Van Bockel tussen Gert Bals, Dick van Dijk, Bennie Muller en Tonnie Pronk voor aanvang van ADO - Ajax in 1970. In de tweede helft zou Van Bockel zijn debuut maken. is professioneel, maar daar ben ik het niet mee eens. Als spelers zo'n trainer nodig hebben om te presteren zijn het geen professionals. Tegen een echte professional hoefje niks te zeggen.' De invloed van Michels op de drievoudige Europa-Cupwinnaar wordt volgens Van Bockel zwaar overdreven. 'Er liep gewoon een bulk talent rond bij Ajax, dat was ongelooflijk. Wat moest Michels Cruijff nou nog leren? Michels had bij zijn aantreden de keuze uit twee manieren van aanpak: de harde of de zachte. Hij koos voor de harde. Daar had ik moeite mee. Het was fake. Voor de goede orde: ik wil niemand afbranden. Ik leg alleen uit hoe ik het zag. Michels had voor zijn Ajax-tijd met gehandicapte kinderen gewerkt. Dat is knap, dan moet je wat kunnen. Hij was best een aardige man. Maar waarom moest Michels zich bij Ajax ineens als de Bul, de Sfinx gaan gedragen? Hij is zelden zichzelf geweest. Ja, als hij op een feest opera's ging zingen. Ik was te zeer een gevoelsmens. Neeskens, Cruijff en Vasovic waren dat ook. Veel mensen liepen te veel achter Foto: Studio Friedlander maskers. Kijk: in het leven krijg je gaves mee. En als dat door systemen wordt afgepakt gaat dat ten koste van de waarde van je gaven. Ik heb talenten naar de kloten zien gaan, dat hou je niet voor mogelijk. Een aantal spelers is bij een psychiater terechtgekomen. Ik was me nooit bewust van mijn kwaliteiten. Die weet ik nu pas, als ik verhalen van anderen hoor, vijfentwintig jaar na dato. In Nederland kunnen weinig mensen elkaar oprecht een compliment geven. Of je nou een goede voetballer, straatveger of timmerman bent. Dat maakt niet uit. Voetbal was voor mij een uitlaatklep. Dat professionele kwam op me af, gaf me niks extra's. Ik was heel naïef op dat gebied. Ajax gaf je het gevoel dat je blij moest zijn dat je er mocht spelen. Maar volgens mij moest het ook andersom zijn. Ajax krijgt zoveel talent dat ze ook wel eens blind worden van al dat talent.' Goede begeleiding Ajax verkeert volgens Van Bockel in een luxe-positie. 'Ze kunnen iemand selecteren en zo weer weggooien. Iedereen wil namelijk bij Ajax spelen. Maar op je achttiende moet je er al staan, terwijl een voetballer op zijn 25ste op zijn sterkst is. 'Voetbal moet vreugde, vriendschap en creativiteit zijn.' Van Bockel, linksboven, in 1969 op vakantie in Lloret de Mar met onder anderen de Ajacieden Ruud Krol (zittend tweede van rechts), Jan de Koning (zittend helemaal rechts) en Nico Rijnders (rechtsonder). Dat klopt dus niet. Je moet een goede begeleiding krijgen. En die was er bij Ajax niet. Ik had natuurlijk ook een wereldelftal voor me. Na afloop van het seizoen 1970-1971, mijn tweede seizoen, besloot Michels mijn A-contract te verminderen. Ik was net getrouwd en wilde voor mijn geld opkomen. Ik vertrok naar La Louvière. Wie weet wat er was gebeurd als ik was gebleven? In België heb ik twee jaar gespeeld, daarna keerde ik terug naar Nederland en ging bij de amateurs spelen. Profvoetbal hoefde niet meer voor mij. Ik kon niet tegen de oneerlijkheid. Het is misschien goed dat ik niet zover in het betaalde voetbal ben doorgegaan. Ik ken ook het sociale leven. Dat kunnen veel profvoetballers niet zeggen.' Aangezien Van Bockel in ieder geval één wedstrijd in Ajax 1 had gespeeld, werd hij rond de sluiting van de Meer uitgenodigd voor het diner op de middenstip. Dat viel hem zwaar tegen. Van Bockel: 'Mijn voormalige collega's deden erg afstandelijk. Alleen mensen als Neeskens, Wever en Swart waren aardig. Nees is een gouden gozer. Bij veel anderen zit hun ego in de weg. Stuy kwam maar me toe en zei "Hé Bockeltje! Jij wilde altijd voorop lopen, hè, bij Michels." Ik dacht bij mezelf: "Ik? Welnee. Jij was zo!" Die opmerking zei meer over Stuy dan over mij. Ik zei: "Heinz, kijk eens goed in de spiegel, ouwe.'" Volgens Van Bockel hebben veel van zijn vroegere ploegmaten de tol moeten betalen voor hun beroemdheid. Van Bockel: AJAX MAGAZINE MEI 1999

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1999 | | pagina 73