het begin van zijn Latij n door Raymond Bouwman foto's Tessa Posthuma de Boer De ervaring leert vooral dat je ouder wordt. Maar hoe je als prof het einde van je carrière moet inrichten, zal altijd een onopgelost raadsel blijven, ook al heb je een ellenlange staat van dienst. Sommigen menen dat je op je hoogtepunt moet stoppen; anderen bezweren je dat je rustig ergens in de marge genietend moet gaan afbouwen. Michael Laudrup had zich verzoend met het laatste scenario, maar besloot uiteindelijk toch tot de route-Rijkaard. f erde vergelijking, Laudrup en Toch niet. Rijkaard keerde terug t> waar hij zijn immense loopbaan schudde ter afscheid vrolijk mdat hij in zijn andere de Europa n vasthouden. Een hernieuwd nt. Laudrup speelde inderdaad nooit voor Ajax. Wel twee jaar voor Lazio Rome, vier voor Juventus, vijf voor Barcelona, twee voor Real Madrid en een voor Vissel Kobe. En toch hoort Laudrup al zijn hele leven bij Ajax. Zijn komst in 1997 is veertien jaar te laat, dat wel, maar Laudrup heeft zich altijd welkom geweten in Amsterdam. Ooit, toen hij nog het buitenaardse talent was dat bij het Deense Brondby speelde, zou hij tekenen bij Ajax. In 1983 waren de partijen dicht bij een contract. Het was het seizoen dat Lerby net was weggegaan en dat de Deense invloed op Ajax bestond uit Jan Molby en Jesper Olsen. Laudrup was toen negentien en gold als de grootste belofte voor het Deense voetbal. Het werd toen echter toch Juventus, de Italiaanse grootmacht die hem uitleende aan Lazio. Achteraf geeft Laudrup toe dat hij toen toch beter voor Nederland, en dus voor Ajax, had kunnen kiezen. Het Italiaanse voetbal was hem niet op het lijf geschreven en de gekte rond het voetbal al helemaal niet. De overstap naar Spanje was wel een gelukkige. Bij Barcelona loste hij zijn belofte in. Hij werd een der grootste voetballers van zijn generatie. Bij gelegenheid was er nog af en toe een flirt met Ajax. Het kwam er nooit van, tot nu. De reacties op de kop 'Laudrup naar Ajax' vallen het best samen te vatten met de term 'verloren zoon'. Pessimisten en andere zieken van geest wisten zeker dat hij niet in het Ajax- systeem zou passen, niet wetende dat dat systeem op het aangename punt stond gerenoveerd te worden. Juist Laudrup personifieert het nieuwe Ajax, dat in vrijheid dartelt. 'Ik ben geen linksbuiten als Hoekstra,' typeert de uitvinder van de sleepbeweging zichzelf. (Je zal maar Hoekstra zijn. Goed, je wordt soms door hem uit de basis gehouden, maar als Michael Laudrup zich met jou vergelijkt, heb je het wel ongeveer zover geschopt als in je stoutste jongensdromen.) Laudrup: 'Hoekstra is een klassieke linksbuiten. Ik blijf nooit aan de lijn plakken. Ik zoek de ruimte overal. Mijn spel is nog steeds redelijk onvoorspelbaar. Ook voor mezelf. De oplossingen zie ik meestal pas nadat ik ze al heb gecreëerd. Dat is ook waarom Olsen mij heeft gehaald. Het grootste deel van de tijd moet ik gewoon in het systeem spelen, en dat kan ik ook. Maar ik heb vrijheid nodig. De zijlijn is de grens, maar verder heb ik een heel veld. Het systeem is niet belangrijk als je goed speelt. Het is goed om op terug te kunnen vallen, maar in de vrijheid komt er ook veel ruimte. Zo lang je maar naar elkaar blijft kijken en elkaar helpt de vrijheid te benutten, gaat het goed. Hoewel ik in het begin van het seizoen door alle intérlandverplichtingen veel te weinig heb kunnen meespelen, heb ik het idee dat Ajax en ik snel aan elkaar gewend waren. Dat verbaast me overigens niet echt. Ik kende het spel van Ajax al lang en het heeft me altijd aangesproken. Ajax heeft nu veel mogelijkheden te variëren in stijl. Olsen kan op bijna iedere positie kiezen uit spelers die net weer een ander onderdeel van het spel goed beheersen.' Het voorbeeld op links is duidelijk. Hoekstra is een linksbuiten die via even AJAX MAGAZINE NOVEMBER 1997 37

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1997 | | pagina 37