heb geen uitgesproken voorkeur voor een
van de twee vormen van waardering.'
In Turkije was één ding wel beter: Shota en
Arveladze, de eeneiige tweeling, speelden
samen bij één club. Hun hele leven waren
ze onafscheidelijk. Soms dacht men zelfs
dat de Georgische tweeling een Siamese
was, zo vergroeid waren ze met elkaar. Dit
seizoen spelen ze voor het eerst in hun
leven niet voor dezelfde club. Wie weet hoe
de broers aan elkaar hangen, beseft hoe
onmenselijk de separatie is. Hoewel de
geschiedenis wellicht anders zal uitwijzen,
moet je bij de De Boertjes ook niet
aankomen met een halve belangstelling.
Twee halen, twee betalen. Lange tijd was
het ondenkbaar dat de wegen van de
Arveladzes zich zouden scheiden. Een
seizoen voor Shota naar Ajax kwam, kreeg
hij van Deportivo la Coruna een
aanbieding van twaalf miljoen gulden.
Arveladze ging niet. Geen denken aan.
Arveladze: 'Ik ging niet naar Deportivo
omdat ik toen alleen met Archil wilde
verhuizen. In de onderhandelingen heb ik
geprobeerd om Deportivo ook hem te
laten contracteren. Dat lukte niet. Archil
was geblesseerd en zat op dat moment net
met zijn been in het gips. Als ik toen was
gegaan, had Archil terug gemoeten naar
Georgië omdat Trabzonspor hem geen
contractverlenging wilde geven. Het was
toen onzeker of Archil weer zo fit zou
worden dat hij kon terugkeren op zijn
oude niveau. Deportivo wilde niet verder
gaan dan de medische behandeling
overnemen en Archil bij een goed resultaat
uiteindelijk contracteren voor het tweede.
Dat vond ik te onzeker. Het gevolg was dat
we beiden bij Trabzon bijtekenden. Drie
maanden later was Archil weer fit en kon
hij weer gaan spelen. Gelukkig werd hij zo
AJAX MAGAZINE FEBRUARI 1998