^Bej^Baren dertig regeerden Ajax en
Feyenoord het Nederlandse voetbal. Beide
clubs hadden de beschikking over een
kl eitje accommodatie en hadden derhalve
jÊ bejÊÊmte aan een groter stadion. Ajax
opende in 1934 de Meer en kon bij hevige
^PKelangstelling uitwijken naar het iets
grotere Olympisch stadion. In Rotterdam
pakte men de zaken nog voortvarender
aan. Feyenoord-voorzitter Leo van
Zandvliet opperde in 1931 het idee om een
nieuw stadion te bouwen met een
capaciteit van zo'n zestigduizend
toeschouwers, ongeveer twee keer zo groot
als de stadions in Amsterdam. Het plan
van Van Zandvliet was gedurfd - en niet
alleen vanwege de grootte van het stadion.
Het was crisistijd. Veel van de zeshonderd
leden van Feyenoord waren werkloos en de
plek waar het nieuwe stadion moest komen
was de polder Varkenoord, een afgelegen
havengebied in Rotterdam-Zuid. Maar als
in Amsterdam een fameus stadion
gebouwd kon worden, kon Rotterdam niet
achterblijven, vond Van Zandvliet.
De rivaliteit tussen beide steden zou
regelmatig een rol blijven spelen in de
AJAX MAOA7INF MAART/APPII 1 QQ«