de vinger naar de sponsors wijzen, omdat die in de watten gelegd zouden worden. Misschien was het begrijpelijk, die reactie, maar juist is zij beslist niet. Er werd, zoals ik zei, ook vorig seizoen gebalanceerd mee omgegaan. En mijn principe is het ook: nooit, nooit, moet je het "kleine" publiek van je vervreemden. Dat is de dood in de pot, voor de voetbalvereniging en voor het bedrijf Ajax. En in die column werd erover gesneerd. Kritiek leveren mag, maar doe het met feiten. Anders wordt het stemmingmakerij. In de Arena moet iedereen geven en nemen. Wat Michael van Praag zei in het laatste Ajax Magazine is me uit het hart gegrepen. Ook de harde kern zal moet "geven". Het kan niet voor al die verschillende groepen ideaal zijn.' Verrassing De klemmende vraag die ons allen bezighoudt, is natuurlijk: hoe is 't zo gekomen? Het lijkt bijna of Jaap Ellerbroek die vraag verwacht had. 'Een grote verrassing was het. Ik kende Michael van Praag. Hij vroeg of ik in de markt was. Ik noemde meteen de bezwaren. Ik kom niet uit de inner circle van Ajax, al ben ik altijd supporter geweest en ben ik in Amsterdam geboren en getogen. Een bestuursfunctie zou misschien moeilijk te combineren zijn met mijn werk als algemeen directeur van Alcatel Telecom. Weet waar je aan begint, zei ik. Toen dat allemaal overkomelijk bleek, zat ik al dadelijk niet meer te zeuren. Het is een uitdaging. Het bestuurscollege van Ajax is een kruising tussen een clubbestuur en een raad van commissarissen. Ajax is club én bedrijf. Dat fascineert me. In een bedrijf staat rationaliteit hoog in het vaandel, bij een club emotie. Ajax zit ertussenin. In een bedrijf wil je geld verdienen met zoveel mogelijk pret, in een zo goed mogelijke sfeer. Bij een club wil je winnen en, secundair, geld verdienen om dat winnen te bewerkstelligen. Maribor is een mooi voorbeeld. In Slovenië zouden we ze even opknopen. Maar nee, 1-1. We waren sikkeneurig tot in het vliegtuig. Pas toen bedacht het bestuurslid commerciële zaken: nu zit thuis het stadion tenminste vol! Het scheelde denk ik tien- twintigduizend mensen. In een bedrijf zou zoiets anders gaan. In een club is het winnen, winnen, winnen. Geld is secundair, en toch moet de club als bedrijf geleid worden. Ik kom uit Amsterdam-Zuid, de Rooseveltlaan. Aanvankelijk was ik voor Blauw Wit. Inderdaad, wat u zegt, een volksclub. Het kwam door een oom van mij, die in het eerste speelde. Ik was daar trots op. Ajax sprak me ook aan, en geleidelijk veranderde die dubbele liefde in een enkele liefde. Al dertig, veertig jaar kom ik bij Ajax. Niet elke week, hoor, maar de laatste tijd intensief. We hadden twee business seats. Chique inwerken Waarom is Jaap Ellerbroek gevraagd als bestuurslid commerciële zaken? Het is eigenlijk onlogisch zulks aan Jaap Ellerbroek te vragen, vindt hij zelf ook. 'In Donald Feldmann hadden ze een echte verenigingsman. Het bestuur zocht kennelijk ook iemand met affiniteit én met bestuurlijke ervaring van buiten Ajax. Ze wilden ook de blik wel naar buiten slaan. Immers, het aantal Ajax-leden dunt uit. Wat het verschil is tussen financiën en commerciële zaken? Ach, binnen een directieteam in het bedrijfsleven zijn dat ook verschillende portefeuilles. Natuurlijk overlapt het elkaar, maar dat geldt, in het Ajax-bestuur, voor alle portefeuilles. Je moet elkaar treffen, weet u, dat noemen we teamwork... Dat geldt overal. Ik dien geldbronnen op te sporen en later samen met de penningmeester te bepalen welke contracten we afsluiten. Hij heeft het totaaloverzicht. Bij Ajax zijn er vijf heldere portefeuilles, maar wekelijks bespreken we alle zaken kamerbreed. Hahaha, dat is wel leuk, over de voetbaltechnische finesses mag niemand meespreken, maar alle vijf hebben we verstand van commerciële zaken. Die worden dan ook breed besproken. Allemaal zitten we in bedrijven, tenslotte. Mijn voorganger Uri Coronel heeft me fantastisch ingewerkt. Hij zei: Ik ga je chique inwerken. Wat hij bedoelde was dat hij me niet ging vertellen dat ik het net zo moest doen als hij. Er moest meteen ruimte zijn voor nieuwe inzichten. De eerste indruk van hem was zoals mijn eerste indruk van zoveel mensen in Ajax. Ik trof overal mensen met een enorme Foto: Louis van de Vuurst affiniteit met de club en met het willen winnen. Dat zakelijke prevaleerde niet. Coronel deed het pijn te moeten vertrekken. Het bestuur heeft in die negen jaar veel tot stand gebracht. Zo'n continuïteit, waar tref je die aan? Mijn respect.' Calimero Van een nieuwe inbreng in een nieuw tijdperk verwacht je nieuwe inzichten, hoe goed de voorgangers ook voldeden. 'Ja, natuurlijk, ik ben anders dan Uri Coronel, dus in zekere mate zijn die er. Maar de strategie staat. Al lang. Die wil ik natuurlijk niet veranderen. We hebben de laatste jaren te maken met een verveelvoudiging van de begroting. Ajax is groot ten opzichte van de kleintjes, en vrij klein gemeten aan de groten. Bij wat nu komt moeten we met verhevigde aandacht trachten de begroting verder op te trekken. Er is een attractief stadion, goed voetbal... daardoor kunnen sponsors worden aangetrokken; er kan in het commerciële krachtenveld met behulp van tv-rechten, merchandising, relatie-marketing en natuurlijk betalende toeschouwers geld worden geworven. De gap met die heel groten, Bayern, Milan, Barcelona, Manchester, kunnen we verkleinen. Die AJAX MAGAZINE JANUARI 1998

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1998 | | pagina 45