KATERN
toeschouwersaantallen. De belangstelling
voor thuiswedstrijden was juist flink
afgenomen, ondanks het uitstekende spel
van de ploeg. Ajax was vaak te goed,
waardoor de spanning er bij een doorsnee
wedstrijd niet was, meende Dirk Knegt in
het clubblad van november 1937. Ook
opperde hij om de prijzen van de open
tribune (de slechtst bezochte tribune in het
stadion) te verlagen en de onoverdekte
tribune te overdekken. Knegt snakte ook
naar meer tegenstand: 'zodraa het gaat om
spanning, om kans op strijd
(kampioenswedstrijden) hebben we een
volle of bijna volle bezetting van de
tribunes.'
De smeekbede van Knegt werd verhoord,
alhoewel niet op de manier waarop hij het
zich had voorgesteld. De concurrentie
werd weliswaar sterker, maar Ajax kon het
niveau even niet bijbenen. In de
Spaarndammerbuurt bewees DWS, met
uitblinker Bertus Caldenhove, even
Foto: Collectie Ajax
Foto: Collectie Ajax
W. Volkers
(Ajax)
Wim Volkers, bijgenaamd De Mug, was een
snelle, kleine dribbelaar.
Amsterdams beste club te zijn.
Maar Ajax zou Ajax niet zijn als het zich
niet nog één keer wist op te richten. Dat
had wel zijn tijd nodig, want in het seizoen
1938-1939 stond Feyenoord na tien
wedstrijden tien punten op Ajax voor. Op
de twaalfde speeldag stond Ajax -
Feyenoord op het programma. Ondanks de
afwezigheid van Dick Been en Piet van
Reenen had Ajax geen kind aan de
Rotterdammers: 5-0. In de zes resterende
De belangstelling voor
thuiswedstrijden was juist
flink afgenomen, ondanks
het uitstekende spel van de
ploeg. Ajax was vaak te
goed, waardoor de spanning
er bij een doorsnee
wedstrijd niet was
Ajax-bestuur en -commissarissen op de
kampioensreceptie in de sportzaal van het Ajax-
stadion in 1939. Vanaf links: Jan de Boer, Wim
Egeman, Jan Elzenga, Marius Koolhaas, Jan
Exmann, Theo Brokmann, Arie de Wit en Gerard
deJongh.
wedstrijden verspeelde Ajax geen punt
meer, terwijl Feyenoord de tik niet meer te
boven kwam. Voor de achtste keer in tien
jaar legde Ajax beslag op het
afdelingskampioenschap. In de
kampioenscompetitie kwam Ajax een oude
bekende tegen: DWS. Beide clubs hielden
elkaar in de onderlinge duels in evenwicht
(1-1), maar hoewel het cliché 'kampioen
word je tegen de kleintjes' toen nog niet in
zwang was, betekende dat niet dat het niet
waar was. Via een 3-0 zege op Eindhoven
kwam de landstitel weer naar Amsterdam-
Oost. Het was een waardige afsluiting van
Ajax' Gouden Eeuw. De laatste
vooroorlogse titel zorgde ervoor dat het
Ardath-schild definitief in Ajax-handen
kwam (de sigarettenfabrikant had besloten
dat een club bij vijf titels de trofee mocht
houden). Het kampioenschap van 1939
was weliswaar al Ajax' zevende titel in de
historie, maar het Ardath-schild werd pas
in 1925 ingevoerd.
AJAX MAGAZINE DECEMBER 1999