KATERN vertrokken bij Ajax toen ik er niet in de basis stond. Als ik toen wel had gespeeld en nu was teruggekomen, is het anders. Dat was een stap terug geweest. Nu is dat niet zo. Ik doe een heleboel dingen op mijn gevoel en dit voelt goed. Het is grappig dat ik nu jongens van 19, 20 jaar tegenkom die in mijn eerste periode nog bij Ajax in de jeugd speelden. En Richard Knopper vertelde me dat hij jaren geleden nog penalty's op me had genomen bij een penalty-bokaal in Den Haag. Ja, enkele bestuursleden zijn ook nog hetzelfde. En ik weet waar je op doelt: mijn overgang naar PSV. Ik was op vakantie toen ik hoorde van die transfer. Daarna is er nooit iemand van het Ajax-bestuur naar me toe gekomen om me te bedanken voor al die jaren. Dat vond ik niet leuk en dat heb ik een keer in een interview gezegd. Maar dat verhaal is een eigen leven gaan leiden. Het was zeker niet zo dat ik daar mee zat. Ik ben in de tussentijd ook nog een keer op een supportersfeest geweest, waar Michael van Praag ook was. Het was dus niet iets wat me constant dwars zat en er hoeft dus ook niks uitgesproken te worden. In mijn eerste Ajax-tijd had ik felgekleurde keepersuitrustingen. Ik was jeugdig, zocht naar dingen waar je je aan vast kan klampen. Nu draag ik rustiger kleuren. Het merendeel van de selectie is jonger dan ik. Ik ben nu diegene die rust moet uitstralen. Toen ik destijds reserve werd achter Van der Sar weigerde ik een shirt met nummer 12 aan te trekken op de bank. Dat vond ik niet bij me passen. Nu draag ik wel nummer 12 op de bank. Ten eerste krijg je nu al voor het seizoen een vast nummer toebedeeld. En de voetballerij is nog meer veranderd: reserves zijn veel belangrijker geworden. Er is geen basis meer van 1 tot en met 11. De nummers 12 tot en met 22 kunnen ook in de basis staan. Er wordt veel meer gewisseld. Mijn huidige positie in het leven heb ik niet alleen aan mezelf, maar ook aan Ajax te danken. Doordat Ajax achter mijn naam staat, gaan wel eens deuren voor me open. Dat moet je waarderen. Mijn loopbaan, met alle ups en downs, wordt nu op een heel mooie manier afgesloten. Mooier dan ik ooit had kunnen bedenken: bij de club waar ik ben begonnen, waar ik van hou.' Foto: George Verberne teruggevraagd, maar meer als erkenning van de kwaliteiten die ik op mijn 35ste blijkbaar nog heb. Dat is een hele eer. En daarbij kwam dan nog mijn Ajax- achtergrond. Ik spreek de Ajax-taal, ken de Ajax-manier van spelen. De Ajax-taal is voor mij de manier van benaderen. Alles wordt hier scherp benaderd. In Frankrijk werd bijna nooit scherp getraind. Het Ajax-spel is gebaseerd op details, op creativiteit. De wedstrijdinstelling is anders. En die instelling past bij mijn mentaliteit. Ik weet het: ik vertrok destijds als reserve en nu ben ik weer reserve, maar de situatie is anders. Toen was ik een stuk jonger en dan wil je per se spelen. Nu heb ik er genoeg aan om de strijd met Fred Grim aan te gaan. En als het niet lukt, jammer, maar ik heb het in ieder geval geprobeerd. Ik ben hier namelijk voor Ajax. Ajax vond het belangrijk om mij terug te halen. En of ik dan wel of niet speel is minder belangrijk. Men heeft niet tegen me gezegd 'je wordt eerste keeper'. Ik heb wel veel ervaring en kan dus een steentje bijdragen. En als ik daar waardering en respect voor krijg, is dat voor mij genoeg. Ik voelde me meteen weer thuis. Het enige waaraan ik moest wennen was het stadion. Ik kom nog altijd mensen tegen van wie ik niet weet wat ze doen. In de Meer kende je iedereens plaats. Maar ik mis de Meer niet. Ajax moest meegroeien. De ArenA is toch veel behaaglijker. Je zit er bijvoorbeeld altijd droog. En natuurlijk zijn er kinderziektes, maar die moeten er in de Meer ook zijn geweest. Het is misschien wel goed dat ik de directe overgang van de Meer naar de ArenA niet heb meegegemaakt. Ik kom nu in een gespreider bedje terecht. Met mijn terugkeer loop ik geen risico. Ik ben nu op een leeftijd dat het alleen maar mooi kan zijn. Bovendien ben ik Foto: Louis van de Vuurst I i AJAX MAGAZINE NOVEMBER 1 999

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1999 | | pagina 188