kon hij niet op zijn motor blijven zitten. 'Ik ben gaan trainen. Hardlopen, zwemmen. Vanaf dat moment was ik sportgek, totaal sportgek.' Zijn astma is een handicap, maar evengoed heeft hij er voordeel aan. De ziekte heeft zijn karakter gevormd, zegt Jolink. 'Ik heb geleerd te knokken, tegen de stroom in te roeien, niet op te geven als het eens tegenzit. Als je vroeger astma had, mocht je op de lagere school niet meedoen aan gymnastiek. Zoiets is voor een macho plattelandsjochie een ramp. Het feit dat ik aan de kant moest zitten, maakte woede in me los. Ik kreeg iets over me van "ik zal die lui wel eens wat laten zien". Ik denk dat het ook zo heeft gewerkt voor Gerrie Knetemann, Erben Wennemars of Bart Veldkamp. Met enige trots kijk ik nu terug op de marathon van New York die ik heb uitgelopen.' In de put Tegenslagen om te overwinnen waren er voldoende. In 1992 belandde hij na een auto-ongeluk in het ziekenhuis. Zijn linkerarm was verbrijzeld en of hij ooit nog kon optreden was de vraag. Jolink krabbelde weer op. In 1996 leek het touwtje definitief te knappen. 'Overspannen, depressief, alles erop en eraan.' 120 Engelse wedstrijden per jaar, het gevoel geleefd te worden en de nasleep van een manager die de groep aan alle kanten had getild: er was voldoende om het bijltje erbij neer te gooien. Na verloop van tijd besloot hij toch door te gaan. 'Op voorwaarde dat het leuk zou zijn.' En dat is gelukt, zegt Jolink. De 120 concerten per jaar werden teruggebracht naar veertig. Jammer voor de andere jongens, zegt Jolink, maar zijn leeftijd doet zich nu eenmaal gelden. En minder optreden heeft ook andere voordelen. Als je 120 keer optreedt, zegt hij, is de kans groot dat er een paar mislukken. 'Dat wil ik niet. Ik raak daar altijd weer van in de put.' Niet dat zulke 'kloteconcerten' vaak voorkomen. Waar Normaal komt, speelt de groep een thuiswedstrijd. En anders maakt Jolink er wel een thuiswedstrijd van. Iets mooiers dan een ongeïnteresseerd of afwachtend publiek is er volgens hem niet. Hij kan zich enorm verheugen op spelen voor de Bond van Plattelandsvrouwen, of anders wel op een concert in Groningen of Friesland. 'In Limburg en Brabant is het feest al lang begonnen voor wij op het podium staan. Iedereen is daar al totaal lam als wij nog aan ons eerste nummer moeten beginnen. In de Randstad is het ook prachtig. We spelen vooral in wat kleinere gemeentes als Mijdrecht of Boskoop. Superenthousiast publiek. Swingen, feest maken. Maar je weet niet wat je meemaakt als we in het noorden moeten optreden. Met hun armen over elkaar staan ze voor het podium. "Zo boer'n, moak moar 'ns woar ja". Prachtig, als je de boel daarna kunt plat spelen.' Ho, ho, Ben! Jolink inhaleert sport. Na seks en rock 'n' roll het beste dat het leven te bieden heeft. Als hij het zelf doet, moet het een beetje spectaculair zijn. Parachutespringen was leuk, bungee jumpen lijkt hem wel wat. Op een motor crossen is het allermooiste. Twee keer reed hij Parijs-Dakar, één keer op de motor, vorig jaar als bijrijder in een vrachtauto. Ook leuk: voetbal. Heel leuk zelfs. Jammer dat hij er zo laat mee is begonnen. Maar sinds een jaar of tien trekt hij iedere maandagavond de voetbalkleding aan om zich er door jonge jongens uit te laten rennen op de rechterachterflank van FC HAL VU. FC HALVU? Ja, FC HAL VU - H0kers Aller Landen Verenigt U, de club waarin groep en Anhangerschap broederlijk samengaan. De club ook die alleen thuiswedstrijden speelt. 'Ik ben een slechte voetballer; ik heb geen baltechniek, kan niet koppen. Maar als ik de tijd krijg en de bal ligt goed stil, weet ik 'm over een grote afstand vrij zuiver te plaatsen.' Sommige wedstrijden van FC HALVU eindigen gegarandeerd in winst. Dat is: op dagen wanneer Guus Hiddink, jeugdvriend van Jolink, als gastspeler meedoet. 'Guus en ik zien elkaar een paar keer per jaar. Als we bij elkaar zijn lijkt het gesprek zich voort te zetten op het punt waar je de laatste keer bent gebleven. Rustig, nuchter, typisch Achterhoeks.' Ja, en dat Hiddink ooit nog bij De Graafschap op de bank zal plaatsnemen is zeker, zegt Jolink. 'Nu nog niet. Guus wil er graag eindigen. Hij woont op een paar honderd meter van het stadion. Ik denk dat hij eerst nog een "ambitieus project" wil beginnen. In de tussentijd mag Henk ten Cate het van mij doen bij De Graafschap. Lijkt me een klassetrainer.' Op de tv volgt hij alles. Nou ja, bij korfbal loopt hij even naar de keuken, maar bij al het andere zit Jolink op de punt van zijn stoel. Als het even kan, bezoekt hij de thuiswedstrijden van De Graafschap. Het liefst zou hij op de Spinnenkop staan, tussen de echte fans. Maar omdat hij dan voortdurend het middelpunt van alle aandacht is, neemt hij afgedekt door een vast ploegje vrienden liever plaats op de zittribune. Soms nodigt de businessclub hem uit. Maar hij heeft gemerkt dat hij daar op zijn tellen moet passen. Jolink beleeft voetbal enthousiast, en in dat enthousiasme wil hij de tegenstander nog wel eens nare ziektes toezingen of scheidsrechters boosaardig bejegenen. 'Zakenmensen gedragen zich, hè. Ik laat me nog wel eens gaan. "Ho, ho, Ben, dat doen we hier niet!" Ik hoor daar eigenlijk niet thuis.' Kijken naar een voetbalwedstrijd zonder dat hij een favoriet heeft, kan hij niet. AJAX MAGAZINE JUNI 1999 225

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1999 | | pagina 225