Jerry de Koning
Pure Iinkspoot
door Jeroen Kleijne foto Louis van de Vuurst
Voor zijn 21 jaar heeft hij al heel wat clubs versleten. Maar na AZr Volendam en
Huizen voelde Iinkspoot Jerry de Koning toch het meest voor een terugkeer naar
zijn jeugdliefde Ajax. Hij is in augustus begonnen aan zijn eerste seizoen in de
zaterdag 1
'Dit is mijn vijfde seizoen bij Ajax. Toen ik
als veertienjarig jongetje in de jeugd bij
Zeeburgia speelde, werd ik gescout. Ik heb
vervolgens twee jaar bij de B-junioren en
twee jaar bij de A-junioren van Ajax
gevoetbald. In die periode was ik vaak
geblesseerd. Op mijn vijftiende jaar
scheurde ik bijvoorbeeld mijn kruisband
en de revalidatie daarvan heeft acht
maanden geduurd. Ook zijn vier, vijf keer
mijn enkelbanden ingescheurd. Al die
blessures hebben zeker een nadelige
invloed gehad op mijn ontwikkeling als
voetballer. Nu merk ik daar gelukkig niet
zo veel meer van: ik ben gelijkwaardig aan
de ander jongens uit het elftal.'
Van de Al bij Ajax maakte hij de overstap
naar AZ '67, maar na een half jaar kreeg hij
ruzie met trainer Theo Vonk. 'Ik vond dat
hij bepaalde beloftes niet was nagekomen.
Vervolgens heb ik een jaar lang in het
tweede elftal van Volendam gespeeld. Ik
kon daar wel blijven, maar alleen op
amateurbasis en daar had ik geen zin in.
Bovendien vond ik het niks om met het
tweede op een dinsdagavond voor honderd
of tweehonderd man te spelen.'
Bij de amateurs van hoofdklasser Huizen
had hij het vorig seizoen wel goed naar zijn
zin, ook financieel. 'Het enige nadeel was
dat ze daar met het "kerstboom-systeem"
spelen, waardoor ik heel veel moest lopen
aan de linkerkant. Toen Cees Boot
(elftalleider van de zaterdag 1, JK) me
terugvroeg bij Ajax, heb ik dat dus gedaan.
Profvoetbal heb ik nog steeds wel in mijn
achterhoofd, omdat je uit de zaterdag 1
toch een hoop spelers naar betaalde clubs
ziet gaan. Ik heb me er alleen niet meer op
vastgepind. Voorlopig wil ik gewoon zo
goed mogelijk presteren bij Ajax. Ik hoop
op het kampioenschap met de zaterdag 1.'
Jerry Koning vindt zichzelf een speler die
het vooral van zijn techniek moet hebben.
Hij is een echte Iinkspoot; zijn rechterbeen
is alleen om op te staan. De eerste
competitiewedstrijden speelde hij linkshalf,
daarna linksbuiten. 'Als linkshalf sta je wat
meer naar binnen. Je kunt dus twee kanten
op. Maar het nadeel van de positie links op
het middenveld is dat als de tegenstander
met twee spitsen speelt, je veel moet
rennen. En daar hou ik niet zo van. Het
liefste speel ik dus linksbuiten, omdat ik
dan meer aanvallend kan spelen. Mijn
mindere punten zijn koppen, dat staat niet
in mijn woordenboek, en mij fysieke gestel.
Ik ben met mijn 1.74 meter niet erg groot.
Maar ik ben een technisch goede en
tactisch ook redelijk sterke speler.'
AJAX MAGAZINE JANUARI 1998
139