Sparta: idem dito. Ook speelden we met de Al weieens trainingswedstrijden tegen het eerste. Dus je was wel wat gewend.' Fens weet zich niet meer veel van de wedstrijd te herinneren. 'Ik weet alleen dat ik de winnende treffer maakte en dat de jongens heel blij waren omdat ze nu een overwinningspremie kregen. In de trein terug was Ton Pronk dolgelukkig.' Vanwege de teleurstellende prestaties van de hoofdmacht verwachtte Fens niet dat zijn succesvolle debuut meteen een vervolg zou krijgen. Er kwam een nieuwe trainer, Vic Buckingham, en die had zo weer zijn eigen ideeën. Fens: 'Dat seizoen, mijn derde jaar bij Ajax, was ik aan het kwakkelen geslagen, vooral met mijn knie. Ik had een slecht jaar, hoewel ik wel een contract had gekregen. Ik verdiende iets van vijf-, zesduizend gulden per jaar. Ik weet het niet meer precies. Je speelde voor de eer. Ze smeten me heen en weer tussen het tweede en de Al; in die tijd kon je tot je 19de A-junior zijn. Voor het eerste kwam ik helemaal niet meer in aanmerking. Rinus Michels was halverwege het seizoen hoofdtrainer geworden. Hij zag het blijkbaar niet in me zitten. Nee, hij heeft het me nooit zo gezegd. Ik mocht zelfs blijven bij Ajax, maar dan moest ik wel in Ajax 3 gaan spelen. Toen dacht ik: ik ga wel als amateur terug naar De Volewijckers. Dat heb ik ook gedaan. Na twee wedstrijden kreeg ik er al een contract. Maar natuurlijk was het een teleurstelling dat ik het niet had gered bij Ajax.' 18 mei 1964: NAC - Ajax 2-3 (0-1) Scoreverloop: 21. Swart 0-1, 51. Groenewegen 1-1, 54. Groenewegen 2- 1, 64. Henk Tijm 2-2, 74. Fens 2-3 Scheidsrechter: Van Male Toeschouwers: 5.000 NAC: Van de Merwe; Van Gorp, Van Ierland; Pelkmans, Mul, Luyten; Vermeulen, Van de Hurk, Visschers, Groenewegen, Graaumans Ajax: Hoogerman; Schaaphok, Ouderland; Visser, Pronk, Muller; Swart, Henk Tijm, Fens, Vesters, Van Duivenbode Na twee jaar De Volewijckers ging Fens naar Telstar. Daar speelde hij tot 1976 in de eredivisie, als middenvelder. Fens: 'Op die plek kon ik optimaal gebruik maken van mijn overzicht. Alleen het zelf scoren werd meteen minder. Telstar was eerlijk gezegd meer van mijn niveau. Een middenmoter. Als ik terugkwam in de Meer met Telstar, verloren we meestal dik. Johan Cruijff heeft tegen Telstar nog eens na een paar seconden gescoord. Dat is het snelst gescoorde doelpunt uit de eredivisie. Nadat we hadden afgetrapt en de bal terugspeelden, bleef-ie liggen in een plas water. Cruijff was er als de kippen bij. Dat was het verschil tussen het niveau van Telstar, van mij dus en dat van de absolute top. De bezetenheid was bij ons minder. En het talent natuurlijk.' Zo vader, zo zoon Toch stelt Fens ook herhaaldelijk dat hij technisch gezien het Ajax-niveau aankon. 'Maar in de absolute top is de mentaliteit net zo belangrijk. Daarom heeft een speler als Bertus Strijks het ook niet gered, terwijl Bertus toch een groot talent was. Maar tussen de oren zat het niet helemaal goed. Ik was net als hij te flegmatiek, liet alles op me afkomen. Ambities had ik wel, maar ik was tegelijkertijd ook te gemakkelijk. In harde duels trok ik mijn been terug. Dat kwam misschien door mijn achtergrond. Ik was een verwend jochie, het ging me te gemakkelijk af. Mijn vader had al een aannemersbedrijf, dus het ging mij toentertijd niet zo om het geld. Ik was enig kind, dus dan weet je het wel. Het echte streven ontbrak bij mij. Op mijn achttiende ging ik al in het bedrijf van mijn vader werken. Op school leren wilde ik niet, werken wel. Dat familiebedrijf leek me wel wat. Nu heb ik de leiding over vijftig man personeel. Mijn zoon werkt er ook.' Die zoon, Ton Fens junior, heeft in de jaren tachtig ook nog in de Ajax-jeugd en in de zaterdagafdeling gespeeld. Fens senior: 'Hij was een ander type speler dan ik. Robuuster, niet zo gepolijst. Nee, hij heeft het net als ik ook niet gered bij Ajax. Zo vader, zo zoon, inderdaad. Nee, nog minder eigenlijk. Ik was toch fanatieker en heb tenminste nog één wedstrijd in het eerste gespeeld.' 84 AJAX MAGAZINE DECEMBER 1998

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1998 | | pagina 80