Voor Leo Beenhakker
was de perfecte staat
van de grasmat een
goede reden om ook de
volgende
'thuiswedstrijden' in
het Rheinstadion te
spelen. Dat gebeurde,
alleen was Beenhakker
er toen niet meer bij.
het EK '88. Voor de twee duels die er
gespeeld zouden worden werd het stadion
nog verder verbeterd. Twee miljoen mark
trok men uit voor verbetering van de
grasmat en nog eens dat bedrag voor
verbetering van de staantribunes. Tevens
creeërde men achttien felgekleurde
'vluchtroutes'. Deze paden sloten aan op
snel te openen tribunehekken.
West-Duitsland en Italië speelden de
openingswedstrijd van het toernooi in het
Rheinstadion (1-1). Vijf dagen later begon
er de triomftocht van het Nederlands elftal
Na een 1-0 verlies tegen de Sovjet-Unie in
toeschouwers bekeken Dynamo Tblisi -
Carl Zeiss Jena (2-1). Opwindender waren
de Europa-Cupwedstrijden die Borussia
Mönchengladbach er in de jaren zeventig
speelde. Het 'Ajax van Duitsland', met
technici als Günther Netzer, Henning
Jensen en Jupp Heynckes, was er geregeld
gastheer, aangezien de eigen Bökelberg niet
uitgerust was om er gerenommeerde
tegenstanders te ontvangen.
Marco van Basten
In 1988 kreeg het Rheinstadion zijn tweede
grote voetbaltoernooi binnen de poorten:
AJAX AAAGAZiJE NOVEMBER 1999
Keulen stond Marco van Basten in het
Rheinstadion (eindelijk) in de basis tegen
Engeland. In een zeer opwindende
wedstrijd won Oranje met 3-1. Alle
Nederlandse treffers kwamen van de
voeten van Marco van Basten.
In de loop der jaren is de
toeschouwerscapaciteit van het
Rheinstadion gedaald van een kleine
zeventigduizend tot 55.850 (verdeeld over
43.440 zit- en 12.410 staanplaatsen). Maar
gedateerd is het stadion allerminst. Het
blijft een van de mooiste stadions in
Duitsland, zelfs als het matig bezocht
wordt. En dat gebeurt regelmatig want
Fortuna Düsseldorf speelt in de jaren
negentig zelden op het hoogste niveau. In
1993 degradeerde Fortuna Düsseldorf zelfs
uit de tweede divisie. Momenteel speelt
men (weer) in de tweede divisie. Toen Ajax
in 1991 richting Ruhrgebied trok was
Fortuna Düsseldorf zowaar
Bundesligaclub.
Geen thuiswedstrijd
Drie wedstrijden moest Ajax op honderd
kilometer van Amsterdam afwerken, maar
men zou de uitwijkplaats per duel
bekijken. Als eerste tegenstander in het
UEFA-Cuptoernooi lootte men het
Zweedse Örebro. Geen publiekstrekker en
daarom viel het toch nog mee dat op
18 september 1991 17.000 mensen -
voornamelijk Nederlanders - de tribunes
van het Rheinstadion bevolkten. In zijn
naar later bleek laatste Europa-
Cupwedstrijd met Ajax stuurde Ajax-
trainer Leo Beenhakker zijn ploeg met een
voorzichtige tactiek het veld in. John van
't Schip en Dennis Bergkamp waren tegen
de in een rouwkleur (zwarte broek en
shirt) gehulde Zweedse dreumes de enige
spitsen. Met Marciano Vink had
Beenhakker een extra verdedigend
ingestelde speler opgesteld. Het was toen
nog een verrassing dat John van Loen op
de reservebank begon.
Tussen zijn gebruikelijke gezucht en
gesteun door probeerde Beenhakker na
afloop het hoe en waarom van zijn tactiek
uit te leggen. 'Niet iedereen had het gevoel
dat wij een thuiswedstrijd speelden.
Daarom koos ik voor een elftal dat al
langer samen speelde. Ik wilde vertrouwen
schenken; en daarom begon Pettersson en
195