greep was hij uit zijn bed gevallen. Zijn zus,
Marijke, was geschrokken zijn kamer
binnengekomen.
'Heb je akelig gedroomd?'
Zij had de laatste tijd ook vaak van die
nachtmerries, vertelde ze. Ging vanzelf wel
weer over. Marijke was gisteravond bij hem
gebleven tot hij weer sliep. Zoals mamma
dat altijd had gedaan als hij vroeger ziek
was en niet kon slapen van de koorts.
Hij keek op zijn wekker, half vier. Het huis
was stil. Marijke sliep. Zijn vader sliep. Hij
liep stilletjes naar de badkamer voor een
slok water. Vroeger zou hij misschien wel
vanuit de badkamer naar de slaapkamer
van pa en ma gelopen zijn, om de laatste
paar uren van de nacht bij hen in bed te
slapen. Zeker als hij eng gedroomd had was
hun bed zo vertrouwd. In slaap vallen op
het ritme van de ademhaling van zijn
moeder. Hij verbeet zijn tranen. Zijn knie
deed ook zo'n pijn. Hij trekkebeende terug
naar zijn kamer. Volgens de dokter was het
de groei. Groeipijnen. Gingen vanzelf weer
over. Twee weken absolute rust. Dan kon
je alles wel vanzelf noemen.
'Nee, ik ga niet.'
Zijn elftal moest tegen New Boys, thuis.
Zijn vader had voorgesteld er samen heen
te gaan. De dokter had weliswaar
verbetering geconstateerd, maar vond het
raadzamer het nog een weekje rustig aan te
doen. O, hij haatte die man, en de manier
waarop hij praatte.
'Anders zit je weer de hele dag binnen,'
probeerde zijn vader.
'Nee, nee en nog eens nee. Voetbal is niet
leuk als je zelf niet mee mag doen.'
Vorige week was hij wel met zijn team
meegegaan. Mee naar GNVC uit. Nooit
meer. De jongens gingen zich onmiddellijk
verkleden en daar stond hij. Alleen. Zonder
tas, zonder spullen, alleen op een winderig
sportpark. Wat deed hij hier in godsnaam?
Hij ging naar de kantine. Blij dat hij niet
op GNVC zat. Wat een saaie boel.
In hun eigen clubhuis hingen vaantjes van
over de hele wereld. En mooie foto's van
het eerste, en in de hoek stond een grote
prijzenkast met allemaal glimmende bekers
en medailles. Hier stond alleen een bar.
Een bar en een flipperkast. Naast de ingang
hingen slordig geschreven ranglijsten. Snel
zocht hij zijn eigen elftal. Al drie weken
niet bijgewerkt! Hier stonden ze nog op de
zesde plek, maar sindsdien waren ze wel
drie plaatsen gestegen. Hij keek naar
buiten. De eerste spelers van zijn team
kwamen al de kleedkamer uit en renden
het veld op, de elftalbal voor zich uit
jagend. Hij was de hele wedstrijd binnen
gebleven. Hij had nooit geweten dat een
Een kogel van Piet
Keizer gaat naast het
doel, het antwoord
van Ajax op de
vroege
openingstreffer van
Arsenal laat nog even
op zich wachten.