liggen, over een aantal onderwerpen die
hem (en met hem vele voetballiefhebbers)
ter harte gaan. Clubtrouw, bijvoorbeeld, is
dat voor een profvoetballer anno nu een
achterhaald begrip? We zullen zien.
2359 wedstrijden
Als locatie kiezen we restaurant La Perche
d'Or in Amsterdam-West, waar echtgenote
Tilly Haarms onze gastvrouw is. Het is een
plek waar zich al menig Ajax-feestje heeft
afgespeeld, zoals in 1993 toen Ajax de
KNVB-beker gewonnen had en hier de
Ajacieden uit hun intieme samenzijn
werden weggeroepen om zich alsnog naar
de Stadsschouwburg te begeven. Tilly heeft
een mooie tafel voor ons gereserveerd
achter in de zaak. Lekker rustig... denken
we.
Het gezelschap bestrijkt zo ongeveer de
gehele naoorlogse geschiedenis van Ajax
tot op dit moment. In 1947 werd Bobby
Haarms lid van Ajax. Op 28 september
1952 debuteerde hij voor Ajax 1 in een
wedstrijd tegen Heracles (1-0). Zijn laatste
speelde hij op 8 november 1959 tegen
Blauw Wit. Ruim een jaar later, op 5
februari 1961, maakte Piet Keizer voor het
eerst zijn opwachting in Ajax' hoofdmacht.
Toen Ajax net onder Michels speelde,
kwam vervolgens Wim Suurbier de ploeg
verblijden met zijn aanwezigheid. Johan
Neeskens kwam erbij in het seizoen dat
zou worden afgesloten met de eerste
Europa Cup. Neeskens en Keizer verlieten
Foto: Louis van de Vuurst
Ajax ongeveer tegelijkertijd. Johan ging
andere Johan achterna naar Barcelona,
terwijl Piet het na 491 wedstrijden voor
Ajax plotseling en definitief voor gezien
hield. Wim Suurbier ging nog even door.
In de jaren zeventig speelde hij als
routinier met de talenten Dick Schoenaker
en Simon Tahamata. Schoenaker sloot zijn
Ajax-tijd af in 1985 met het
kampioenschap. In het seizoen dat volgde
- Bob werkte toen in Volendam - werd
Johan Cruijff technisch directeur in de
Meer. Cruijff haalde Bob terug en trok
Danny Blind aan, die op 24 augustus 1986
debuteerde. Blind speelt nog steeds,
inmiddels samen met Jari Litmanen, en
Bob traint nog steeds. De heren zijn met
elkaar goed voor 2359 wedstrijden voor
Ajax en 505 doelpunten. Dat is inclusief
die ene die Bob Haarms ooit scoorde.
Bob: Ik ging toch die kant op.
Wim: Dat was toch in eigen doel?
Honderd procent
De toon is gezet. We vragen onze gasten
een korte typering van de jubilerende
trainer te geven. 'Ajax,' klinkt het in koor.
'Dat is voor jullie het gemakkelijkst.' Maar
wel héél kort.
Jari: Ik heb heel veel blessures gehad en dus
ook veel met hem te maken gehad als
Foto: Frans Flemelrijk
hersteltrainer. Dat is denk ik zijn
belangrijkste factor voor Ajax. Hij is hard,
maar het is een goede hardheid. Je wilt zelf
terugkomen, dus je bent ook voor jezelf
wel hard, maar hij geeft dat beetje extra,
zodat je er nog een schepje boven op doet.
Hij is nu dertig jaar trainer, en naar ik
gehoord heb, wordt het maar niet minder
met hem. Dat hoop ik altijd wel als ik weer
naar hem toe moet, maar het gebeurt niet.
Danny: Vorige week, op de dag zelf, heb ik
Bob namens de spelers een briefje
geschreven. Het eerste wat me te binnen
schoot over hem is dat hij iemand is die
nimmer verzadigd en altijd strijdbaar is.
Hij brengt het over ook, dat altijd weer
willen en moeten winnen, hoeveel hij zelf
ook al heeft gewonnen. Knap om dat zo'n
lange periode in je te houden en het ook
nog op een goede manier over te kunnen
dragen.
Dick: Altijd scherp. Tegen welke
tegenstander we ook speelden, ze
probeerden je altijd in hun thuiswedstrijd
af te maken. Daar waarschuwde hij je altijd
voor. Die trainingen van hem, daar zat je
natuurlijk niet echt op te wachten. Als je
geblesseerd was zaten de spelers in het
spelershome achter het raam te kijken hoe
jij afgemaakt werd in een uurtje. Een
uurtje, hè, Bob, meer had je er niet voor
AJAX MAGAZINE JANUARI 1998 153