Jack van Gelder
waarvan twee constant opspringende
jongens wellicht, zeker wat ons betreft, het
meeste opvielen. Bij elke doelpoging zaten
de fotografen, onze collega's-voor-één-dag,
door hun camera's te turen, zo bleek op tv.
Maar die twee mannen rechts van het doel
niet. Met de handen voor de ogen en in het
haar aanschouwden de twee de activiteiten
zo vlak voor hun neus, om net te laat na
weer een vergeefse doelpoging de camera
voor de neus te houden. Wellicht een tikje
te laat, maar ach. Ons kon het niets
schelen, onze lichtmeters zouden ons
vanzelf wel terechtwijzen. Bij één moment
bleken we echter wel scherp. De foto vlak
voor tijd waarbij Dennis Bergkamp de rode
kaart getoond krijgt, hadden we. Voor het
overige leven de plaatjes van die fraaie
middag vooral voort op ons netvlies en in
onze gedachten. De dia's, al dan niet
overbelicht, waren het tastbare bewijs van
een onvergetelijke middag in de Meer,
voor één keer vóór in plaats van achter de
hekken.
Als volleerde fotografen liepen we achter
onze metgezellen voor een dag richting de
catacomben. We deden alsof we de weg
wisten en liepen stoer,
napratend over het
schouwspel, langs de
suppoost. Natuurlijk,
we waren benieuwd
naar de dia's en de
door ons opgenomen
geluidsfragmenten.
Veel interessanter
echter moesten de
beelden van Studio
Sport zijn. Om zeven
uur zaten we voor de tv.
In afwachting van wat
komen zou. Zouden we
dan echt...? Er waren
tenslotte zoveel
camera's. Of zouden we
echt moeten zoeken naar
een bepaalde jas,
waarvan je zeker wist dat
die jou toebehoorde? We wisten het niet,
maar het bewijs werd al snel geleverd. De
samenvatting duurde zo'n tien minuten,
Stilstaan bij een eeuw Ajax
2000
Toen Jack van Gelder er als sportjournalist achter kwam dat spelers, trainers en
bestuursleden bij Ajax ook maar gewone mensen zijn, viel het echte supportersgevoel
weg. Heden ten dage kunnen alleen de prestaties van AFC zijn humeur nog
beïnvloeden.
'Ajax is een instituut, daar ben ik mee opgegroeid. Feyenoord is daar ook een
duidelijke exponent van, en clubs als Willem II en MW. Als Amsterdammer heb ik
een bijzondere band met Ajax. Ik heb heel veel wedstrijden gezien, vooral in Europees
verband. Zo heb ik mijn mondelinge eindexamen, in '71 aan het Spinoza College,
twee uur vervroegd om 's avonds op Wembley te kunnen zijn. Maar de laatste jaren is
Ajax voor mij werk, net als iedere andere club dat is. Wel heel leuk werk.
Wij waren met AFC vijf jaar geleden de eerste Amsterdamse club die 100 jaar-bestond.
Dat is heel bijzonder, zegt iets over de standvastigheid, de historie en de traditie van
een vereniging. Vooral met dat laatste zijn wij tot in extremis bezig. Niet als een
kakclub met kapsones, maar omdat we graag vast willen houden aan bepaalde
normen en waarden.
Bij Ajax zouden ze wat minder moeten lullen over de jubileum-musical. Aan de ene
kant is het een beursgenoteerd bedrijf, aan de andere kant nog steeds een
amateurvereniging. Ik vind dat het 100-jarig bestaan te veel nadruk krijgt in een
periode dat het sportief niet zo goed gaat. Als fan en aandeelhouder zou ik daar
moeite mee hebben.'
Tekst: Pauline Rlnm. fntn: Lnuic van de Vuurst
218
AJAX MAGAZINE MAART 2000