Buitenlandse
topscorers
KATERN
aankopen. Van de oudere spelers drukten
alleen Vasovic en Pettersson voor langere
tijd een duidelijke stempel op Ajax. De lijst
van geslaagde 'jonkies' lijkt eindeloos.
Een trend zetten twee Deense pubers die in
december 1975 naar Amsterdam kwamen.
Frank Arnesen en Soren Lerby waren
respectievelijk achttien en zeventien jaar
oud toen Ajax ze in één koop overnam van
Fremad Amager. Arnesen en Lerby waren
de eersten van een hele rij succesvolle
Scandinaviërs, met Jesper Olsen, Stefan
Pettersson en Jari Litmanen als de toppers.
Rinus Michels, destijds één seizoen
interim-trainer in de Meer: 'Ik was
eigenlijk alleen in Lerby geïnteresseerd,
maar de ouders van Soren stonden erop
dat zijn kornuit en teamgenoot Frank
Arnesen ook meeging naar Amsterdam.
Arnesen was me niet eens opgevallen, zo
geconcentreerd was ik op Lerby.'
Ironisch genoeg debuteerde Arnesen
Een aantal buitenlandse aankopen was vaak
geblesseerd, en mede hierdoor mislukten ze bij de
club. Zo hadden Petri Tiainen, Alastair Dick en
Johnny Hansen onmiskenbaar talent, maar ze
waren, zoals hier Hansen, meer aan het
revalideren dan aan het spelen.
Foto: Louis van de Vuurst
Vier buitenlandse spelers slaagden erin
om competitie-topscorer van Ajax te
worden:
1978-1979: Ray Clarke 26
1988-1989: Stefan Pettersson 13
1993-1994: Jari Litmanen 26
1996-1997: Jari Litmanen 6
1997-1998: Shota Arveladze 25
tevens topscorer van de eredivisie
Foto: Louis van de Vuurst
Jari Litmanen werd in het seizoen 1993-1994
topscorer van de eredivisie. Tot op heden is de Fin
de enige buitenlandse Ajacied die dat presteerde.
ze slechts een onderdeel van de selectie.
Het is de vraag of zo'n speler daarmee om
kan gaan, en dan hebben we het nog niet
eens over de aanpassing aan het vrijwel
nergens ter wereld gespeelde Ajax-systeem.
Arveladze bewees die omschakeling aan te
kunnen, maar van zijn maatje Kinkladze is
dat nog onzeker.
eerder dan Lerby in Ajax 1, op 7 maart
1976 tegen FC Utrecht. Arnesen ontpopte
zich als een typische Ajax-aanvaller:
technisch, snel en gedurfd. Arnesen, in
1979: 'Ik zit nu tweeëneenhalf jaar bij Ajax.
Dat betekende een half jaar Michels en
twee jaar Ivic als trainer. Een betere
opleiding kun je je niet wensen. Ik heb ook
nog geen minuut heimwee gehad. Ik heb
altijd in Kopenhagen gewoond, dat scheelt
niet zoveel met Amsterdam.' Arnesen bleef
tot 1981 bij Ajax, Lerby tot 1983.
Min of meer Nederlander
Het Ajax-publiek zag de Denen bij hun
afscheid allang niet meer als buitenlander.
Zij waren min of meer Nederlander
geworden, een stempel dat ook op andere
Scandinaviërs als Litmanen en Pettersson
zou worden gezet. Een verklaring hiervoor
zou kunnen zijn dat een transfer van
Denemarken naar Ajax voor een Deen
hetzelfde is als een transfer van een Ajacied
naar Italië. Men wil per se slagen en is
bereid om zich volledig aan te passen.
Spelers met een andere afkomst als Varga,
Arveladze en Kinkladze waren bij hun
vorige clubs de beste speler, met op en
buiten het veld veel privileges. Bij Ajax zijn
AJAX MAGAZINE JANUARI 1999
197