Met collega-trainer
Hans van der Zee
langs de lijn.
ongeluk Dick Advocaat voor zijn kop. Ik
heb vijf jaar bij Ajax gezeten. Dat is lang
voor een jeugdspeler die maar niet
doorbreekt. Op een gegeven moment zat ik
op de tribune te hopen dat het minder met
het elftal zou gaan. Maar het opmerkelijke
was dat Ajax me óók nog een zesde seizoen
wilde hebben. Ze bleven het dus toch in me
zien. Maar daar had ik geen trek meer in. Ik
was in de jaren daarvoor drie keer in de
gelegenheid geweest om naar FC Utrecht te
gaan. Ik woonde nota bene in Utrecht,
maar toch koos ik voor Ajax. Achteraf
gezien had ik dat toch moeten doen.'
Uiteindelijk vertrok Klinkenberg naar
FC Dordrecht (later DS '79 en speelde daar
twee jaar. 'Daarna zijn mijn vrouw en ik
samen met Hans Kraay senior en junior en
Lex Schoenmaker naar Amerika gegaan. Ik
speelde voor de Oakland Stompers. De club
werd verkocht en ik verhuisde naar
Canada, waar ik speelde voor de Edmonton
Drillers. Heerlijke tijd hebben we daar
gehad. En ik heb tegen alle groten gespeeld:
Johan Cruijff, Gerd Müller, Franz
Beckenbauer, Wim van Hanegem,
Marinho.'
Wat heeft Klinkenberg overgehouden aan
zijn periode bij Ajax? 'Een essentie die ik bij
Ajax heb gevoeld is dat werkelijk iedereen
alleen maar voor zichzelf knokt om bij het
eerste te komen. En eigenlijk voelde ik me
daar ook wel prettig bij. Ook een aantal
denkbeelden van Ivic heb ik overgenomen.
Het overlappen, het buitenom komen, het
trainen in patronen. Spelpatronen waarbij
de spelers heel specifieke loopacties
moesten maken. En dan een uur lang op de
training oefenen. Ik gebruik die stof nog.'
Klinkenberg werkt tegenwoordig als
sportleraar. Hij geeft tennisles en is
daarnaast parttime-trainer bij Barendrecht,
dat vorig seizoen, voor het eerst in de
historie van de club, kampioen van de
Hoofdklasse B geworden is. Ooit hoopt hij
13-3-1977: VW-Ajax 2-2 (2-0).
25. Jovanovic 1-0. 34. Jovanovic 2-0.
56. Geels 2-1. 76. Zuidema 2-2.
Scheidsrechter: Jonker. Toechouwers:
23.000 (uitverkocht).
VW: Vieten; Vercoulen, Hermans,
Rettkowski, Schreurs; Pala, Advocaat,
Van der Weide; Kurcinac, Jovanovic
(Van Dinter), De Jonge.
Ajax: Schrijvers; Van Dord, Dusbaba,
Krol, Suurbier; Schoenaker, Lerby
(Klinkenberg), Zuidema; Arnesen,
Geels, Tahamata (Gluic).
nog in het betaalde voetbal terecht te
komen. 'Misschien kan ik volgend jaar aan
de cursus Coach Betaald Voetbal
deelnemen. Het vrijblijvende van de
amateurs vind ik niks. Ik wil het hoogste
bereiken. Het is me niet gelukt als speler,
maar misschien slaag ik wel als trainer. Bij
Ajax? Dat zou heel mooi zijn natuurlijk.
Het lijkt me heerlijk om binnen de
opleiding van Ajax te werken. Ik ben met al
mijn clubs, Capelle, Slikkerveer en
Barendrecht, kampioen geworden. Het is
een zorgelijke ontwikkeling dat er zoveel
buitenlandse trainers naar Nederland
komen. Met alle respect voor Bobby
Robson, maar ik denk niet dat hij op dit
moment méér bijdraagt op dit niveau dan
zijn ervaring. Hij maakt geen spelers meer
beter. Dat is bij mij anders. Overal waar ik
train, maak ik spelers beter. Dat is geen
arrogantie, daar geloof ik in.'
Had hij dus in zijn Ajax-tijd eigenlijk
trainer van zichzelf moeten zijn? 'In mijn
bewustzijn, misschien. De
trainingsmethoden en de begeleiding zijn
nu veel professioneler. De trainers die er
destijds waren, maakten je niet echt veel
beter. Die waren met het resultaat bezig.
Want Ajax is ook resultaat. Als je het
destijds haalde, was dat puur op je talent.
En dat had ik net niet genoeg.'
90
AJAX MAGAZINE OKTOBER 1998