MKRCA Van den Bergh tijdens de training op het veld van het Nuevo Estadio de Vallecas, waar een van de doelen door de vele reclameborden nauwelijks nog zichtbaar is. AAAI AUAII v/vvi.vnvii PI IAAAAI AUAII cwnywiiVn vil PIIOAAAI AUAII cvrivvvLvnwi eerstedivisieclub bang van zou kunnen worden.' Rayo beschikt over een selectie van vijfentwintig man, bestaande uit onder meer een Fransman, twee Portugezen en een gemêleerd gezelschap Spanjaarden (Catalanen, Basken en natuurlijk Madrilenen). De club pretendeert bij de bovenste helft te horen, hoewel de resultaten tot nu toe niet om over naar huis te schrijven zijn. Een belangrijke reden voor Van den Bergh om voor Rayo te kiezen was ook de stad waar hij terecht kwam. De oud-Ajacied werd geboren in de Jordaan en groeide vanaf zijn vierde, toen zijn zusje werd geboren, verder op in Geuzenveld. Hij is een stadsmens in hart en nieren. Het vooruitzicht om in een dorp terecht te komen omwille van zijn voetballoopbaan deed hem gruwen. Over Madrid, dat zes keer zoveel inwoners heeft als Amsterdam, praat hij alsof hij het over zijn nieuwe liefde heeft. Gepassioneerd als een echte Zuid-Europeaan. 'Madrid is een fantastische stad. Het oude centrum heeft veel historie en mooie gebouwen en andere gedeelten zijn weer supermodern. Onbegrijpelijk dat Madrid niet in één adem genoemd wordt met Londen, Parijs en Rome. De stad krijgt nog steeds niet de eer die ze verdient.' Van den Bergh steekt niet alleen de loftrompet over de architectonische grootsheid van Madrid, is hij ook enthousiast over de Madrilenen f zelf. 'De mensen leven op straat en gaan niet zoals de Nederlanders na het werk naar huis om te eten en vervolgens televisie te kijken. Hier gaat men paraderen, wandelen in het park, winkelen of op een terras zitten om met elkaar de dingen van de dag door te nemen. Madrilenen kijken heel weinig tv. Dat vind ik een teken dat zij meer communiceren dan Nederlanders. Dat sociale gedrag van de Spanjaarden is iets wat goed bij mij past. Net als het warmbloedige.' Van den Bergh heeft zich vol overgave aangepast aan de Spaanse cultuur. Vooral de siësta kan hem bekoren en daar heeft hij geregeld tijd voor. Rayo Vallecano speelt bijna altijd in het weekeinde. De dag na de wedstrijd is de selectie vrij. De overige dagen wordt één maal per dag getraind, tussen elf en een. Daarna hebben de spelers alle tijd voor zichzelf. Meestal gaat hij na de training met een aantal ploeggenoten de stad in om te lunchen, een zeer uitgebreide bezigheid in Spanje. 'We hebben een heel leuk team om dat mee te doen. Veel jongens zijn vrijgezel en hebben dus alle tijd om uit eten te gaan. Na de lunch volgt de siësta en vervolgens trek je rond vijf uur, als de winkels weer opengaan, opnieuw richting centrum. Vaak gaan we dan met een hele groep op het terras zitten op de Passeo de la Castellana onder de bomen of op Plaza de Colon bij het Hardrock Café. Inmiddels heb ik in Madrid zoveel vrienden gemaakt, dat ik mij nooit hoef te vervelen.' Na de training gaat hij ditmaal niet met ploeggenoten eten, maar laat hij mij als een volleerd reisleider de mooie plekken van Madrid zien. In een eenvoudige auto ('auto's interesseren mij helemaal niets') manoeuvreert hij door het enorm drukke verkeer achtereenvolgens naar de Plaza Mayor (de Spaanse Dam), het stadion van Atletico, waar je net als bij de ArenA onderdoor kunt rijden, het Retiro-park, dat de sfeer uitstraalt van het Vondelpark in Amsterdam, de Puerta del Sol, het hart van de stad, en natuurlijk Plaza de Cibiles, het beroemde plein van Madrid waar de spelers van Real Madrid in de fontein dansen na het behalen van opnieuw een titel of een Cup. Daarna ploffen we neer op een terras, herinneringen ophalend aan Ajax. In vloeiend Spaans, dat hij leerde met bandjes en uit boekjes, bestelt hij iets te drinken. 'Ik moest wel meteen Spaans leren. Spanjaarden spreken alleen hun eigen taal. Met Engels, Frans en Duits kom je nergens. Nu spreek ik het goed. In ieder geval niet zoals Louis van Gaal, die volgens Johan Cruijff Spaans spreekt als een Jordanees in Benidorm.' Europese Supercup Het debuut van Van den Bergh in Ajax 1 vond - volstrekt toevallig - plaats in Spanje. Op 6 februari 1996 speelde Ajax als Champions-Leaguewinnaar in de strijd om AJAX MAGAZINE DECEMBER 1998 215

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1998 | | pagina 213