'Ik was een
het ging me te gemakkelijk af'
verwend jochie,
18 mei 1964, de Spaarndammerbuurt viert feest. De Spaarndammerbuurt, de
'DWS-wijk'? Ja, want het was niet Ajax dat dat seizoen bovenaan eindigde, maar
Door Wilskracht Sterk. In de Meer is het die dag muisstil. Ajax speelt zijn laatste
wedstrijd van het seizoen in Breda, tegen NAC. Een wedstrijd om de, eh, vijfde
en zesde plaats. Ajax wint met 3-2. Gevierde man is de 18-jarige midvoor van
Ajax. Hij scoort in zijn debuutwedstrijd de winnende treffer. Een droomstart die
voor Ton Fens geen vervolg zou krijgen. De ras-Amsterdammer speelde nooit
meer in Ajax 1. Ton Fens was een eendagsvlieg bij Ajax. 'Maar als Cees Groot
tegen Go Ahead niet had geweigerd om zich te laten wisselen, had ik twee
wedstrijden gespeeld.'
In het industriegebied aan de Cruquiusweg
in.het Oostelijk Havengebied te
Amsterdam kijkt Ton Fens niet verbitterd
terug op zijn korte verblijf bij Ajax. De
■Kteur van het familie
aannemingsbedrijf Afezo (Anton Fens en
Zonen): 'Welnee, ik heb in de jeugd een
fantastische tijd gehad. We hadden een
elftal met echte Amsterdamse jongens. We
speelden goed voetbal en waren echte
vrienden.' Ton Fens is een van de vele
jongens uit Amsterdam-Oost die in de
jaren zestig bij Ajax opvallen. Andere
namen: Sjaak Swart, Ton Pronk en Johan
Cruijff. 'Ik kom uit de Indische Buurt. En
dan is Ajax je club. Ik speelde echter in de
jeugd van De Volewijckers in Amsterdam-
Noord. De vader van een vriend van me
werkte in Noord. Via hem kwam ik bij De
Volewijckers terecht. We speelden met de
EENDAGSVLIEGEN
door Marcelle van Hoof
foto's Yvonne Witte
B-junioren in dezelfde competitie als Ajax.
Hun jeugdtrainer Jany van der Veen
nodigde me uit voor een proeftraining. Ik
werd aangenomen, samen met nog een
speler van De Volewijckers, Han Meijer.'
Fens en Meijer, die curieus genoeg later
ook één wedstrijd in Ajax 1 speelde,
kwamen terecht in de A-junioren.
Fens was bij De Volewijckers rechtsbuiten,
maar Van der Veen zette hem bij Ajax in
de spits. Fens: 'Ik was niet groot, maar van
koppen hoefde je het ook niet te hebben bij
Ajax. Er werd over de grond gevoetbald. Ik
was een typische Ajax-speler: alles
gebeurde op techniek, met veel overzicht.
Ik was een beweeglijke speler, die veel
uitweek naar de zijkanten. Dat waren
allemaal vaste Ajax-patronen. Ik moest de
gaten trekken. Jany van der Veen was
duidelijk gecharmeerd van me. Hij was een
keiharde trainer. Veel hameren op
discipline. Op tijd aanwezig zijn, samen
warming-up doen, shirt in de broek, nooit
verzaken. Maar dat hoort bij Ajax.
De opleiding bij Ajax was ook in die tijd al
goed. En dat bedoel ik op voetbalgebied,
want verdere begeleiding was er niet. Men
vroeg niet, zoals nu, naar je
schoolprestaties. Het was trainen, trainen
en nog eens trainen. Zeker drie, vier keer
per week. In mijn eerste jaar bij Ajax
speelde ik samen met onder anderen
Hennie Schipper, Hennie Oldenziel, Peter
80 AJAX MAGAZINE DECEMBER 1998