voor Blind. Mensah strijdlustig: 'Ik kan die
positie aan. In het tweede stond ik ook
altijd op nummer drie. Ik moet toch een
keer die ervaring opdoen in het eerste.'
Of die droom volgend jaar al gerealiseerd
zal worden, zal voor een deel afhangen van
de beleidsbepalers van Ajax. Mensah: 'Ik
weet niet wat Ajax van plan is, maar ik
hoop echt dat ze weer met eigen jeugd aan
de slag gaan. Er loopt daar voldoende
talent rond. Anders heeft die hele
jeugdopleiding toch geen zin?'
Ofschoon het stoppen van Blind het
nodige perspectief oplevert voor Mensah,
kijkt hij met argusogen uit naar de laatste
wedstrijd van Blind. Mensah: 'Danny
weet als geen ander hoe ik mijn spel kan
verbeteren. Daar praten wij veel over. Hij
is een soort vader voor ons. Dat vind ik
heel belangrijk. In wedstrijden waarin
Danny niet meespeelt, heb ik het veel
moeilijker. Dan ben ik echt op mijzelf
aangewezen. Met Blind in je rug weet je dat
hij jouw fouten zal corrigeren.'
Met Sunday Oliseh als laatste man ligt dat
anders. 'Dan krijg ik natuurlijk ook
rugdekking,' zegt Mensah, 'maar juist die
kleine aanwijzingen van Danny zijn zo
belangrijk voor ons spel. Hij heeft zoveel
gogme. Daarom is het jammer dat Blind
'IK KAN Vt NUMMER-WE-FOSKIE AAN.
OOK IN HEttERSTE'
AJAX MAGAZINE FEBRUARI 1999
51