'Als je niet altijd wat kunt leren, ben je dom.' een persoonlijke triomf zou moeten worden beleefd, wordt resoluut van de hand gewezen. Trots dan? Olsen: 'Nee, ook dat niet. Dan zou ik de prestaties van de ploeg tot mijn eigen verdiensten moeten rekenen. Dat zou aanmatigend zijn. Als ze mijn naam scanderen, scanderen ze de namen van alle spelers.' Verrijking Het filosofisch inzicht van de roependen zal tot een andere verklaring leiden. Aangemoedigd door het onwaarschijnlijke succes en dito spel eren zij de man die zijn leiding zodanig heeft ingericht dat de helden op het veld kunnen excelleren. Omgekeerd aan de redenering van Olsen zou je dan ook kunnen stellen dat in het aanheffen van de namen der afzonderlijke spelers altijd de naam Olsen omvat is. Maar de trainer in kwestie schept er genoegen in laag van de toren te blazen. Olsen: 'Ik zie te veel trainers die vinden dat ze geen fouten maken. Ook veel spelers en trainers die uit alle macht proberen uit te stralen dat ze geen fouten maken. Ik weet dat ik altijd dingen fout kan doen. Het kan zo zijn dat je succes hebt en toch alles fout doet, terwijl je anderzijds ook foutloos ten onder kunt gaan. De buitenwereld zal dat over het algemeen anders beoordelen, maar dat doet er niet toe. Je moet zelf het beste kunnen beoordelen hoe je functioneert. Bij Ajax gaat dat over het algemeen goed, maar ik ben in de loop der jaren ook wel spelers tegengekomen die al snel vinden dat ze zo'n goede wedstrijd hebben gespeeld dat ze maandag en dinsdag lekker onderuit in de zon kunnen gaan zitten met het idee dat ze er pas de volgende wedstrijd weer moeten staan. Zo werkt het niet in de top. Niet bij spelers en niet bij trainers. Ik leer elke dag. Een aantal Ajax-spelers heeft ook al zo veel meegemaakt in het voetbal dat ik daar nog veel van kan leren. Zij staan nu aan de top. Dat is anders dan toen ik daar speelde. Als je niet altijd wat kunt leren, ben je dom. Ik ben tevreden over de ervaringen hier tot nu toe. Het verrijkt mijn leven. En niet vanwege het succes dat we in het eerste deel van het seizoen hebben gehad.' Olsen kan nog steeds niet duiden waar Ajax staat. De kracht is voor iedereen inmiddels duidelijk. De zwakte is dat minder. Bovendien moeten de binnenlandse toppers nog komen. Olsen: 'In november weet ik meer. Driekwart van de competitie wordt voor de kerst gespeeld. In november zijn we een aardig eind gevorderd. Nu vind ik het moeilijk om Ajax in absolute termen te kwalificeren. En van concurrenten als Feyenoord en PSV kan ik nog helemaal niets zinnigs zeggen. Ik houd me ook geen tel bezig met tegenstanders die we pas later treffen. Het heeft geen zin om die ver van tevoren op kracht en zwakte te analyseren. Er kan in korte tijd zo veel veranderen. In een week tijd kan een ploeg er geheel anders voor komen te staan. Daarom is het ook lastig om te beoordelen hoe goed Feyenoord en PSV zijn. Pas als de onderlinge wedstrijden naderen moet ik proberen mij een beeld te vormen over die ploegen. Ze hebben punten verloren in een fase waarin wij dat niet deden. Het zegt niets over de uiteindelijke krachtsverhoudingen in deze competitie. Het enige wat je erover kunt zeggen is dat het prettig is om een voorsprong te nemen op de ranglijst. PSV is moeilijk begonnen, maar tegen Barcelona ging het heel goed. Het zou kunnen dat door één zo'n wedstrijd plotseling het vertrouwen in de groep komt en dat het dan goed blijft gaan. Ze spelen 0-0 tegen De Graafschap en 2-2 tegen Barcelona. Waar moet je je op richten? Wat is de beste graadmeter voor hun kracht? Ik zou het niet durven zeggen.' Maribor Voorlopig concentreert Olsen zich op de schoonheid en doelmatigheid van het Ajax-spel. Voor de trainer is het spelpeil de bepalende factor voor zijn tevredenheid. En dus is hij tevreden. Er zijn slechts een paar momenten geweest waarop de ploeg in de problemen is gekomen. Door de buitenwacht wordt met graagte verwezen naar Maribor-uit, waar Ajax tot een min of meer beschamende 1-1 kwam. Toen de strafexpeditie in Amsterdam de teller bijna tot tien liet oplopen, wisten de onwillenden aangetoond dat de Slovenen hoegenaamd niets voorstelden. Cynische analisten beweerden zelfs vrolijk dat Ajax nooit met 9-1 van NK Maribor Branik gewonnen heeft. De spelers zouden figuranten uit de Aïda hebben opgerold. De tijd tussen de opvoering van het AJAX MAGAZINE NOVEMBER 1997 21

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1997 | | pagina 21