'kritiek' van zijn begeleider. Hij staat dan ook niet te springen om een interview. 'Dit is pas mijn eerste seizoen in het tweede, ik heb nog zoveel te bewijzen,' verklaart hij zijn afkeer voor een vraaggesprek. 'Publiciteit moet je verdienen.' Toch stemt hij uiteindelijk in met een interview. Spoedcursus Lamey werd negentien jaar geleden geboren in Amsterdam Noord. Hij is de zoon van een Nigeriaanse moeder en een Nederlandse vader. Door zijn lichtgekleurde teint, zijn bouw en zijn krulletjes heeft hij iets weg van Frank Rijkaard in zijn jonge dagen. Lamey lacht: 'Dat hoor ik wel vaker, zal wel door mijn krulletjes komen.' Zes jaar geleden, tijdens een talentendag, sprong Lamey in het oog van de Ajax scouts. En dat was niet voor het eerst. Maar zijn toenmalige club, De Volewijckers, wist een overgang van hun oogappel naar Ajax steeds te voorkomen. Na die bewuste dag was er voor de amateurclub geen houden meer aan. Lamey verhuisde naar de Cl van Ajax. Toen nog als spits. In de A2 werd Lamey, onder de hoede van trainer Dick de Groot, omgeschoold van aanvaller tot verdediger. Die spoedcursus kwam voor hem als een verlossing. Het voorafgaande seizoen in de BI had spits Lamey meer dan hem lief was doorgebracht op de bank. 'Ajax had toen net Brutil Hosé gehaald. Daardoor verloor ik mijn plaats in de aanval,' vertelt hij. Vele voetballers gingen hem voor in een dergelijke omscholing. Toch moet het een vreemde situatie zijn geweest. Lamey echter: 'Ik ben multifunctioneel en had er totaal geen moeite mee. Met mijn ervaring als spits wist ik wat ik van aanvallers kon verwachten. Daardoor ben ik een goede verdediger.' Noem het branie, noem het zelfbewustzijn, maar de bescheidenheid die hem voorafgaand aan het gesprek zo kenmerkte, is gesmolten. 'Verdedigen is ook zeker zo leuk als aanvallen. In ieder geval een stuk gemakkelijker. Ik hoef nu alleen maar de bal af te pakken, dat is niet zo'n probleem,' zegt hij met een stalen gezicht. 'Het is een heerlijk gevoel om een aanvaller helemaal uit de wedstrijd te spelen. Dat geeft echt een kick. Hoe ik een aanvaller aanpak, maakt mij niets uit, als ik de bal maar heb.' Met lichtende ogen geeft Lamey een voorbeeld van een van zijn heroïsche staaltjes van verdedigen. In een wedstrijd tegen het tweede van De Graafschap ging Eric Viscaal alleen op de keeper af. Nadat de Doetinchemse aanvaller de bal over de keeper heen had gestift, leek een tegentreffer voor Ajax nog slechts een kwestie van een fractie van een seconde. 'Toen wist ik met een flying kick de bal alsnog uit het doel te schoppen,' zegt Lamey lachend. 'Dan heb je naderhand toch het gevoel dat jij het team er doorheen hebt gesleept. Daar doe je het voor.' Toch leeft de drang om te scoren nog geregeld op. 'Scoren is het allermooiste van voetbal,' aldus Lamey. 'Dat mis ik wel.' Niet voor niets trekt de rechtsback nog wel eens mee ten aanval. Dit seizoen vooralsnog zonder doelpunten als resultaat. Uitstraling Een echt hoge dunk heeft Lamey niet van het verdedigen. Zonder blikken of blozen vertelt hij 'verdedigers over het algemeen niet bijster interessant' te vinden. 'Verdedigers vallen niet echt op. Ik val veel meer op aanvallers. Die hebben meer uitstraling.' Gevraagd naar zijn favorieten antwoordt hij onmiddellijk: 'Ronaldo en Ruud van Nistelrooy. Daar kan ik echt van genieten.' Met veel gevoel voor leedvermaak kan hij toekijken hoe verdedigers door die twee in de luren worden gelegd. Het noemen van een favoriete verdediger gaat hem minder eenvoudig af. Uiteindelijk kan hij er zich één herinneren. 'Ik ben alleen zijn naam vergeten, hij speelde voor jaren terug in het Engelse nationale team.' Zijn droom is om binnen afzienbare tijd als speler van Ajax' hoofdmacht de strijd aan te gaan met Van Nistelrooy. Al weet Lamey dat de weg richtig ArenA bepaald niet zonder hobbels is. Er is vooral veel geluk voor nodig, aldus de jonge rechtsback. 'Er lopen zoveel goede verdedigers rond in het eerste. Tobiasen, Melchiot, Mensah. Daar kom je niet zomaar tussen,' klinkt het realistisch. Daarnaast is het er voor Ajax' eigen jeugd de laatste jaren niet gemakkelijker op geworden om door te breken. Lamey haalt er zijn schouders voor op. 'Je moet gewoon goed presteren in het tweede. Zodat Ajax niet meer om je heen kan.' Mocht hij uiteindelijk buiten de boot vallen bij Ajax, dan is er voor Lamey geen man over boord. 'Als je het bij Ajax niet redt, kun je altijd nog naar een andere club. Natuurlijk wil ik slagen bij Ajax, maar het is geen must. Als je bij een club als NEC of RKC speelt, zitten er ook geregeld scouts van topclubs op de tribune. Kijk naar Clyde Wijnhard. Hij speelt nu bij Leeds United. De top kun je altijd halen, ook zonder Ajax.' En top is in de ogen van Lamey de Engelse of Italiaanse competitie. 'Ajax is natuurlijk ook top, maar in Nederland zijn er feitelijk maar twee grote tegenstanders: Feyenoord en PSV. In Italië en Engeland speel je wekelijks een topper. Dat lijkt mij veel leuker.' Voorlopig ligt die top nog ver weg voor Lamey. Hij zal er eerst voor moeten zorgen dat Ajax zijn tweejarige contract verlengt. Lamey, met pokerface: 'Ik ben overtuigd van mijzelf. Ik voel mij goed en zal er alles aan doen om die top te halen.' Voordat Lamey Sportpark de Toekomst verlaat, draait hij zich nog één maal om. 'Het interview viel toch wel mee,' roept hij. 136 AJAX MAGAZINE FEBRUARI 1999

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1999 | | pagina 136