accepteren. Soms moet je weer helemaal op nul beginnen. Net als in een nieuw voetbalseizoen. Maar dan weet je dat je het al eens eerder allemaal hebt opgebouwd en dat, als je nog harder je best doet, je dat weer kunt. Want zoals God het van je wegneemt, helpt Hij je er ook weer aan. Daar moet je altijd op vertrouwen. En als je weet dat je jezelf ook kunt redden als je op nul zit, hoef je je nergens zorgen over te maken. Af en toe vraag ik me ook wel eens af wat er met me zou gebeuren als ik alles zou kwijtraken. Het gaat nu zo goed, dat je je realiseert dat het geluk aan jouw kant is. Maar ik weet dat ik mezelf kan redden, altijd. Dat heeft mijn leven mij wel bewezen. En daarom ben ik ook niet bang voor het verlies. Niet het vorige seizoen, maar het jaar ervoor was het slechtste jaar dat ik heb meegemaakt. Mijn vader stierf. Niets kon dat goedmaken. Ik heb daar lang last van gehad, en nog... Direct na de wedstrijd tegen Juventus kreeg mijn vader een beroerte en ging ik hals over kop naar Nigeria. Gelukkig leefde hij toen nog. Ik was er een week terwijl de competitie gewoon doorliep. Ik belde Van Gaal en legde hem de situatie uit. Toen zei hij dat ik daar moest blijven. Dat was mooi, want iedereen had me hard nodig. Het was een zware tijd. Uiteindelijk stierf mijn vader. Weer belde ik Van Gaal. Toen vroeg hij me of ik alsjeblieft terug wilde komen voor zijn laatste wedstrijd in de Arena. Al was het maar voor tien minuten. Toen ben ik teruggegaan. Het leven is moeilijk na zo'n verlies, maar het lukt mij altijd om persoonlijke problemen buiten het voetbal te houden. Als ik in het veld sta, heb ik geen last van dingen die me buiten het veld bezighouden. Niet doordat ik in het voetbal vlucht, maar doordat ze op dat moment eenvoudigweg niet bestaan. Ik weet ook niet hoe ik dat doe, maar het is wel prettig. Net als ieder ander mens heb ik ook problemen, maar ik vind dat ik een prachtig leven heb. Als ik nu zou sterven, denk ik dat ik tevreden zou sterven. De enige reden waarom ik ontevreden zou kunnen zijn, is dat ik graag nog heel lang voor mijn familie wil zorgen. Sinds de dood van mijn vader ben ik alles voor de familie. Die verantwoordelijkheid word ik nooit moe. Integendeel, het is een voortdurende bron van geluk. Ik kan het namelijk waarmaken.' De lach Het is onwaarschijnlijk hoe populair Babangida is. En niet alleen doordat hij behoorlijk goed kan voetballen, hoewel dat er ook mee te maken moet hebben. Baba is zeer 'aaibaar'. Eén lach, en de grofst getatoueerde hooligan van de tegenpartij schieten de tranen in de ogen van ontroering. Baba heeft zoveel van een zeehond dat iedere linksback een eskimo lijkt. Tijjani is inderdaad een zeldzame voetballer. Een echte rechtsbuiten, die nergens zo op zijn plaats is als bij Ajax. Hier worden dergelijke voetballers tenminste gewaardeerd, waar ze verder de status van bedreigde diersoort al ruimschoots zijn gepasseerd. Het maakt de Arena tot het Pieterburen van de voetbalwereld. Babangida: 'Misschien wordt iedereen wel vertederd door mijn lach, dat weet ik niet. De mensen hier zien er vaak depressief uit. Misschien door het weer, of doordat iedereen altijd binnen zit. Ik weet wel, het kan niet anders, door het weer en zo. Ik zit ook vaak binnen. Dan zie ik door het raam hoe koud het buiten is. En dan voel ik de warmte van het huis. Dat is ook wel lekker, maar toch mis ik het buitenleven wel. Maar ik kan nooit zo lang binnen zitten, of ik heb toch mijn lach nog paraat. En mensen zien graag vrolijke mensen. Maar ik lach niet om lief te lijken, ik lach omdat ik blij ben. Daarom lijk ik lief.' 20 AJAX MAGAZINE OKTOBER 1998

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1998 | | pagina 20