Nadat Feyenoord de Europa Cup 1 gewonnen had in een finale tegen Celtic, was Ajax drie maal aan de beurt. Nog één keer onder Michels, nadien twee maal met de Roemeense trainer Stefan Kovacs aan het roer. Wat herinnert Barry Hulshoff zich van die finales? 'Vooral de eerste tegen Panathinaikos is me bijgebleven. Ik herinner me de entourage van het Wembley-stadion. Een unieke gebeurtenis. De tweede, in Rotterdam tegen Inter Milaan was een afspiegeling van het hele seizoen. Dat moet zowat de beste partij geweest zijn, die we ooit gespeeld hebben. Als je erin slaagt om de nummer twee van Europa een ganse wedstrijd op eigen helft vast te zetten, dan benader je de perfectie. De derde zege, in Belgrado tegen Juventus, was een finale van hangen en wurgen. Johan Cruijff en ikzelf hebben ons uiterste best gedaan om de groep bij elkaar te houden, wat geleid heeft tot die zege, maar het was de magerste van de drie.' Met een wereldbeker onder de arm ben je al vlug een supervedette. Hoe ging Hulshoff met die status om? 'De Amsterdammer gaat in wezen cynisch om met succes. Het zijn trouwens vooral de media en de reclamejongens die je op een voetstuk plaatsen. Nou, inzake publiciteitsinkomsten was het onvergelijkbaar met nu. Shirtreclame was nog niet toegelaten.' Hulshoff lacht breeduit. 'Ik heb ooit een tv-spot gemaakt voor Chappy- hondenbrokken. Daar kreeg ik toen als vergoeding een videorecorder voor. Wij trokken in die periode gewoon de stad in, of we intussen alle wereldteams versloegen maakte niet uit. Ik herinner me nog dat ik met Neeskens, Suurbier en de twee Mührens vaak naar Broodje Dobben ging bij het Rembrandtplein. Maar te veel in kroegen rondhangen mocht niet. Want Michels en Bobby Haarms kwamen je daar 's avonds hoogstpersoonlijk uithalen, als het moest. Bobby loopt als een rode draad door Ajax. Ik zie hem als een bewaker van de eigen stijl. Na succesperiodes krijg je meestal met een nieuwe trainer te maken. In zulke omstandigheden is het interessant, dat je iemand als Bobby hebt, die lang aan de club verbonden is en het huis kent.' Barry Hulshoff en Piet Keizer in Ajax-shirt herenigd bij de benefietwedstrijd ter nagedachtenis van Dick van Dijk Michels Hulshoff is al jaren zelf trainer. Wat stak hij op van de coaches waar hij bij Ajax onder moest werken? 'Van Rinus Michels onthou ik vooral de opbouw van een profclub. En bovenal: geen gedeelde verantwoordelijkheden accepteren. Want als je een taak met twee of meer uitvoert, kun je je verantwoordelijkheid altijd afschuiven. Iedereen moet aan te spreken zijn op datgene wat hij moet uitvoeren. Michels was ook sterk in het onderscheiden van hoofd- en bijzaak. Voor hem stond de ploeg centraal en was iedereen gelijk voor de wet. Niet stappen, niet roken.' Niet roken? En johan Cruijjf dan? 'Die rookte stiekem! Het was een Spartaanse AJAX MAGAZINE FEBRUARI 1998 199

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1998 | | pagina 199