'IWWWKi'i
ontvangen door de filmpers, begrijpt
Wouterse wel. Dat komt, zegt hij, omdat er
geen duidelijke keuze is gemaakt tussen
'amusement' en 'engagement'. 'Je kunt met
een film als Temmink twee kanten op. Of je
maakt een weinig pretentieuze
amusementsfilm a la Rocky. Of het wordt
een film waarin bijvoorbeeld stelling wordt
genomen tegen "zinloos geweld".' Het
werd geen van beide. Jammer ook, dat
Temmink wegens tegenvallende
bezoekcijfers al na één week uit de roulatie
werd gehaald. Maar dat ziet Wouterse
meer als een probleem van de producent
dan als zijn eigen probleem.. "Er is te groot
gegokt door die film in Amsterdam in een
zaal als City te laaten draaien. Dan moet je
concurreren met grote Amerikaanse
producties. Daar leg je het altijd tegen af.
Ik heb die rol geaccepteerd omdat ik graag
in een knokfilm wilde spelen. Als je ja zegt,
moet je er ook onvoorwaardelijk voor
gaan. Als acteur maak je je natuurlijk altijd
zorgen over je rol, maar je hebt nauwelijks
invloed op het eindproduct.'
Echt verrast was Wouterse ook weer niet
door de harde kritiek. Net zo goed doet het
hem bar weinig dat de gezamenlijke
filmpers hém spaarde. Wat critici
schrijven, zegt hij, interesseert hem 'geen
reet'. Zelfs niet als zijn spel 'overtuigend'
(de Volkskrant'vermakelijk' (Het Parool)
en 'teder en aandoenlijk' (NRC
Handelsbladheet. "Ik heb al lang geleden
besloten mezelf niet meer te pijnigen met
het lezen van recensies. Belangrijker is wat
ik er zélf van vind. Zelfs bij goede recensies
denk ik vaak dat de liefde waarmee zo'n
krantenartikel is geschreven, het niet haalt
bij de liefde waarmee een toneelstuk of een
film is gemaakt. Ik sta liever in een goede
film zonder dat mijn aandeel erin wordt
genoemd. Ik doe aan een film mee om er
zelf plezier aan te beleven, niet om door
anderen gelauwerd te worden. Ik heb mijn
kick gehad tijdens de opnames, misschien
bij de eerste keer dat ik de film in z'n
geheel zag. Maar ik krijg m'n kick niet uit
de mening van een ander.'
De Man van Staal
De luie, dikke jongen is - begrijpelijk - een
laatbloeier. Als jong spelertje van
SC Hoevelaken droomde hij van een
profcarrière. Een keer meetrainen bij de
jeugd van FC Utrecht was voldoende om
tot de realiteit terug te keren. Spelers als
Willy Carbo, Wim Flight en Tom
DuChatinier waren per slot van rekening
van iets beter kaliber. Niet dat hij er veel
voor over had om echt te slagen, want ook
op de training was hij het type 'dat altijd de
bochtjes afsneed'. 'Maar, o god, die geur
van het gras: een van de mooiste dingen in
het leven. Nu nog steeds: op een
zomeravond op een vochtig veld met
elkaar tegen een bal trappen. Geweldig. Op
zulke momenten zie je volwassen mannen
weer dertien jaar worden. Films maken is
een zelfde manier van dromen. Je trekt een
paar kleren aan en je doet net alsof je
Archie, de Man van Staal bent of The Lone
Ranger. Uiteindelijk wil iederéén weer dat
jongetje van dertien jaar zijn. Op je
dertiende was je leven nog leuk en
spannend.'
Na de middelbare school en de
pedagogische academie dacht hij een
grootse toekomst tegemoet te gaan als
verkoper van afzuigkappen. Na een jaar
wist hij dat hij op die manier niet oud zou
worden. Hij moest iets leuks gaan doen.
Via de toneelschool kwam hij terecht in het
circus. 'Een prachtige wereld. In Nederland
leeft het circus nauwelijks. Zo'n
AJAX MAGAZINE AUGUSTUS 1998