ik hem nu op het veld zie, zie ik dat terug.
Hij weet waar hij mee bezig is, en hij weet
wie hij is. Volgens mij heeft hij met De Vos
alleen overlegd hoe de normen hier lagen.
Hoe gaat het in Nederland toe? Hoe betaalt
Ajax? Hoe behandelt Ajax zijn spelers? Wat
kan ik redelijkerwijs vragen? Deze
informatie heeft hij van De Vos en verder
deed hij het zelf. Het was prettig zaken met
hem doen.'
Oliseh: 'Nee, ik ken niet veel spelers die
hun eigen zaken behartigen. Zeker
tegenwoordig zie je dat niet zo vaak meer.
Ik geloof dat veel spelers alles uit handen
geven. Anders was die commercial van
Babangida met ABN AMRO ook niet zo
grappig. In het begin had ik ook iemand
die mij vertegenwoordigde, maar ja, toen
was ik vijftien. Toen ik naar België kwam,
had ik een manager. Hij heeft me daar
naartoe gebracht. Maar in de vier jaar in
België heb ik veel geleerd, ook over zaken
doen en zaakwaarnemers. De oudere
spelers hebben me veel bijgebracht over
contractbesprekingen. Het was een soort
schooltijd voor me. Als voetballer leerde ik
veel, van tactiek tot onderhandelen. Ik
vond het belangrijk verder mijn eigen
zaken te doen. De ervaringen met mijn
zaakwaarnemer waren niet van dien aard
dat ik dacht dat ik daar het beste mee kon
doorgaan. Aan de ene kant is het niet
gemakkelijk om je eigen zaakwaarnemer te
zijn, maar anderzijds kan je op die manier
wel beter handelen naar je eigen behoeften.
Bovendien is onderhandelen helemaal niet
zo moeilijk als veel mensen denken. Je
krijgt een aanbieding en je zegt ja of nee.
Zo simpel is het in feite. Het enige wat je
vooraf moet doen is bepalen waarmee je
tevreden bent. Als je zelf je zaakwaarnemer
bent, dwingt het je jezelf af te vragen wat je
belangrijk vindt.
Contractbesprekingen zijn eenvoudig als
een club je wil hebben en jij naar die club
wilt. Het heeft geen zin om te gaan
onderhandelen als een van de twee partijen
eigenlijk niet wil. Als een club jou graag wil
aantrekken, zullen ze je iets aanbieden
waarmee je tevreden kunt zijn. Je zegt ja, je
zet je handtekening en vanaf dat moment
hoef je nooit meer zakelijk ergens over te
praten. Daarna is het aan jou om te
bewijzen dat je waard bent, wat je gevraagd
en gekregen hebt. Maar je salaris is niet
bepalend voor je inzet. Ik wil gewoon een
goed seizoen draaien. Persoonlijk en met
het elftal. Wat mezelf betreft moet ik
hopen op de steun van God. Tot nu toe
heeft Hij mij en ons geholpen. Over
Udinese-uit wil ik het liever niet hebben. Ik
heb geen verklaring voor mijn fouten,
zoals ik ook geen verklaringen heb voor de
goede wedstrijden die ik gespeeld heb. Ik
geloof in God. En als je het dan toch over
Udinese wilt hebben, is dat een mooi
voorbeeld. Want tien minuten voor tijd
kwam het toch nog goed door die goal van
Arveladze. Ik voelde me totaal
verantwoordelijk voor de naderende
uitschakeling. Het was mijn te korte
terugspeelbal, die ons bijna uit het
Europese toernooi had gestoten. Toen
Shota scoorde dankte ik hem, en ik dankte
God. Het was het lot.'
AJAX MAGAZINE JANUARI 1998