Ze waren niet op schoolreis. Ze waren soldaten, in een ver land. Iedereen sliep, maar hij kon de slaap niet vatten. Hij had de hele dag al zo'n raar voorgevoel gehad. Dat had hij ook tegen de kolonel gezegd. 'Met permissie kolonel, ik heb het gevoel dat er iets gaat gebeuren vannacht.' 'Ach, maak je niet zo druk. Morgen gaan we met groot verlof, soldaat. Zolang kunnen ze toch wel wachten? Ingerukt en welterusten' Maar hij was paraat gebleven. Als enige. Hoorde hij daar voetstappen in de verte? Uiteindelijk moest hij toch in slaap gevallen zijn, want opeens schrok hij wakker. Een moment dacht hij dat hij nog altijd in het stadion was. De bal op de penaltystip. Oog in oog met de keeper. Op de bomvolle tribunes houden ze de adem in. Kampioen of niet, over enkele ogenblikken zullen ze het weten. Hij neemt zijn aanloop, ogen gericht op de bal. Concentratie. Linkerbenedenhoek, net als altijd. De aanloop lijkt eindeloos. Hij komt geen stap dichterbij. Het publiek begint te joelen. De keeper kijkt op zijn horloge. Hoe harder hij loopt, hoe verder de bal zich van hem verwijdert. 'Opschieten, we hebben geen uren de tijd!' Foto ANP Foto ANP De scheidsrechter maant hem haast te maken. Hij rent nu zo hard hij kan. In de verte ziet hij dat de terreinknecht het doel opvouwt. Hij struikelt. Languit in de modder. Hij kijkt om zich heen. De toeschouwers zijn verdwenen, de spelers zijn gaan douchen. Zijn kansen verkeken. Hij kan het niet langer aanzien. 'Opstaan!' De scheidsrechter buigt zich over hem heen. Hij wil niet opstaan. Nooit meer opstaan. Langzaam zakt hij weg in het gras. De scheidsrechter pakt hem bij zijn schouders en schudt hem ruw door elkaar. 'En nu d'ruit, jij!' Hij opent zijn ogen en kijkt recht in het gezicht van De Wolf. 'Opstaan, zeg ik je.' Kwart voor zeven. Het kostschoolleven was begonnen. Gistermiddag had zijn stiefmoeder hem hier gebracht. Zondagmiddag, half vijf. Niet gevoetbald, toch verloren. Het was MAGAZINE AUGUSTUS 1998

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1998 | | pagina 63