de mensen zoveel voordelen.'
Meermalen hebben de Duitsers het Ajax-
bestuur voorgesteld een wedstrijd tussen
een vertegenwoordiging van de
Wehrmacht en Ajax te organiseren. Ajax
zou altijd geweigerd hebben. Toen de
Duitsers in het begin van de oorlog behalve
de kantoren, de sportzaal en het oefenveld
ook het hoofdveld wilden confisqueren,
weigerde Ajax eveneens. Het lijkt er dus op
dat Ajax in een bepaald opzicht pal stond
tegenover de bezetter. Er zijn overigens
geen onomstotelijke schriftelijke bewijzen.
De enige bron is de penningmeester, wijlen
Wim Volkers.
'Couleur'
Dan is er natuurlijk de naam van Ajax als
'jodenclub'. Dat zou in de oorlog zijn
weerslag gehad moeten hebben. Susan
Smit toont in haar scriptie met een
redelijke mate van waarschijnlijkheid aan
dat de club nooit veel joodse leden telde.
Wel waren er veel joodse donateurs. In
haar slotwoord concludeert Susan Smit:
'De route van de tram naar het Ajax-
stadion en de vele joodse toeschouwers
hebben de joodse "couleur" van Ajax
waarschijnlijk in de hand gewerkt.'
In Amsterdam-Oost en in de binnenstad
woonden tot in de oorlog veel joden.
Vanzelfsprekend had Ajax, residerend in
Oost, onder hen veel aanhangers.
Supporters van bezoekende clubs kwamen
aan op station Weesperpoort en hun route
naar de Meer voerde door joodse wijken.
Zij kregen zo de indruk dat ze bij 'de
joden' op bezoek gingen.
Een hardnekkig verschijnsel: de aandacht
voor Ajax als club al of niet van oudsher
verwant met joodse elementen in de
samenleving. Wat is daar toch zo
interessant aan? Ook Susan Smit weet het
niet. 'Het is het eerste waar iedereen met
wie ik over mijn onderwerp aan de praat
raak, zoals interviewers, over begint. Wim
Schoevaart, de archivaris, zei toen ik hem
voor het eerst mijn bedoeling uitlegde: het
gaat toch niet weer over dat joodse, hè?
Waarom die belangstelling altijd daarvoor?
Misschien heeft het iets mysterieus. Iets
tragisch. In elk geval heb ik vastgesteld dat
Ajax er al in de jaren dertig mee
geassocieerd werd.'
Over sport hoeft niemand minachtend te
doen. Susan Smit: 'Het is een belangrijk
maatschappelijk verschijnsel. Het verdient
aandacht, gedegen onderzoek. Hoe is de
relatie met andere tijdsverschijnselen, hoe
gaat men ermee om, wat zijn de verschillen
tussen de manieren waarop de sport in de
loop van de tijden is beleefd... En wat mijn
onderzoek betreft, het was maar een
aanzet. Er is veel meer naar boven te halen
over dat onderwerp. Mijn doctoraalscriptie
was van beperkte omvang, ik had mezelf
een halfjaar gegeven.'
Voetnoten
De bal bleef rollen - Susan heeft al veertig
exemplaren aan diverse belangstellenden
tegen kostprijs gesleten - heeft alle
kenmerken van universitair werk: veel
voetnoten, veel obligaat vertoon van
degelijkheid en zakelijkheid. Het gaat
inhoudelijk over heel wat meer dan
hierboven kon worden vermeld, zoals over
het dagelijks (club)leven van Ajax,
zuiveringen na de oorlog... De inhoud is
kortom - en niet alléén door het Ajax-
gehalte - alleraardigst en met enige
stroomlijning zou het een boekje kunnen
worden dat in de Amsterdamse regio kans
heeft op goede verkoopcijfers.
202
AJAX MAGAZINE JANUARI 1998