Hanegem in die tijd nog antwoorden: "Roken? Roken is slecht voor de gordijnen".' 'Ik was er als kleine jongen van overtuigd: ik zou profvoetballer worden. Bij Ajax. Dat Ajax in Amsterdam speelde en ik in Haarlem woonde, was geen probleem. Ik stelde me voor dat er in Haarlem ook een Ajax voetbalde en dat ik daar een contract zou krijgen. Vanaf mijn achtste heb ik alleen maar gevoetbald, 's Ochtends voor school, in de middagpauze en dan na school tot het donker werd. Mijn voetbalschoenen lagen naast mijn kussen waardoor ik 's ochtends wakker werd met de geur van leer in mijn neus. Dat gevoel, dat volstrekt manisch met iets bezig zijn, heb ik daarna nooit meer gekend.' 'HFC, de Koninklijke HFC, was mijn eerste club. Daarna ben ik ovegestapt naar THB, The Haarlem Boys. Een veel volksere club dan HFC. Ik ben een novemberkind, dus het seizoen moest ik altijd in het tweede beginnen. Het jaar erop kwam ik in het eerste. Ik was goed, vrij goed zelfs. Het liefst speelde ik in de spits. Levensgevaarlijk was ik. Ik heb regelmatig in het Haarlems jeugdelftal gespeeld.' Kostschooljeugd 'Tot mijn twaalfde heb ik een echte jeugd gehad. Na de dood van mijn moeder in 1971 begon mijn kostschooljeugd. Die heeft tot mijn achttiende geduurd. Dat zijn twee gescheiden werelden. Ik werd naar een katholiek jongensinternaat in Heemstede gestuurd. Daar kreeg voetbal een andere plek in mijn leven. Voetbal was er, samen met een grote mond, het middel om je te onderscheiden. Ik kon goed voetballen én ik had een grote mond, dus ik hield mijn hoofd wel boven water tussen die tweehonderd jongens. Tijdens de eerste drie kostschooljaren was ik er nog steeds van overtuigd dat ik bij Ajax zou gaan spelen. Maar juist in de periode dat ik daar hard voor moest werken, deed ik dat niet. Het was zoiets van: dat moet ik niet vergeten, dat moet ik te zijner tijd weer eens oppakken.' 'De dagen op kostschool waren hoofdzakelijk gevuld met lessen en vele verplichte uren studie. Ik bracht die tijd vooral door met het opstellen van voetbalranglijsten en het maken van de beste opstelling van het schoolelftal. Ik voetbalde nog steeds ontzettend veel, maar ik was tegelijk ook van de echte wereld afgesloten. Het rare is dan ook dat ik van de periode tussen 1973 en 1979 vrijwel niets weet over voetbal. Van het seizoen '70-'71 kan ik nog zo de opstelling van FC Twente, Telstar, Go Ahead of Sparta opdreunen. Seizoen '83-'84 kent ook weinig geheimen. Maar vraag me niet wie de Europa Cup I won in 1977.' 'FC Twente in seizoen '70-'71? Schrijvers in het doel. Achterin: Epi Drost, Willem de Vries, Van Ierssel en Oranen. Op het middenveld Kick van der Vall, Benno Huve en Willy van der Kerkhof. Broer René, Jan Jeuring en Pahlplatz voor. Nee, nee, zoiets moet je niet als zinloze kennis beschouwen. Ik geloof dat ik door zulke dingen te weten een beter mens ben geworden... Het is belangrijk om te weten dat Ruud Geels en Ronald Koeman de enigen zijn geweest die bij Ajax, Feyenoord en PSV hebben gespeeld. Wat is er nou mooier dan op een terras of tijdens een lange autorit alle Feyenoord-spitsen sinds Kindvall op te sommen? Zoiets bindt mensen; zoiets is goed en nuttig. Het zijn dingen die je beroeren of ooit beroerd hebben. Voetbal is een heel wat interessanter onderwerp dan de benzineprijs. Er zijn ook mensen die alles van auto's weten, maar dat interesseert mij weer niets. Tenzij het gaat om de 'Voetbal loopt financieel gezien vooruit op wat er maatschappij gebeurt AJAX MAGAZINE OKTOBER 1997

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1997 | | pagina 225