In juni van dit jaar sloot Ajax een samenwerkingsverband met de Ghanese club Ashanti Goldfields waarbij het ontdekken en opleiden van jeugdige voetballers de voornaamste doelstelling is. De Nederlanders Sander Hense, Hans van der Pluijm en Sief Ronde hebben zich inmiddels in Ghana gevestigd om de plaatselijke talenten voor te bereiden op een mogelijke overgang naar Nederland. Algemeen directeur Ad Zonderland was al langer in het Afrikaanse land. Aan Ajax Magazine vertelt hij over de Ghanese voetbalcultuur, de bijdrage die Ajax daaraan probeert te leveren en de voornaamste verschillen tussen Nederland en Ghana. RHUkht&Adc Ad Zonderland is geen onbekende in het Nederlandse betaalde voetbal. Vijfendertig jaar geleden begon hij als trainer bij de Amsterdamse amateurclub JOS. In de loop der jaren verruilde hij het trainersvak voor een managementfunctie en via De Graafschap, Feyenoord, FG Den Bosch, Heracles en FC Utrecht kwam hij in Ghana terecht. Het balletje ging rollen toen I Zonderland anderhalf jaar geleden werd gepolst door Maarten Oldenhof en Ger Lagendijk, die wilden weten welke mogelijkheden Ajax had om in Ghana een project op te zetten. Zonderland aanvaardde de opdracht om die mogelijkheden binnen drie maanden in een rapport te vatten. Het rapport kwam naar Nederland, maar Zonderland bleef in I Ghana. Inmiddels is hij benoemd tot algemeen directeur van Ashanti Goldfields. Natuurlijke rijkdom Dat de Ghanese cultuur anders zou zijn dan de zijne, had Ad Zonderland wel door llona Oerlemans foto's Jan Pruijn ingecalculeerd. Zijn verblijf in Ghana heeft de verschillen nog eens geaccentueerd. De mensen in Ghana zijn emotioneel en hebben, vanuit westers standpunt bezien, 'primitieve' gedachten. Ook het voetbal wordt daardoor beïnvloed. 'Over voetbal denkt men in Ghana totaal anders dan wij in Europa, maar dat heeft wel zijn charme natuurlijk,' aldus Zonderland. Een rijk land is Ghana niet. Het grootste deel van de bevolking woont in lemen hutjes, onder golfplaten of in de buitenlucht. In een op zichzelf staand dorp in de hoofdstad Accra leven zo'n tienduizend mensen onder deze omstandigheden. Het weer is hierbij een gelukkige bijkomstigheid. Omdat het in Ghana altijd warm is, heeft de bevolking nauwelijks kleding nodig. Ook aan brandstof om de huizen te verwarmen is geen behoefte. De mensen koken hun eten op hout dat ze uit de bossen meenemen. Zonderland: 'Omdat de kosten voor het levensonderhoud in Ghana niet zo hoog zijn, kunnen de salarissen ook redelijk laag blijven.' Zonderlands chauffeur ('die heb je in Ghana nodig als blanke') verdient honderdvijftig gulden per maand, waar hij zeven dagen in de week voor moet werken, en dat geldt in Ghana als een modaal inkomen. De werkeloosheid is echter hoog, waardoor veel Ghanezen zijn aangewezen op de hulp van hun familie en de rijkdom van het land zelf. Het bos fungeert als supermarkt. Daar halen de mensen hun fruit en brandstof. 'Als je je huis uit loopt,' zegt Zonderland, 'en je loopt tien meter het bos in, dan heb je bananen, ananassen en alles wat je maar wilt hebben.' Zonderland heeft de armoede van Ghana inmiddels leren relativeren. 'Vooral in het AJAX MAGAZINE DECEMBER 1999

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1999 | | pagina 132