Kampvuur bij tweede paal De omstandigheden zijn bizar. Het is ijzig koud en het veld ligt erbij als een bevroren toendra. Dit is een voetbalveld. Kaal, onherbergzaam en koud, kóud! Dit is een voetbalveld van een stadion. Het stadion van een roemruchte club: Dynamo Moskou. door David Endt Foto: Louis van de Vuurst Het werd in hetzelfde jaar gebouwd als het Amsterdamse Olympisch stadion, 1928. Een oude, hier en daar wat opgekalefaterde ovaal zonder enige beschutting. De oostenwind zwiept van de tribunes naar beneden door de kom. Zo koud was het in ons stadion nooit. Waar eens een sintelbaan lag, is nu een kunststoffen piste neergelegd. Maar de vorst heeft het tartan keihard gemaakt en het is geblutst en gescheurd. De baan is goed voor ijsspeedway, atleten zitten thuis dik ingepakt te hopen op een vroege lente en een warme, lange zomer. Maar dit is Rusland. Dit ijzige stadion zonder beschutting ligt in Moskou en er moet worden gevoetbald. In dit onherbergzame gebied gaan voetballers voetballen. Het is onbegrijpelijk en waanzinnig maar het heeft geen zin om je er heel druk om te maken want er moet toch worden gespeeld. Van binnen ruikt het stadion naar oud hout. Er zijn schrootjeswanden en met plak-plastic behangen deuren waarachter kantoren schuilgaan. Grote, hoge kantoren. Kantoren met slechts een breed en zwaar bureau en aan de muur een Adidas-poster uit 1968. En achter zo'n bureau zit een grote Russische mevrouw. Een compact stuk mens op gympen dat wanneer je om de hoek naar binnen kijkt een brede tandenloze lach plooit in haar gezicht. Het stadion is van binnen net zo oud als van buiten. En juist daarom heeft deze schepping uit 1928 iets moois, iets authentieks. Het is een brokkelige veste geworden maar eens was het een moderne tempel, de trots van Moskou. En dit stadion was het stadion van keeper Lev Ivanovitsj Jasjin. Hier waart zijn geest rond. Op deze bodem verrichtte hij reddingen en vanaf deze tribunes werd zijn naam geroepen. Misschien heeft die vrouw van achter het bureau vroeger op de tribune gestaan en Lev zien spelen en was hij haar held. 's Avonds traint de Ajax-selectie op de toendra die vlak genoeg is om de bal te laten lopen. Er kan dus gevoetbald worden, mits de bereidheid er is om de elementen te trotseren en mits het niet gaat sneeuwen. En wat voorspelt het weerbericht? Sneeuw. De volgende ochtend zijn we er weer. Het is de wedstrijddag. Twee spelers doen een laatste test voor een decor van bedrijvigheid. Mannen en vrouwen scheppen sneeuw van stoeltjes en van trappen en van opgangen. Het tartan kraakt onder de druk van vrachtauto's die sneeuw afvoeren en zand aanvoeren. Zand dat op het voetbalveld wordt gestrooid en door soldaten met harken en schoffels in de grond wordt gestampt. Een man met kaplaarzen en een jas die hem van zijn oren tot zijn enkels beschermt, schildert de zijlijn met een bezemstok waar een kwast aan zit. Onverstoorbaar stopt hij de kwast in een emmer en poetst weer twee meter kalk langs een touwtje op het kale terrein De lucht is sneeuw-grijs maar er valt niets naar beneden. Wel is het koud, kouder dan gisteren. De oostenwind speelt in de stenen kom met neus en oren. Bij de tweede paal brandt een kampvuur. Een kampvuur bij de tweede paal! Soldaten warmen er hun want- handen. Ik wist dat de reis naar Moskou bijzonder zou zijn maar een kampvuur bij de tweede paal... Met een op het Rode Plein gekochte bontmuts op m'n kop, met aan mijn billen een wollen maillot onder de nette broek met daar weer overheen een broek van slaapzakstof, met aan mijn bast een interlock, een overhemd, een trui en een dikke jas en met een drie keer om mijn hals geslagen das sta ik 's avonds weer op dat terrein. Het is weer een slag kouder, de wind blaast nog gemener. Beter staan achter de reclameborden dan zittend bevroren tenen krijgen op de tribune. Ik bewonder de scheidsrechter, een Portugees, die zich zonder handschoenen of maillot hollend warm houdt. Ajax speelt goed maar het scoort niet. Het is opvallend hoe hoog het spelpeil is onder de Siberische omstandigheden. Omdat de balcirculatie snel en zuiver is, krijgt Spartak geen vat op het spel. Maar er is ook geen doelpunt dat het ijs breekt. In de tweede helft sta ik ter hoogte van de tweede paal, daar waar uren eerder het kampvuur de soldatenhanden warmde. Ajax strijdt maar het verliest aan macht en naarmate de tweede helft vordert, weet ik dat we in de in de eerste helft hadden moeten scoren. Dan maar de eer redden, in elk geval met winst uit Moskou afreizen. Zelfs dat is ons niet gegund. Shirko, de beul in Amsterdam, klieft in de laatste minuten met een ijzig scherp zwaard en uit de wond valt bevroren bloed op de toendra. Wij vallen, wij zinken, wij hebben geen houvast meer aan het leven. Wij zijn uit Europa gesmeten en die wetenschap bevriest ons hart. AJAX MAGAZINE MEI 1998 79

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1998 | | pagina 79