De scheidsrechter vond van niet.
Vervolgens trok DZS zich met negen man
in de verdediging terug en liet het aan de
twee snelle speerpunten over om het de
Ajax-ploeg moeilijk te maken. Ook de
tweede treffer, een strafschop, leverde wat
protesten op, maar een feit was dat de
achterhoede van Ajax opnieuw niet attent
was. Het werd zelfs nog 0-3 voor De
Zilveren Schapen, toen zij weer
profiteerden van zeer lummelig verdedigen
in het hart van de Ajax-defensie. Toen
Jeffrey Boekelaar eindelijk een gaatje vond
in de vijandelijke veste was de wedstrijd al
gespeeld. Een voor Ajax volkomen
onnodige nederlaag (1-3) betekende dat de
titel voor SDC Putten was en voor Ajax na
Paulo Meijndershagen in actie in de met 3-1
verloren wedstrijd tegen het reeds gedegradeerde
DZS, waardoor Ajax de minimale kans op het
kampioenschap zelf in het water gooide.
de laatste reguliere competitiewedstrijd
tegen Geinoord nog de nacompetitie
wachtte.
Het toetje
In de eerste twintig minuten van die
wedstrijd tegen Geinoord speelde Ajax heel
goed voetbal. De combinaties liepen goed
over de vleugels en het was dan ook niet
verwonderlijk, dat we reeds in de tiende
minuut aan de leiding kwamen. Jerry de
Koning rukte over de linkerflank naar
voren, gaf een steekpass aan Said Saïdi-
Amor, die met een strak schot scoorde.
Geinoord werd compleet overrompeld,
maar Ajax vergat definitief door te
drukken. Dat gaf de tegenstander weer
moed en langzaam werden zij wat
gevaarlijker. Een op het oog niet
gevaarlijke aanval over rechts resulteerde
in een voorzet, die door de spits tegen de
touwen werd gewerkt. Kort voor rust werd
het zelfs 2-1. Opnieuw werd er te veel
ruimte weggegeven in de defensie en geheel
tegen de verhouding in stonden we op
achterstand. In de tweede helft bleef Ajax
de betere ploeg, maar ditmaal niet meer zo
overduidelijk als in de eerste helft.
Uiteindelijk werd het toch nog 2-2, toen
Paulo Meijndershagen een corner van
Dennis Bogaard feilloos inkopte. Verder
kwamen we niet, al kregen we nog een
aantal fraaie kansen. Met dit resultaat
eindigen we de reguliere competitie op een
vierde plaats in de eindrangschikking.
Het toetje bestond uit twee
nacompetitiewedstrijden, waarvan de
eerste was het sterke SDVB uit Barneveld,
dat ons in de competitie twee maal had
geklopt. Ook dit keer was het weer
bijzonder lastig en kon Ajax moeilijk een
antwoord vinden op het 'lange halen, gauw
thuis'-voetbal van de Barnevelders. Steeds
weer werd de bal achterin breed gespeeld
tot de rechterverdediger alle tijd en ruimte
kreeg om zijn spitsen te lanceren, die snel
waren en frequent van plaats verwisselden.
Uit een van deze situaties ontstond het
doelpunt van SDVB. Matthijs Teer, die een
moeilijke middag had, werd op snelheid
geklopt door zijn tegenstander en uit de
voorzet die volgde, kon de SDVB-spits vrij
inkoppen (1-0). In de tweede helft had
Ajax er beduidend beter het oog in en voor
de neutrale toeschouwer bleef het een
aantrekkelijke wedstrijd. Ajax kwam
verdiend op gelijke hoogte, toen Dennis
Bogaard een vrije schop op het hoofd van
Paulo Meijndershagen legde. De doelman
van SDVB kon de inzet slechts met uiterste
moeite pareren, maar sloeg de bal precies
op het hoofd van Said Saïdi-Amor, die
dankbaar reageerde (1-1). Daarna deden
zich over en weer nog wat kleine kansjes
voor en één maal moest Dennis van der
Wal heel attent reageren om een van
richting veranderde inzet katachtig uit de
benedenhoek te tikken. Het bleef
uiteindelijk 1-1 en daar kon ieder
uiteindelijk wel vrede mee hebben.
De tweede wedstrijd tegen het Hoornse
Zwaluwen '30 moest de beslissing brengen
omdat SDVB en Zwaluwen elkaar met 2-2
in evenwicht hadden gehouden. Op de
Toekomst moest Ajax aanvankelijk flink
achteruit doordat de tegenstander steeds
lange ballen richting strafschopgebied
AIAX MAC.A7INF I li N I 1999
173