afgewogen.' Toch is het behoorlijk jong, om op 14-jarige leeftijd al zo'n verstandelijke, bijna volwassen beslissing te 'Je moet alles een keer meemaken in je loopbaan. Ik kan nu zeggen dat ik ook een rode kaart heb gehad' Litmanen: 'Natuurlijk, dat weet ik. Maar als je jong bent, laten we zeggen tussen zeven en tien jaar, dan heb je dromen. Op mijn dertiende was dat al anders. Toen ging ik hard trainen, met de bedoeling om ooit profvoetballer te worden. Vanaf dat moment was dat mijn doel. Natuurlijk was het een handicap om daaraan in Finland te werken. Maar voetbal is wel altijd een van de grootste hobby's van de mensen in Finland geweest. Toen ik zei dat ik profvoetballer wilde worden, hebben veel mensen om mij gelachen. Voetballen was leuk, maar dat deed je naast je werk of studie. Als je goed was, kon je in het nationale elftal spelen, maar je bleef natuurlijk gewoon in Finland wonen. Maar ik wilde naar het buitenland en deed daar alles voor. Als de velden buiten bevroren waren tijdens de lange winterpauzes, trainde ik binnen, op kunstgras. In mijn schooltijd hadden we 's zomers tweeëneenhalve maand vrij. Ik ging nooit werken, wat veel leeftijdgenoten van mij in die tijd wel deden. Ik was altijd met voetbal bezig. Overdag alleen en 's avonds met de ploeg. Uiteindelijk is alles wat ik wilde bereiken ook gelukt, maar ik heb daar wel zeer hard voor gewerkt.' Jari Litmanen is wat je noemt een lieve voetballer. Het aantal boekingen in zijn hele loopbaan is op de vingers van één hand te tellen. 'Zelfs met ijshockey is hij een lieve speler,' zei Jari's moeder ooit. Bewijst Litmanen dat je met schoon spel ook de top kunt bereiken? Litmanen: 'Ik heb bepaalde ideeën over voetbal en ijshockey en heb het altijd zo gedaan. Ik heb nu ruim vijftig wedstrijden voor het Finse elftal gespeeld en eenmaal een gele kaart gekregen. Bij Ajax heb ik meer rode kaarten dan gele kaarten gehad.' Dat laatste klinkt als een ernstig vergrijp, maar het tegendeel is waar. Tegenover nul gele kaarten staat eenmaal rood. Hij kreeg die kaart vorig seizoen, na een onbesuisde actie op Volendammer Rob Matthaei. Er zat een hoop frustratie in die actie en Litmanen wilde er destijds geen woorden aan vuil maken. Hoe kijkt hij daar nu, ruim een jaar later, op terug? Litmanen: 'Ik weet precies wat er tussen mij en Matthaei is gebeurd, maar de videobeelden laten alleen mijn actie zien. Ik houd het gewoon zo, wil er niets meer over zeggen. Het is gebeurd, het is leerzaam geweest.' Na enige stilte vervolgt hij met stemverheffing: 'Je moet alles een keer meemaken in je loopbaan. Ik kan nu zeggen dat ik ook een rode kaart heb gehad. Punt uit, klaar. Leuk.' Litmanen kwam na een leerjaar achter Bergkamp (seizoen 1992-1993) op zijn favoriete stek terecht: kort achter de spitsen. Sindsdien is hij niet meer uit Ajax 1 weg te denken. Hij moest ook concurreren voor zijn positie. Met Petersen, met Van den Brom en met Dani. Litmanen won steeds. Is het niet moeilijk om met collega's te strijden om een plek en leidt dit buiten de wedstrijden weieens tot spanning? Litmanen: 'Laat ik voorop I stellen dat ik deze jongens niet als concurrenten beschouw, maar als I collega's en medemensen. Met Van den Brom en lp Dani heb ik het altijd heel goed kunnen vinden, ook I buiten het voetbal om. J Iedere voetballer wil graag I in de basis staan, dat is I logisch. Van die jongens li over wie we het net hadden, heb ik altijd het I gevoel gehad dat zij ook I voor mij hoopten dat ik I goed zou spelen. Als Dani r op mijn plaats speelt, li wens ik hem ook altijd I het beste toe.' ij Geldt dat ook voor Martijn Reuser? Hij was behoorlijk fel in de duels met jou, tijdens Vitesse-Ajax. Litmanen: 'Dat weet ik niet. Reuser heeft bij Ajax op veel verschillende plekken gespeeld. Hij had nooit een vaste plaats, speelde als linksbuiten, spits, achter de spitsen, rechtsbuiten en zelfs als linkshalf of rechtshalf. Met Van den Brom lag dat anders, hij was beschikbaar voor de plek achter de spitsen. Maar hij speelde ook weieens op vier, vlak achter mij. Dani kan behalve op tien ook ingezet worden als linksbuiten of linkshalf en zelfs als rechtshalf of rechtsbuiten. Het is dus ook met hem niet zo dat hij alleen op mijn plek inzetbaar is.' Liefhebber Litmanen heeft altijd gezegd dat zijn eigen successen ondergeschikt zijn aan het teambelang. Een doelpunt maken is leuk, maar winnen met Ajax is de eerste prioriteit. Geeft het maken van zo'n typisch artistiek Litmanen-doelpunt de maker zelf toch niet extra bevrediging? Litmanen: 'Ik ben een liefhebber van voetbal. Ik kan genieten van alle mooie dingen in het veld. Dat kan een verdediger AJAX MAGAZINE JUNI 1998

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1998 | | pagina 39