's ochtends, tijdens de zogenaamde
'speruren', mocht niemand zich zonder
vergunning op straat bevinden. Bij wijze
van straf werden de spertijden regelmatig
verlengd, waardoor de clubavonden
noodgedwongen werden afgelast. In dat
geval beperkte het verenigingsleven zich
voor de Ajacieden tot de zondagen waarop
gespeeld werd en tot de twee
trainingsavonden per week.
Het bestuur van Ajax heeft in het eerste
voetbalseizoen tijdens de Tweede
Wereldoorlog serieus overwogen om de
clubavonden maar helemaal te staken.
Men was namelijk bang dat er niet
voldoende animo onder de leden zou
bestaan. Uit het daarop ingestelde
onderzoek bleek echter dat er wel degelijk
belangstelling voor was.
Naast de clubavonden organiseerde Ajax
dat seizoen zelfs een biljarttoernooi, een
kienavond en een schaaktoernooi. Het was
voor de winnaars telkens een verrassing
wat ze zouden winnen, aangezien de
prijzen door de leden zelf beschikbaar
gesteld werden.
Ondanks de oorlogssituatie kon Ajax
tevreden zijn over de opkomst bij de
clubavonden. Uit de jaarverslagen van de
jaren '40-'44 blijkt dat de clubavonden
goed bezocht werden. Zelfs in het seizoen
'43-'44 was er 'ondanks het vroege
sluitingsuur' veel belangstelling. Er werd
echter wel bij aangetekend dat het door het
vroege tijdstip van verduistering niet de
moeite was om het jaarlijkse
biljarttoernooi te organiseren.
Ongenode gasten in de Meer
Ook op ander gebied was de Duitse
bezetting duidelijk voelbaar voor Ajax. In
het Ajax-stadion waren sinds de capitulatie
enkele pelotons militairen van de Duitse
Wehrmacht ingekwartierd. De Duitsers
hadden het achterste gedeelte van het
stadion gevorderd en beschikten tevens
over de sportzaal, enkele kantoren en over
het oefenveld vóór het stadion.
Dat niet ook het hoofdterrein gevorderd
werd, is waarschijnlijk te danken aan het
Ajax-bestuur dat het botweg weigerde af te
staan. Wel vorderden de Duitse militairen
regelmatig één of meerdere bijvelden om
op te trainen. Om deze reden besteedde
Ajax niet veel aandacht aan het onderhoud
Foto: Archief Ajax
ervan. De velden werden door gebrek aan
benzine weinig gemaaid, maar zo nu en
dan werd een 'paarden-grasmachine'
ingezet om het gras kort te houden.
Het bestuur van Ajax kon niet voorkomen
dat het stadion enkele malen algeheel
gevorderd werd ten behoeve van
onderlinge voetbalwedstrijden tussen
Duitse militairen. Dit was bijvoorbeeld het
geval in de zomer van 1942, waardoor de
presentatie van het jaarverslag '41-'42 niet
zoals gebruikelijk in de bestuurskamer
gehouden kon worden. Ook werd Ajax aan
het einde van dat seizoen gedwongen een
aantal wedstrijden af te gelasten. De
Ajacieden moesten toen tijdelijk gebruik
maken van een van de nabij gelegen
velden. Met de aanvang van de training op
30 juli 1942 had Ajax weer de beschikking
Spelmoment uit de wedstrijd Ajax - Blauw Wit
(5-1) om het kampioenschap van Amsterdam op
30 mei 1943. Vanaf links de Ajacieden Steef Klein
Gerrit Keizer, Jany van der Veen en Jan Potharst.
over het stadion en de velden.
Het is duidelijk dat de Duitse militairen die
gelegerd waren in de Meer, delen van het
stadion vorderden zoals hun dat uitkwam.
Op deze manier deden de Duitsers dat in
de rest van het land ook met scholen,
huizen en andere ruimten. Een zeer
opvallend verschil met de Ajax-terreinen
was dat de Duitse inwoners van de Meer
ieder jaar probleemloos het gevraagde
huurbedrag betaalden. In de persoon van
penningmeester Wim Volkers diende Ajax
gewoon een rekening in bij de Duitsers.
AJAX MAGAZINE OKTOBER 1998
177