Ajax Twee
O prachtig Sardinië! Een eiland voor een lofzang van wie het ruwe
ongebreidelde en het vorm-verzachtende zonlicht en het helderste
zeewater bemint. Eiland van piraten en schapen, van kliffen en
zandstranden, van handarbeid en chemische industrie, eiland van
samensmeltende tegenstellingen.
Op dat eiland landde Ajax Twee. En ik mocht mee. Het was een
blik op de toekomst maar tegelijkertijd ook een tocht terug in de
tijd. De toekomst van het Ajax-voetbal en het eigen verleden van
een toernooi met een vergelijkbaar elftal. 'Mijn' Sardinië heette
Portugal, waar het net zo warm was en waar de toernooi-
omstandigheden ook alles vroegen van je aanpassings- en
incasseringsvermogen.
CGIMMN
door David Endt
Het was verfrissend om het eigen altijd spannende en interessante
werkterrein voor een week in te leveren en er een ander spannend
en interessant werkterrein voor te ontvangen. Ajax Twee is sinds
mensenheugenis het elftal van de hoop. De hoop op de stap of de
sprong naar dat grote ideaal, het eerste elftal. En waar hoop groeit,
wordt soms desillusie geoogst. Want voor slechts enkelen is de
hoogste top bereikbaar. Maar iedereen koestert die hoop, werkt
eraan om die hoop om te zetten in resultaat, vecht voor een kans.
De jongsten ademen de sfeer van profvoetbal in, die in de junioren
nog slechts vaag ruikbaar was. Er wordt mannenwerk verwacht
van deze jongens, die elke dag een nieuwe golf aanwijzingen over
zich heen krijgen. En wat gaat het snel! Want al na één jaar Ajax
Twee, word je gezien als een rijpe speler, een ervaren kracht. Na
één jaar! En de voetballers die voor het derde of in zeldzame
gevallen voor het vierde jaar in Ajax Twee voetballen, die heten
'oudjes', terwijl ze vaak niet ouder dan 21 jaar zijn. Zij hebben wel
eens aan het Grote Doel geroken, stonden in het volle stadion in
het veld. Ze hoorden erbij maar zijn nu terug in het drempelelftal.
Dat is moeilijk, ik weet het. Ik heb het ervaren. De jongsten
hebben er geen moeite mee om zich op te peppen, alles is nieuw,
de moeilijkheidsgraad is hoog, de tegenstand zwaar. En dat maakt
het, gek genoeg, gemakkelijker. Veel lastiger is het om na het
proeven van het Grote Doel de concentratie, de beleving en de
ambitie te behouden om ook in Ajax Twee een topprestatie te
leveren. Elke week weer. Terwijl men juist van jou het beetje extra
verlangt, jij moet de speler zijn die de jongeren leidt. Je moet meer
laten zien want men weet dat je meer kunt brengen. De chemie in
het hoofd bestaat uit tegenstrijdigheden. Er is de honger naar
hogerop, het hogerop dat je een beetje kent maar nog niet
voldoende. Om dat te bereiken moet je meer geven dan je denkt te
geven. Je moet ook je geest verslaan. De geest die zachtjes fluistert:
je bent ervaren, je bent eigenlijk te goed voor dit niveau, je kunt
het gemakkelijk af. Luister je naar die stem, dan kun je erin
verdrinken, dan raak je de grond onder je voeten kwijt en ben je
die grond eenmaal kwijt, dan is het heel erg moelijk om weer
boven te komen. Niets is erger dan je een routinier te voelen in
Ajax Twee. Vreemd, merkwaardig, soms waanzinnig elftal waaraan
je je nooit kunt hechten want je wilt eruit weg.
In Sardinië zag ik mijn eigen historie terug. De voetballers,
allemaal met hun eigen kwaliteit en eigen persoonlijkheid. Met
hun eigen dromen, hun eigen twijfels, hun eigen kwellingen en
hun eigen hoop. En ze hebben allemaal een andere manier om zich
te uiten, naar binnen en naar buiten. In een leeftijd waarop het
allerminst gemakkelijk is om oog en oor te hebben voor de mensen
om jou heen die met jou concurreren en met jou strijden. De
wereld die je wilt veroveren wijst alleen jouw kant op en stuurt
naar een bijna egocentrische houding in een teamsport.
Zeven dagen bij elkaar. Wat ik meer dan 25 jaar geleden
meemaakte in Portugal, herleeft nu op Sardinië. Zeven dagen
waarin uit die verschillende geesten vol verwachting, hoop en
twijfel een eenheid wordt gemaakt. Waar kwaliteit wordt
geaccentueerd en wordt gestimuleerd en soms een hoge vlucht
neemt. De omstandigheden zijn moeilijk, er liggen barricades en
valkuilen op de weg. Je moet je over tegenslagen en vermoeidheid
heen zetten. Incasseren en aanpassen. Elkaar helpen om zelf beter
te worden. Ajax Twee, prachtig mooi-moeilijk elftal.
Het Sardijnse zonlicht smolt de tegenstellingen samen en smeedde
de toernooi-eenheid die uitmondde in een gewonnen eindstrijd.
Ooit, in Portugal, verloor ik zo' n finale. Nu is er winst, die de pijn
van Portugal goedmaakt.
AJAX MAGAZINE OKTOBER 1998