'Onze Henk' uitgeleend? KATERN kleedkamer: helemaal links in de hoek. We werden meteen kampioen, maar ik was in mijn "eerste" seizoen lange tijd aan mijn lies geblesseerd. Toen ik het seizoen erop weer fit was, was de concurrentie voorin toegenomen. Met Klaas Nuninga en Co Prins moest ik knokken om een plekje. CruijfF stond inmiddels vast in de spits. Ik slaagde erin me een vaste plek te verwerven achter de spitsen, zeg maar in de "Litmanen-rol". Dat beviel uitstekend. In mijn tweede periode bij Ajax kwam ik voetballend meer uit de verf. Ik hield de organisatie in de gaten, fungeerde als "de hersens van het elftal". En daar bedoel ik niet alleen mee dat ik goed kon koppen. We waren een team aan het opbouwen dat later Europa Cups zou winnen. Dat heb ik helaas niet meer meegemaakt. In september 1969 raakte ik in een interland tegen Polen aan mijn knie geblesseerd. Met die blessure ben ik veel te lang doorgelopen. Tegenwoordig zou men een kijkoperatie uitvoeren en zou de diagnose snel gesteld zijn. Toen gebeurde dat niet. Mijn hele meniscus was verpulverd. Ik moest stoppen. Dat was een grote klap. Maar mijn comeback was zeer geslaagd geweest. Ondanks de vele doelpunten in mijn eerste Ajax-periode herinneren veel mensen zich toch vooral de Henk Groot van 1965-1969.' geworden. Die hield in dat mijn salaris tien procent van de transferwaarde mocht zijn. Manager Guus Brox van Feyenoord vertelde me dat mijn transferbedrag 250.000 gulden was. Maar via mensen van Ajax hoorde ik dat hij 375.000 gulden vroeg. Dat was een hoop geld in die tijd, maar vermogende zakenmensen en Ajacieden als Caransa en Van de Meyden droegen een ton aan de transfer bij. Dat geld hadden ze aan Ajax gegeven met als voorwaarde dat het alléén gebruikt mocht worden om mij terug te kopen, terwijl Feyenoord dacht dat Ajax dat bedrag nooit zou kunnen ophoesten.' Het verhaal gaat dat voorzitter Jaap van Praag na het horen van het transferbedrag tegen de verbouwereerde Brox over Groot zei: 'Pak hem dan maar in, dan nemen we hem meteen mee terug naar Amsterdam.' Groot keerde terug en merkte dat er tijdens zijn afwezigheid wel wat veranderd was bij Ajax. Groot: 'De club was wat afgezakt. Men werkte er echter hard aan om het tij te keren. Er was een ledenraad ingesteld, een nieuwe voorzitter - Jaap van Praag - aangesteld en Rinus Michels was trainer geworden. En niet te vergeten: Johan Cruijff was doorgebroken. Michels had niet alleen mij teruggehaald, maar ook Co Prins van Kaiserslautern. De verwachtingen waren hooggespannen, Fel duel tussen Wim Jansen en Henk Groot tijdens Ajax - Feyenoord op 10 maart 1968. In zijn periode bij Feyenoord speelde Groot vier keer tegen Ajax: op 22 september 1963 en op 16 februari 1964 werd 1-1, op 29 november 1964 werd het 9-4 voor Feyenoord en op 19 april 1965 eindigde de klassieker wederom in een 1-1 gelijkspel; aan Feyenoord-zijde scoorde... Henk Groot. maar met die druk kon ik wel omgaan. Ik voelde me meteen weer thuis bij Ajax en had ook meteen dezelfde plek in de Filmer Bert Haanstra schreef in het in 1970 verschenen boek Henk Groot Ajax een lofzang op de zojuist gestopte Ajacied. Daarin kwam hij terug op de transfers van Groot Hoe ik dan Henk Groot zie7 'Onze Henkdacht ik altijd, totdat hij een poosje naar de concurrentie ging en het onze Henk niet meer was, hoewel je in die tijd steeds de indruk hield dat hij maar bij wijze van vriendelijke hulpvaardigheid een tijdje was uitgeleend aan die jongens in Rotterdam. Ik kan daar maar nooit aan wennen datje van de ene op de andere dag een speler van vriend tot tegenstander ziet worden. Bij toneelspelers - om voetballers nu eens met andere artiesten te vergelijken - heb ik me er nooit druk over gemaakt of Ton Lutz nu bij de Nederlandse Comedie in Amsterdam zat of bij het Rotterdams Toneel speelde. Maar bij voetbal is dat bepaald anders en ik was dan ook blij dat Henk weer bij Ajax terugkwam. Hij werd weer onze Henk. AJAX MAGAZINE NOVEMBER 1999

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1999 | | pagina 185