. Marco van Basten
en John van 't Schip waren buiten de
selectie gezet en ik haalde hen terug. Voor
mij waren dat bekende gezichten uit de
Ajax-jeugd. Uiteindelijk zijn we bij Roda
officieus kampioen geworden. We wonnen
de kampioenswedstrijd vervolgens met 5-2
van Volendam. Marco scoorde in dat duel
vijf goals en werd Europees topscorer, met
37 doelpunten. Hij had een fase gemist en
ging bij mij vol erin. We hadden nog een
trip met de selectie naar Amerika. Toen we
terugkwamen op Schiphol stond daar
Johan Cruijff ons op te wachten als nieuwe
technisch directeur.'
'Vroeger' beginnen
'Alles bij Ajax werd door Cruijff
doorgelicht. We moesten "vroeger"
beginnen met voetballen. Johan wilde dat
we met een jongere leeftijdsgroep gingen
starten. Al vanaf tien en elf jaar. Er was
geen aanwas. Bij de jeugdinstuif, de
huidige Talentendagen, meldden zich nog
voornamelijk spelers van een hogere
leeftijd. We hebben een fantastisch
initiatief ontwikkeld. Ik heb mijn
scoutingmensen, de leiders, de trainers,
gevraagd of ze zes weken de velden op
wilden gaan om alle pupillenelftallen, te
gaan bekijken. Een grote groep mensen
speurde systematisch de velden af naar
talent in de jongste leeftijdsgroep. Van
Almere tot aan Hoorn en alle grote
Amsterdamse complexen. Het was, ik zeg
het nogmaals, een collectief. De mensen uit
de technische staf, de technische
commissie en de leiders. Allemaal hebben
ze tijd vrijgemaakt, op zaterdag thuis
gezegd: "Jullie gaan maar alleen
boodschappen doen. Wij hebben een
opdracht aangenomen." Na de eerste
weken volgden de eerste selectie en een
aantal oefenwedstrijden.
Daarbij deden we in de schoolvakanties
veel aan straatvoetbal. Op het asfalt rond
de Meer. Er mocht geen auto meer
parkeren. Alle trainers erbij en kijken. Na
zo'n dag was je total lossleiding geven,
organiseren. Aankondigen deden we via de
kranten, via het eigen programmablad en
met affiches. Toen was er nog geen
internet. Of Johan gaf een paar woorden
aan de krant: alle talenten kunnen weer
naar Ajax komen. Daar zijn de nodige
diamantjes uit voortgekomen in de groep
van negen, tien en elf jaar. Kluivert,
Davids, Oulida, Reuser, Seedorf, Reiziger
noem maar op. We hebben de club op die
manier een grote injectie kunnen geven
van jong, kwalitatief hoogwaardig talent.
In de laatse fase werd ik onder Cruijff de
"vrije trainer". Daardoor kreeg ik mijn
handen vrij om voor Ajax, voor Cruijff,
analyses te gaan maken van vooral
100
AJAX MAGAZINE MAART 2000
