man, die inmiddels is overleden, ging ze
wel eens naar Ajax kijken. Haar zoon Leo
was er elke thuiswedstrijd, vak L op de
Reynoldstribune was zijn stek. Mevrouw
Coesel kreeg een enkele keer kaartjes van
haar overburen als compensatie voor de
overlast. Maar van last wil de Amsterdamse
niets horen. 'Anders zou ik moeten liegen.
Overal heb je
raddraaiers, van dat
tuig,' zegt de
inmiddels 86-jarige.
'Zelf persoonlijk
hoorde ik dat de
mensen die af en
toe wel eens herrie
schopten, geen
echte Ajax-fans
waren.' Geen
kwaad woord dus over haar ploeg.
Met lede ogen heeft zij aangezien hoe de
afbraak van het stadion waar zij
eenentwintig jaar op heeft uitgegeken, zich
heeft voltrokken. Van haar had het
helemaal niet weggehoeven. 'Een kleiner
clubje had er toch nog iets aan kunnen
hebben? Nu moest ik aanschouwen hoe de
bulldozers geschiedenis vermorzelden. Een
hard gelag. Het zal nog lang duren voordat
ik eraan gewend ben dat de Meer nooit
meer terugkomt.'
Het vertrek van Ajax heeft niet alleen
emotionele schade berokkend bij de
buurtbewoners. Voor een aantal
De sigarenvrouw (Tini
Lens): 'Van heinde en
verre kwamen fans bij
ons in de winkel,
omdat zij wisten dat
wij een uitgebreide
collectie hadden.'
middenstanders
aan de Middenweg
betekende de
verhuizing van de
publiekstrekker een financiële klap. Zoals
bijvoorbeeld voor sigarenmagazijn 'Ajax',
een zaak die al 72 jaar op dezelfde plek
gevestigd is, recht tegenover de voormalige
stadszijde van het stadion. Nog steeds
verkopen Tini en Tom Lens, die af en toe
zelf een wedstrijd in de Meer bijwoonden,
veel Ajax-spullen, maar lang niet zoveel
meer als toen Ajax nog aan de overkant
speelde. 'We waren een begrip. Van heinde
en verre kwamen fans bij ons in de winkel,
omdat zij wisten dat wij een uitgebreide
collectie hadden,'
vertelt Tini Lens,
terwijl haar
gedachten
De slager (Wim
Miltenburg): 'Vijftien
procent minder omzet.'
INE MAART/APRIL 1998
teruggaan naar de tijd dat haar winkel
volstond met mensen die het nieuwste van
het nieuwste van hun geliefde club wilden
aanschaffen. 'Nu denken veel supporters
dat wij hier weg zijn sinds Ajax hier niet
meer zit. Maar daar is nooit sprake van
geweest.' Wel ondernam de familie Lens
actie toen zij er lucht van kreeg dat Ajax
weg zou gaan. In totaal moesten drie
gezinnen leven van de inkomsten van de
winkel. Na het vertrek van Ajax, dat naar
hun mening gemakkelijk had kunnen
blijven als een enkel sportveld in de buurt
van het stadion was opgeofferd aan de
aanleg van een grote parkeerplaats,
verwachtten zij dat dat niet langer zou
lukken. Daarom
openden zij twee
andere zaken, een
in de Kalverstraat
en een in het
nieuwe
winkelcentrum de
Kolk. 'Een gouden
zet,' zeggen zij
achteraf. 'Ajax leeft
in de binnenstad,
vooral bij de toeristen. We kunnen iedere
dag wel gaan zitten treuren dat Ajax hier
niet meer is, maar die deur is nu dicht. We
blikken alleen nog vooruit.'
Aderlating
Slager Wim Miltenburg mist net als zijn
collega-middenstanders van de sigarenzaak
naast de gezelligheid vooral ook
inkomsten. Van de twaalf jaar dat hij met
zijn slagerij tegenover de Meer zat, kookte
hij acht jaar lang vier dagen in de week
voor de jeugd van Ajax. Toen de club
43